29 279 Rechtsstaat en Rechtsorde

Nr. 551 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID EN VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 november 2019

Hierbij doen wij u de reactie van het kabinet op hoofdstuk 17 van het Sociaal Cultureel Rapport 2019 – Denkend aan Nederland – van het Sociaal Cultureel Planbureau toekomen.

Het rapport beschrijft in 16 hoofdstukken wat Nederland voor Nederlanders tot Nederland maakt, en waarmee de Nederlandse bevolking zich op dit moment identificeert en verbonden voelt. In hoofdstuk 17 van het rapport zijn de slotoverwegingen opgenomen.

Het SCP heeft door middel van focusgroepen en interviews door het hele land, en een grootschalige enquête onder 5000 mensen, aan Nederlanders zelf gevraagd wat zij belangrijk vinden als het gaat over de identiteit van Nederland.

Het rapport laat zien dat identiteit veranderlijk, gelaagd en contextgebonden is. Illustratief is in dit verband dat sommige door respondenten aangegeven zaken er 100 jaar geleden nog niet eens waren, zoals de dodenherdenking, Koningsdag, de Deltawerken en Johan Cruijff.

Uit het onderzoek blijkt dat een groot deel van de Nederlanders van mening is dat er een Nederlandse identiteit bestaat en dat we het daar in grote mate over eens zijn: vooral de Nederlandse taal, symbolen en tradities vinden we als Nederlanders belangrijk. Ook wordt erg gehecht aan de burgerlijke vrijheden, democratie en gelijke rechten. Deze verworvenheden vormen een belangrijke bron van verbinding met Nederland. Het SCP constateert daarbij weinig verschillen tussen Nederlanders wat betreft geslacht, leeftijd, opleiding en afkomst.

Het SCP constateert voorts dat Nederlanders groot belang hechten aan vrijheid maar dat die vrijheid verschillend wordt ingevuld. In situaties van debat komt deze verschillende invulling tot uitdrukking. Als mensen het gevoel hebben dat ze een keuze moeten maken, gaan zich scheidslijnen aftekenen tussen het deel van de Nederlanders dat meer hecht aan symbolen en tradities en het deel dat vooral hecht aan burgerlijke vrijheden. Dan kan het flink botsen. Het gaat hier om een kleine groep. De overgrote meerderheid van de respondenten identificeert zich in meerdere of mindere mate met beide invullingen van vrijheid. Waar we het met elkaar wél over eens zijn, sneuvelt in discussies over identiteit. Versterkt door (sociale) media ontstaat er al snel het beeld van een sterk gepolariseerd land, aldus het SCP.

Het kabinet staat voor de democratische rechtsorde, waarin de belangen van burgers worden gediend door het bestuur en waarin grondrechten als gelijke behandeling, vrijheid van meningsuiting en vrijheid van godsdienst en levensovertuiging gelden voor iedereen in Nederland. Daardoor kan iedereen in Nederland invloed uitoefenen op hoe we de Nederlandse samenleving inrichten en kunnen we zelf kiezen hoe we ons leven inrichten, met wie we trouwen en of we geloven (of niet). Het staat een ieder vrij daar op een eigen manier invulling aan te geven, binnen de kaders van de democratische rechtsorde in Nederland. De uitkomsten van dit SCP onderzoek laten zien dat de meeste Nederlanders ook groot belang hechten aan de democratische rechtsorde en de grondrechten die daarbij horen. Dat is goed nieuws. Dat geldt ook voor de hoofdconclusie van het onderzoek dat «Nederlanders eensgezind zijn over wat Nederland tot Nederland maakt».

Natuurlijk zijn er ook verschillen. Die mogen er zijn. In Nederland is er ruimte voor verschil, en is er ook ruimte om het oneens te zijn met elkaar, of met elkaar in debat te gaan over verschillen. Discussie en debat brengt Nederland verder. Zonder wrijving immers geen glans.

Dat Nederland een gepolariseerd land zou zijn, wordt ook in dit onderzoek ontkracht. Zie ook de eerste kwartaalrapportage van het Continue Onderzoek Burgerperspectieven 2019, die eerder dit jaar verscheen. De zorgen over polarisatie zijn veel groter, dan de daadwerkelijke polarisatie. Dat is een belangrijke constatering. Tegenstellingen worden uitvergroot, terwijl het vaak om kleine aantallen mensen gaat die de boventoon voeren in het maatschappelijke en publieke debat. De dagelijkse realiteit is anders, gecompliceerder, gelaagder, en de meeste Nederlanders zijn veel genuanceerder. Alleen horen we dat geluid uit het midden niet altijd.

Dit burgerperspectief geeft waardevolle inzichten. Wat betreft identiteit gaat het niet over wie er gelijk heeft of gelijk krijgt. Met elkaar maken we Nederland. De democratische rechtsorde is niet vanzelfsprekend en vraagt continu om inspanning van ons allemaal. Nederland is een open samenleving. Dat betekent dat er continue veranderingen plaatsvinden. Een samenleving is altijd in verandering en nooit «klaar». Het rapport geeft inzicht in wat Nederlanders nu belangrijk vinden. Over 50 jaar zal dat weer anders zijn.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, W. Koolmees

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, R.W. Knops

Naar boven