29 279 Rechtsstaat en Rechtsorde

Nr. 168 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VEILIGHEID EN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 11 juli 2013

Tijdens het Algemeen Overleg met de Vaste Kamercommissie voor Veiligheid en Justitie van 7 februari jl. over verschillende strafrechtelijke onderwerpen(Kamerstuk 29 279, nr. 158), is mij door het lid De Wit (SP) gevraagd om nader in overleg te treden met de zgn. Verhoorpool verstandelijk gehandicapten om na te gaan waar zich in de praktijk knelpunten voordoen met betrekking tot het horen en verhoren van personen met een verstandelijke beperking. Ik heb toegezegd uw Kamer voor de zomer te zullen informeren over de uitkomsten daarvan.

Mede naar aanleiding van deze toezegging zijn onder leiding van politie en OM expert sessies georganiseerd met zowel interne deskundigen van de politie als externe deskundigen (waaronder ook leden van de Verhoorpool verstandelijk gehandicapten) om meer zicht te krijgen op de praktijk van aangifte en verhoor van verstandelijk beperkte personen en gezamenlijke oplossingen te formuleren voor gesignaleerde knelpunten en risico’s. Een dergelijke brede vertegenwoordiging van deskundigen doet mijns inziens recht aan het belang van een zorgvuldige omgang met personen uit deze kwetsbare groep.

Dit heeft er inmiddels toe geleid dat door de politie een werkgroep is ingesteld. De werkgroep bestaat uit externe deskundigen (psychologen, orthopedagogen, waaronder ook een lid van de Verhoorpool), zedenrechercheurs en een vertegenwoordiger van het OM.

De opdracht van de werkgroep is:

  • richtlijnen op te stellen voor zogenaamde taxatiegesprekken.

    Het betreft hier de vraag hoe instellingen moeten omgaan met signalen van misbruik, op een wijze dat rekening wordt gehouden met een eventueel opsporingsonderzoek door de politie in een later stadium;

  • richtlijnen op te stellen voor het inschakelen van (externe) deskundigen bij het verhoor van mensen met een verstandelijke beperking (in welke gevallen, in welk stadium, met welke taken en bevoegdheden?).

    Indien de werkgroep tot de conclusie komt dat in bepaalde gevallen een deskundige moet worden ingeschakeld is vervolgens de vraag aan welke kwalificatie-eisen deze deskundige moet voldoen.

Hierbij speelt de vraag of kan worden volstaan met interne deskundigen van de politie (met name: recherchepsychologen), of dat een externe deskundige moet worden ingeschakeld.

De werkgroep zal in december 2013 rapporteren. Ik zal uw Kamer in het eerste kwartaal van 2014 informeren over de uitkomsten.

De staatssecretaris van Veiligheid en Justitie, F. Teeven

Naar boven