nr. 10
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 13 juni 2007
In deze brief ga ik in op uw verzoek van 6 juni 2007 om uw Kamer
te informeren over de recente ontwikkelingen rond de Hiv Vereniging Nederland
in relatie tot de subsidieverlening door het RIVM en het Fonds PGO.
De voorlichtingsboodschap inzake het hiv-virus is klip en klaar: vrij
veilig! Uiteraard is deze boodschap het meest effectief als ze door alle betrokkenen
consequent en helder voor het voetlicht wordt gebracht.
Op donderdag 31 mei 2007 bleek uit een uitzending van het TV-programma
Netwerk dat via de internetpagina’s van de Hiv Vereniging Nederland
(HVN) (www.hivnet.org) uitspraken naar buiten werden gebracht over onveilige
seks van hiv-geïnfecteerden die niet stroken met de preventieboodschap.
Zo riep de werkgroep PozandProud in een «manifest», dat op internet
via de site van HVN te lezen was, op tot ondersteuning door de HVN van activiteiten
als seksfeesten voor hiv-positieven. Ook kon via deze website gelinkt worden
naar sites over onveilige seks.
De HVN ontvangt een subsidie van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid
en Milieu (RIVM) voor informatievoorziening omtrent onder meer de maatschappelijke
gevolgen van het leven met hiv en om veilig vrijen te promoten onder hiv-positieven,
teneinde verdere verspreiding van hiv-infecties te voorkomen. Daarnaast wordt
de Hiv Vereniging Nederland, zijnde een patiëntenorganisatie, gesubsidieerd
door het Fonds PGO, voor activiteiten die zich richten op de versterking van
de positie van patiënten.
Het aanzetten tot onveilige seks, het bieden van een platform aan voorstanders
van onveilige seks, of het aanbieden van links naar internetpagina’s
die onveilige seks propageren, zijn activiteiten die niet sporen met de twee
subsidies. Omdat de berichtgeving door Netwerk gerede twijfel opriep over
het vasthouden door de HVN aan de doelstelling om veilige seks in Nederland
te bevorderen, heb ik beide subsidiegevers verzocht snel te reageren. Dit
heeft er onder meer in geresulteerd dat de Hiv Vereniging, als
een tijdelijke voorziening, op de dag volgend op de uitzending (vrijdag 1 juni
2007) haar internetpagina’s geheel heeft afgesloten.
Zowel het RIVM, als het Fonds PGO heeft de kwestie snel onderzocht en
bestuur en directie van de HVN ontboden voor overleg. Deze beide overleggen
vonden plaats op dinsdag 5 juni 2007. De HVN is te kennen gegeven dat
de respectievelijke subsidies enkel gecontinueerd worden als de vereniging
de preventieboodschap ondubbelzinnig laat prevaleren en uitdraagt.
In brieven van maandag 11 juni 2007 aan RIVM en Fonds PGO toont de
Hiv Vereniging zich ervan bewust dat door PozandProud naar buiten gebrachte
informatie en ook de opgevoerde internetlinks hebben geleid tot vragen over
de koers van de vereniging. De HVN bericht dat de preventiedoelstelling «op
zaterdag 8 juni 2007 door alle afdelingen, regio contactpersonen en PozandProud
nog eens schriftelijk [is] herbevestigd». Het verenigingsbestuur
trekt de regie over de internetpagina’s naar zich toe, en ziet er voortaan
nauwgezet op toe dat het standpunt van de vereniging helder naar voren komt,
en waar nodig in uitingen onderscheiden wordt van persoonlijke ervaringen
en meningen. De vereniging geeft aan dat vrijwilligers of groepen die de preventiedoelstelling
niet (meer onderschrijven) initiatieven buiten de HVN moeten starten. Tevens
kondigt men aan op korte termijn te komen met een beleidsnotitie onder de
titel «Seksuele gezondheid van hiv-positieven en testen op hiv»,
die men ter bespreking zal voorleggen aan het RIVM en het Fonds PGO.
In samenspel met het RIVM en het Fonds PGO is snel gereageerd op de berichten
in Netwerk. Beide subsidie verstrekkers zullen, in het kader van hun subsidierelaties,
de koers en de uitingen van de HVN blijven monitoren. Het Fonds PGO gaat,
met als basis de genoemde brief van de HVN van maandag 11 juni 2007,
met het bestuur van de vereniging nader in overleg om te komen tot verder
gepreciseerde afspraken, om herhaling van de gebeurtenissen uit de afgelopen
weken te voorkomen.
Het is aan de HVN duidelijk dat eventuele opnieuw opgeroepen misvattingen
alsnog kunnen leiden tot ingrepen in de subsidierelaties.
Ik vertrouw erop uw Kamer hiermee voldoende te hebben geïnformeerd.
De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
A. Klink