29 200 XV
Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2004

nr. 109
MOTIE VAN HET LID DOUMA C.S.

Voorgesteld 7 september 2004

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende, dat op het gebied deskundige juristen twijfel hebben geuit over de vraag of het besluit tot wijziging van het AVV-toetsingskader in overeenstemming is met internationale verdragen aan de Wet algemeenverbindendverklaring (AVV);

overwegende, dat de gezamenlijke vakcentrales hebben aangekondigd alle juridische wegen te bewandelen om het AVV-besluit aan te vechten;

overwegende, dat onzekerheid bestaat of de daartoe bevoegde rechtsprekende organen de regering in het gelijk zullen stellen;

overwegende, dat wijziging van het AVV-toetsingskader belangrijke gevolgen heeft voor de Nederlandse arbeidsverhoudingen en gedragseffecten bij sociale partners kan oproepen die mogelijk onomkeerbaar zijn;

verzoekt de regering de Raad van State vóór 1 oktober advies te laten uitbrengen inzake de vraag of het voorliggende besluit tot wijziging van het AVV-toetsingskader in overeenstemming is met internationale verdragen en de Wet AVV, de Kamer over de uitkomsten van dat verzoek te informeren en uitvoering van het desbetreffende besluit uit te stellen tot na het overleg met de Kamer,

en gaat over tot de orde van de dag.

Douma

Van Gent

De Wit

Naar boven