29 200 VI
Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Justitie (VI) voor het jaar 2004

nr. 107
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR VREEMDELINGENZAKEN EN INTEGRATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 10 november 2003

Tijdens het wetgevingsoverleg Integratie van 3 november jl. is door het kamerlid Sterk een amendement ingediend (29 200-VI, nr. 92) met als strekking de voortzetting van het subsidie ad € 300 000,– aan de Stichting Islam en Burgerschap. Het amendement is inmiddels mede ondertekend door de leden Dijsselbloem en Vos. Dekking voor deze verhoging zou plaats moeten vinden uit artikel 7.1 Algemeen.

Dit amendement wil ik de kamer ontraden.

De argumentatie hiervan licht ik u onderstaand toe.

Islam en Burgerschap is als stuurgroep geïnstalleerd in juli 1999 door de toenmalige minister van Justitie. In september 2002 nam Islam en Burgerschap de juridische vorm van een stichting aan. Door het ministerie van Justitie is een meerjarenproject «Islam en Burgerschap» financieel mogelijk gemaakt tot en met maart 2003.

De subsidierelatie met de stichting Islam en Burgerschap liep met ingang van 1 maart 2003 af. De stichting Islam en Burgerschap is door het ministerie van Justitie hiervan op de hoogte gesteld. Vanaf maart 2003 is aan het bestuur van de Stichting Islam en Burgerschap mondeling en schriftelijk aangegeven dat de subsidie niet gecontinueerd zal worden. Op verzoek van de voorzitter van het bestuur van de Stichting Islam en Burgerschap is verzocht om een overbruggingssubsidie tot eind 2003. Het verzoek inzake de overbruggingssubsidie is gehonoreerd vanwege de afbouw van het bureau en de lopende activiteiten van de stichting Islam en Burgerschap tot 1 januari 2004.

In oktober jl. heb ik in een bespreking met de voorzitter van de Stichting Islam en Burgerschap nogmaals het punt van het stopzetten van de subsidie aan de orde gesteld en de voorzitter heeft daarmee ingestemd. Omdat ik meen dat de brugfunctie die de stichting Islam en Burgerschap vervuld heeft in samenwerking met andere organisaties, behouden moet blijven, ben ik in gesprek met de stichting over de wijze waarop dit het beste vorm kan krijgen. Ik vraag u mij die mogelijkheid te geven om op een gepaste wijze de continuering van de brugfunctie van Islam en Burgerschap nader te onderzoeken in het kader van mijn voornemens inzake het integratiebeleid nieuwe stijl. Naar mijn mening dient de brugfunctie van Islam en Burgerschap beter ingebed te worden, bij voorkeur binnen een groter organisatorisch verband. Het is nimmer de bedoeling geweest van het ministerie van Justitie een structurele subsidierelatie te behouden met de stichting Islam en Burgerschap.

Voor wat betreft de dekking van dit amendement is een beroep op het niet-beleidsartikel 7.1 niet mogelijk. Op dit artikel zijn de kosten geraamd van de stafdiensten die werkzaamheden verrichten ten behoeve van de Justitieorganisatie als geheel. Verlaging van dit budget doet afbreuk aan de kwaliteit van de bedrijfsvoering als geheel.

Ik vertrouw erop dat ik de Kamer op deze wijze voldoende heb geïnformeerd.

De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie,

M. C. F. Verdonk