nr. 33
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 juni 2004
Vorig jaar heb ik u per brief (29 200 A, nr. 10 van 29 oktober
2003) geïnformeerd over de gerezen problemen bij de uitvoering van het
programma Ruimte voor de Fiets. Ik heb destijds ProRail verzocht geen nieuwe
verplichtingen aan te gaan totdat een nieuw plan van aanpak voor een vervolgkoers
voor Ruimte voor de fiets voorhanden was dat door mij is goedgekeurd. Daarbij
heb ik aangegeven voorrang te willen geven aan het wegwerken van capaciteitstekorten.
Op deze wijze worden binnen het taakstellende budget zoveel mogelijk fietsende
treinreizigers bediend en zal het probleem van de overvolle stationspleinen
worden teruggebracht.
Tijdens de MIT behandeling van december 2003 zegde ik toe de gereserveerde
extra middelen à € 60 mln ter bevordering van het fietsgebruik
te willen toekennen aan de fietsenstallingen. Inclusief het nog resterende
budget van het oude programma Ruimte voor de Fiets bedraagt daarmee het beschikbare
bedrag momenteel nog circa € 142 mln.
Inmiddels heb ik het uitgewerkte Plan van Aanpak van ProRail voor de vervolgkoers
van Ruimte voor de Fiets op hoofdlijnen goedgekeurd. ProRail heeft de actuele
capaciteits-behoefte van de stallingen bij stations in kaart gebracht De nieuwe
prioritering is erop gericht de stallingen met de grootste capaciteitstekorten
als eerste om te bouwen. Met toevoeging van de additionele € 60
miljoen is het mogelijk alle locaties met tekorten om te bouwen en uit te
breiden. Hierbij zal ProRail sturen op de maximaal toelaatbare normbedragen
per fietsplaats, respectievelijk € 641,– en € 1 250,–
per onbewaakte en bewaakte fietsplaats.
De nieuwe koers betekent dat de locaties worden opgesplitst naar bewaakte
en onbewaakte fietsenstallingen. De reeds eerder omgebouwde locaties waar
opnieuw sprake is van capaciteitstekorten van meer dan 80 plaatsen zijn wederom
meegenomen in de prioritering. De locaties waar geen sprake is van een capaciteitsknelpunt
worden vooralsnog niet aangepakt.
ProRail zal per direct de uitvoering van het programma weer oppakken,
opdat uiteindelijk zo min mogelijk vertraging wordt opgelopen.
Ik heb uitwerking gegeven aan de motie Boelhouwer door ProRail opdracht
te geven om bij het aanschrijven van gemeenten over het vervolgprogramma van
Ruimte voor de Fiets, te verzoeken of zij willen meefinancieren in lijn met
de motie. Nadat ProRail betreffende reacties heeft ontvangen zal zij waar
nodig de planningslijst voor het vervolgprogramma aanpassen. Met andere woorden
een gemeente kan zijn eigen versnelling kopen door middel van een significante
bijdrage, waardoor extra inzet mogelijk wordt zonder dat geprioriteerde locaties
worden verdrongen.
De Minister van Verkeer en Waterstaat,
K. M. H. Peijs