nr. 6
NOTA VAN WIJZIGING
Ontvangen 4 november 2003
Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:
I
In artikel II komt onderdeel C te luiden:
C
Artikel 5:11 wordt als volgt gewijzigd:
1. In het derde lid, onderdeel a, wordt «in elke periode van 4 achtereenvolgende
weken« vervangen door: in elke aaneengesloten periode van 28 maal 24
uren.
2. Aan het derde lid wordt toegevoegd: De in onderdeel a bedoelde periode
vangt aan op het eerste tijdstip waarop de werknemer consignatie krijgt opgelegd.
3. In het zesde lid wordt «5:3, eerste lid» vervangen door:
5:3, tweede lid.
II
Artikel V komt te luiden:
ARTIKEL V WET OP DE COLLECTIEVE ARBEIDSOVEREENKOMST
De Wet op de collectieve arbeidsovereenkomst wordt als volgt gewijzigd:
A
In artikel 1, tweede lid, wordt «overeenkomsten tot het verrichten
van enkele diensten» vervangen door: overeenkomsten van opdracht.
B
Artikel 14a, vierde lid, vervalt.
Toelichting
Onderdeel I
Nieuw aan onderdeel C van artikel II is de onder 1 voorgestelde wijziging.
Volgens artikel 5:11, derde lid, onderdeel a, van de Arbeidstijdenwet
kan aan werknemers in elke periode van 4 weken gedurende 2 maal een aaneengesloten
tijdruimte van 7 maal 24 uren geen consignatie worden opgelegd. In het kader
van de Arbeidstijdenwet wordt onder «week» verstaan een periode
van 7 dagen van zondag 00.00 uur tot zaterdag 24.00 uur. Dit leidt ertoe dat
consignatieroosters eigenlijk altijd op zondag moeten aanvangen, omdat anders
niet voldaan wordt aan de eis dat werknemers gedurende 2 aaneengesloten blokken
van 7 dagen consignatievrij kan zijn. Met deze voorgestelde wijziging wordt
bereikt dat de 2 aaneengesloten periodes van 7 dagen dat men niet geconsigneerd
mag zijn niet gekoppeld zijn aan een periode van 4 kalenderweken, maar aan
een periode van 28 achtereenvolgende dagen. Hierdoor is het mogelijk om roosters
te maken waarin de consignatieperiode midden in een kalenderweek in plaats
van op zondag kan aanvangen. Hierdoor is een flexibelere inroostering van
consignatie mogelijk, zonder dat de bescherming van 14 dagen dat de werknemer
consignatievrij is, in gevaar komt.
Onderdeel II
In onderdeel II is in vergelijking met het oorspronkelijke artikel V toegevoegd
de wijziging van artikel 1, tweede lid, van de Wet op de collectieve arbeidsovereenkomst.
De terminologie in dit lid is in overeenstemming gebracht met die van
het Burgerlijk Wetboek.
De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
A. J. de Geus