Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19 augustus 2011
Bij het debat over gezondheidseffecten van de intensieve veehouderij op 23 juni jl. heeft het lid Van Gerven (SP) gevraagd
om de exacte locaties van vier meetpunten uit het onderzoek naar mogelijke effecten van intensieve veehouderij op de gezondheid
van omwonenden. Ik heb toegezegd die vraag aan de onderzoekers door te geleiden.
De onderzoekers hebben mij geantwoord dat zij geen reden zien om de meetpunten openbaar maken. Zij hebben met betrokkenen
afspraken gemaakt dat de locaties niet bekend gemaakt zouden worden.
Op het moment van de metingen zou bekendmaking kunnen leiden tot verstoring van de meetgegevens of vandalisme en dus schade
voor de onderzoekers en overlast voor de bewoner of het bedrijf waar de meetpaal was geplaatst.
Ook nu de metingen zijn afgelopen zullen de onderzoekers de locaties niet bekend maken. «Voor bijvoorbeeld de deelnemers van
de gradiëntmetingen, de veehouders, geldt dat voorkomen moet worden dat bekendmaking nadelen op kan leveren in de relatie
met omwonenden of gemeenten. Dat zou in de toekomst kunnen leiden tot problemen met het vinden van deelnemers aan dit soort
onderzoek in het algemeen», zo geven de onderzoekers aan.
Ik begrijp de argumenten van de onderzoekers. Ik kan hen achteraf niet dwingen de meetpunten openbaar te maken.
De kenmerken van de locaties waar stikstof, fijnstof, endotoxinen en het voorkomen van DNA van bepaalde bacteriën is gemeten
zijn uitgebreid in de rapportage beschreven (Tweede Kamer 28 973, nr. 67, bijlage) en ook zijn de locaties van de vaste meetpunten globaal weergegeven (figuur op pagina 31).
Naast het feit dat de onderzoekers de precieze meetlocaties niet verstrekken ben ik van mening dat die gegevens geen bijdrage
kunnen leveren aan een risico-inschatting op die specifieke locaties.
Ik vertrouw erop dat ik u hiermee voldoende heb geïnformeerd.
De minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E. I. Schippers