28 828 Fraudebestrijding in de zorg

Nr. 96 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 5 juli 2016

In de brief van 15 juni 20151 over het medisch beroepsgeheim heb ik uw Kamer geïnformeerd over de verkenning met partijen (de KNMG, de Inspectie SZW, de Fiscale inlichtingen- en opsporingsdienst en het Openbaar Ministerie) naar het alternatief van de structurele inzet van een onafhankelijk deskundige arts die inzage krijgt in het medisch dossier. Dit met als doel om het strafrechtelijk onderzoek naar zorgfraude effectiever en efficiënter te laten verlopen. We hebben gezocht naar een oplossing die proportioneel en zorgvuldig is, en die het medisch beroepsgeheim maximaal respecteert terwijl tegelijkertijd strafrechtelijk kan worden opgetreden als dat nodig is. In voornoemde brief heb ik toegezegd uw Kamer voor de zomer nader te informeren over de stand van zaken.

Op 5 juli 2016 ben ik met de KNMG, de Inspectie SZW, de Fiscale inlichtingen- en opsporingsdienst en het Openbaar Ministerie een werkwijze overeengekomen met betrekking tot de inzet van een onafhankelijk deskundige arts bij signalen en verdenkingen van fraude in de zorg. Met deze brief informeer ik u over de inhoud van deze werkwijze.

De werkwijze is er op gericht om met maximaal behoud van het medisch beroepsgeheim opsporingsonderzoek naar fraude in de zorg beter mogelijk te maken. De betrokken partijen hebben afgesproken dat er een pool komt van onafhankelijk deskundige artsen. Indien de Inspectie SZW, de Fiscale inlichtingen- en opsporingsdienst en het Openbaar Ministerie (opsporing en vervolging) gegevens ontvangen met betrekking tot een signaal of verdenking van mogelijke fraude in de zorg, dan kan een onafhankelijk deskundige arts uit deze pool ingeschakeld worden. Opsporing en vervolging krijgen geen inzage in de gegevens. Deze gegevens gaan ongezien door naar de onafhankelijk deskundige arts. Deze bekijkt vervolgens of de gegevens onder het medisch beroepsgeheim vallen, stelt vast of en hoe vaak een bepaalde behandeling heeft plaatsgevonden en anonimiseert de patiëntgegevens, zodat deze niet herleidbaar zijn tot een persoon. Het dossier met geanonimiseerde gegevens gaat vervolgens naar opsporing en vervolging ten behoeve van het strafrechtelijk onderzoek. Alvorens een onafhankelijk deskundige arts wordt ingezet toetst een onafhankelijk juridisch deskundige eerst nog of de inzet van de onafhankelijk deskundige arts in een individuele zaak gerechtvaardigd is.

Bescherming medisch beroepsgeheim

Met deze werkwijze voorkomen betrokken partijen dat patiëntinformatie terecht komt in de strafrechtelijke onderzoeksdossiers, wanneer artsen verdacht worden van fraude in de zorg. Nu is dat nog niet altijd het geval. Door de inzet van een onafhankelijk deskundige arts, blijven het medisch beroepsgeheim van de arts en de privacy van de patiënt maximaal gewaarborgd. Hiernaast kunnen opsporing en vervolging effectiever en efficiënter signalen en verdenkingen van fraude in de zorg oppakken en zodoende betekenisvolle zaken strafrechtelijk onderzoeken.

Deze werkwijze zal naar verwachting op 1 januari 2017 operationeel zijn. In de periode tussen 5 juli en 1 januari 2017 zal de KNMG de onafhankelijk deskundige artsen werven en opleiden. Daarnaast zullen in die periode de juridisch deskundigen worden geworven. Jaarlijks evalueren partijen met elkaar de werkwijze.

Afgesproken is dat vanwege het innovatieve karakter van deze werkwijze een laatste juridische toets plaatsvindt door deskundigen. Na ommekomst van de juridische toets zal ik uw Kamer hier nader over informeren.

De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, E.I. Schippers


X Noot
1

Kamerstuk 34 300 XVI, nr. 161.

Naar boven