A
OORSPRONKELIJKE TEKST VAN HET VOORSTEL VAN WET EN VAN DE MEMORIE VAN
TOELICHTING ZOALS VOORGELEGD AAN DE RAAD VAN STATE EN VOORZOVER NADIEN GEWIJZIGD
Wetsvoorstel
1. In de aanhef van de artikelen 1, 3, 4, 6, 7, 8, 11, 12 en 14 is telkens
«wordt gewijzigd als volgt» vervangen door: wordt als volgt gewijzigd.
2. In artikel 4, onder F, is in de aanhef «wordt gewijzigd als volgt»
vervangen door: wordt als volgt gewijzigd.
3. In artikel 3, onder B, is in artikel 55b, tweede lid, «51:6»
vervangen door: 5:16.
4. In artikel 4, onder G, is in artikel 96, tweede lid, «51:6»
vervangen door: 5:16.
5. In art 4, onder H is de dubbele punt aan het slot van het nieuwe onderdeel
a vervangen door een punt-komma.
6. In artikel 7 luidde onderdeel E als volgt:
E
Artikel 52 wordt gewijzigd als volgt.
1. Onderdeel c van het eerste lid vervalt. De puntkomma aan het slot van
onderdeel b wordt vervangen door een punt.
2. Het tweede en het vierde lid vervallen. Het derde lid wordt vernummerd
tot tweede lid.
7. In artikel 7 ontbrak onderdeel F.
8. In artikel 7 waren de onderdelen G, H en I onderscheidenlijk geletterd:
F, G en H.
9. In artikel 7, onder H is «artikel 63, eerste lid, onder a,»
vervangen door: artikel 63.
10. De aanhef van artikel 13 luidde: «Na artikel 33 van de Wet explosieven voor civiel gebruik wordt een artikel
ingevoegd, luidende:»
11. Aan artikel 13 ontbrak het tweede lid.
12. In artikel 14, onder C, J, M, N en P is de dubbele punt aan het slot
van de aanhef vervangen door een punt.
13. In artikel 14, onder U, is in art. 173, tweede lid, «51:6»
vervangen door: 5:16.
14. In artikel 15, onder C, is de dubbele punt aan het slot van de aanhef
vervangen door een punt.
15. Artikel 17 ontbrak, de artikelen 17, 18, 19 en 20 (oud) zijn vernummerd
tot onderscheidenlijk 18, 19, 20 en 21.
16. In artikel 18, onder C, is de dubbele punt aan het slot van de aanhef
vervangen door een punt.
Memorie van toelichting
1. De laatste alinea van paragraaf 4 luidde:
Omdat de Wet op de lijkbezorging – waarin eveneens een aantal adviserende
taken van de milieuinspectie zijn vastgelegd – geheel zal worden herzien,
is ervoor gekozen om die wet niet in het kader van het onderhavige wetsvoorstel
te wijzigen. De aanpassing van de adviestaak van de Inspectie Milieuhygiëne
op grond van de Wet op de Lijkbezorging, zal door het Ministerie van Binnenlandse
Zaken en Koninkrijksrelaties bij de herziening van die wet worden meegenomen.
2. De tweede zin van paragraaf 5.1 luidde:
Daarom wordt daar waar in de betrokken wetten de «oude» inspecties
worden genoemd, de «inspecteur» wordt gedefinieerd of aan hem
of andere inspectiefunctionarissen bepaalde taken worden opgedragen of bevoegdheden
worden verleend, die bepalingen vervangen door bepalingen waarin aan de minister
de bevoegdheid wordt gegeven ambtenaren met de betrokken taken of bevoegdheden
te belasten.
3. In de eerste zin van de artikelsgewijze toelichting op artikel 7 luidde
de zinsnede «De ..... voorgestelde wijzigingen» als volgt: De
in de onderdelen A, D, E, F en G voorgestelde wijzigingen.
4. In de toelichting op artikel 7 ontbrak de toelichting op de onderdelen
E en F.
5. Aan de artikelsgewijze toelichting op artikel 13 ontbrak de tweede
alinea.
6. De artikelsgewijze toelichting op artikel 17 (nieuw) ontbrak.
7. De artikelsgewijze toelichtingen op de artikelen 17, 18, 19 en 20 (oud)
zijn nu onderscheidenlijk de artikelsgewijze toelichtingen op de artikelen
18, 19, 20 en 21.