28 733
Wijziging van diverse wetten op het terrein van het ministerie van Financiën, teneinde wetstechnische gebreken te herstellen of andere wijzigingen van ondergeschikte aard aan te brengen, alsmede intrekking van een wet die geen feitelijke betekenis meer heeft (Reparatiewet I Financiën)

nr. 3
MEMORIE VAN TOELICHTING

Algemeen

Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt, omdat het zonder meer instemmend luidt/uitsluitend opmerkingen van redactionele aard bevat (artikel 25a, vierde lid, onderdeel b, van de Wet op de Raad van State).Het is niet te vermijden dat er in de vele wetten en wijzigingswetten die jaarlijks tot stand komen, zo nu en dan (wets)technische onvolkomenheden sluipen. Ondanks het uitgangspunt dat wordt gestreefd naar wetten van hoogwaardige kwaliteit kan het gebeuren dat een (wets)technische fout over het hoofd wordt gezien. Het maken van wetten blijft immers mensenwerk. Dit wetsvoorstel heeft tot doel deze gebreken in een aantal wetten op het werkterrein van de Minister van Financiën te herstellen, en is uitdrukkelijk niet bedoeld voor beleidsinhoudelijke wijzigingen.

Het omvat onder andere herstel van verschrijvingen, onjuiste verwijzingen en wetswijzigingen waarbij een foutief artikel- of lidnummer werd genoemd. Daarnaast wordt een enkele wijziging van ondergeschikte aard aangebracht. Hierbij gaat het om wijzigingen in een bepaling die ooit correct is geweest, maar door enkel tijdsverloop of wijziging in externe omstandigheden niet meer correct de rechtswerkelijkheid weergeeft. Verder wordt een wet ingetrokken die geen feitelijke betekenis meer heeft.

Artikelsgewijze toelichting

Artikel I

Bij de Aanpassingswet derde tranche Awb I is de in veel wetten voorkomende zinsnede over boeken en zakelijke bescheiden aangepast aan de terminologie van artikel 5:17 van de Algemene wet bestuursrecht, alwaar sprake is van «zakelijke gegevens en bescheiden». Deze aanpassing is per abuis niet doorgevoerd in de Wet assurantiebemiddelingsbedrijf. Dit verzuim wordt hierbij hersteld.

Artikel II

In de Comptabiliteitswet 2001 is een aantal redactionele en taalkundige fouten geslopen, die door middel van de wijzigingsbepaling worden verbeterd.

De verwijzing in de artikelen 18, 44a en 65 van de Comptabiliteitswet 2001 naar de Kaderwet zelfstandige bestuursorganen (Kamerstukken I, 27 426, nr. 276), welk verwijzing via nota's van wijziging in de Comptabiliteitswet 2001 is opgenomen, is enigszins voorbarig geweest. De Kaderwet zelfstandige bestuursorganen was op het moment van inwerkingtreding van de Comptabiliteitswet 2001 (1 september 2002) nog niet vastgesteld. Om die reden wordt bij deze wijziging van de Comptabiliteitswet 2001 de definitie van zelfstandig bestuursorgaan uit de ontwerp-kaderwet, waarnaar in de Comptabiliteitswet 2001 wordt verwezen, ook in artikel 18, vijfde lid, van de Comptabiliteitswet 2001 opgenomen.

Artikel III

Artikel 71 van de Wet op het consumentenkrediet verwijst alleen naar afdeling 1 van de vijfde titel A van Boek 7A van het Burgerlijk Wetboek. De in artikel 71 genoemde uitzonderingsbepalingen hebben betrekking op bepalingen uit afdeling 1 en afdeling 2 van die titel. Deze onvolledige verwijzing wordt hierbij hersteld.

Artikel IV

De voorgestelde wijziging in de Douanewet brengt de definitie van anti-dumpingheffingen in artikel 2, tweede lid, onderdeel d, van die wet in overeenstemming met de actuele Europese regels terzake.

Artikel V

De Invoeringswet douanewetgeving heeft geen feitelijke betekenis meer en kan derhalve worden ingetrokken.

Artikel VI

Bij wet van 1 maart 1995 (Stb. 178) is het aan artikel 7 analoge artikel 21b in de Wet assurantiebemiddelingsbedrijf ingevoegd. Daarbij is verzuimd om, eveneens analoog aan artikel 7, artikel 1, onder 4°, van de Wet op de economische delicten aan te passen. Dit verzuim wordt hierbij hersteld.

Artikel VII

A

Het gaat hier om een kleine redactionele correctie in de Wet grensoverschrijdende betaaldiensten. Artikel 1 van deze wet is niet in leden ingedeeld. De vermelding van een «1.» voor de tekst van dit artikel is dan ook onjuist en kan vervallen.

B

In de Wet grensoverschrijdende betaaldiensten is bij vergissing het woord «ecu's» nog niet gewijzigd in «euro's».

C

Het betreft een kleine redactionele wijziging. Onderdeel i is niet het einde van de opsomming, maar wordt nog gevolgd door een onderdeel j. Daarom dient de punt aan het slot van onderdeel i te worden vervangen door een puntkomma.

Artikel VIII

A

Het betreft hier een kleine redactionele correctie. Door een drukfout was artikel 10, derde lid van de Sanctiewet aan het eind van het tweede lid gevoegd.

B en C

Het gaat hier om een kleine redactionele wijziging.

Artikel IX

In de Wet actualisering en harmonisatie financiële toezichtswetten is onder meer de integere bedrijfsvoering een criterium gemaakt waaraan een verzoek tot het verkrijgen van een zogenaamde verklaring van geen bezwaar voor een deelneming in een financiële instelling (en bij kredietinstellingen ook voor een deelneming door een kredietinstelling) wordt getoetst. De toezichtswetten voorzien in de mogelijkheid dat aan de verklaring van geen bezwaar beperkingen worden gesteld of voorschriften worden verbonden in verband met de toetsingscriteria. In het genoemde wetsvoorstel is evenwel verzuimd deze mogelijkheid aan te passen aan het feit dat de integere bedrijfsvoering is toegevoegd als toetsingscriterium. Die aanpassing heeft plaats door middel van de onderdelen A tot en met C. In onderdeel D is een verschrijving hersteld.

Artikel X

Aanpassing van de Wet toezicht kredietwezen 1992 is nodig op dit punt, omdat op grond van de wet van 20 juni 2002 tot wijziging van de Wet toezicht kredietwezen 1992 in verband met de invoering van bedrijfseconomisch toezicht op instellingen voor elektronisch geld (Stb. 330) onderdeel d van het eerste lid van artikel 14 van die wet is vervallen. Daarbij is bij vergissing nagelaten om het slot van onderdeel c, dat door die wijziging het laatste onderdeel van de opsomming werd, dienovereenkomstig aan te passen. Dit verzuim wordt hierbij hersteld.

Tevens wordt in onderdeel D een verkeerde verwijzing hersteld.

Artikel XI

In onderdeel A wordt de formulering van artikel 30 van de Wet toezicht natura-uitvaartverzekering, waarin na invoering van de Wet actualisering en harmonisatie financiële toezichtswetten door een vergissing ten onrechte zou kunnen worden gelezen dat het vaststellen van de in dat artikel genoemde algemene maatregel van bestuur ook achterwege zou kunnen worden gelaten, in overeenstemming gebracht met artikel 31a.

Zie voor een toelichting op de onderdelen B en C de toelichting bij Artikel IX

Artikel XII

Zie de toelichting bij Artikel IX.

Artikel XIV

Tijdens het wetgevingsproces op het werkterrein van het ministerie van Financiën treden van tijd tot tijd onbedoeld wetstechnische gebreken en leemten op. Een periodieke opschoning van wetten en wijzigingswetten vormt daarvoor een praktische oplossing. Het is de bedoeling om deze opschoning regelmatig te herhalen, vandaar dat gekozen is voor de naam Reparatiewet I Financiën.

De Minister van Financiën,

J. F. Hoogervorst

Naar boven