28 719
Reïntegratiebeleid

nr. 58
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 juni 2008

Hierbij bied ik u ter kennisneming het Handboek meetmethoden voor effectiviteit van activerend arbeidsmarktbeleid op persoonsniveau (ook wel kortweg Evaluatieprotocol genoemd) aan¹. Het betreft een onderzoek uitgevoerd door TNO en SEO Economisch Onderzoek op verzoek van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (SZW). De toezending van dit handboek is door mij toegezegd tijdens het Algemeen Overleg (AO) over de Beleidsdoorlichting Re-integratie op 2 april 2008 (Kamerstuk 28 719, nr. 57). Als vervolg op het AO informeer ik u met deze brief tevens over de uitvoering van de daarbij aangenomen moties.

Handboek meetmethoden voor effectiviteit van activerend arbeidsmarktbeleid

Het handboek is bedoeld voor bij re-integratie betrokken partijen om de resultaten van hun inspanningen te verbeteren. Het handboek kan voor beleidsambtenaren en onderzoekers behulpzaam zijn bij onder meer:

• Het vertalen van een beleidsvraag naar een onderzoeksvraag.

• De dataverzameling, om vooraf rekening te houden met het kunnen evalueren van beleid.

• De communicatie tussen beleidsmakers en onderzoekers, zowel tussen beide groepen als onderling, door middel van een eenduidige hantering van het begrippenkader.

• Ondersteuning van beleidsmakers bij het opstellen en het beoordelen van offertes.

• Ondersteuning en begeleiding van onderzoekers bij de uitvoering van het onderzoek.

• Het bevorderen van transparantie en controleerbaarheid van resultaten.

• Het uitdragen van ontwikkelde kennis.

Ik zal het handboek actief onder de aandacht brengen van gemeenten en UWV en van andere bij evaluatie-onderzoek betrokken partijen. Naast de fysieke verspreiding van het handboek zal dit online te raadplegen zijn op de website www.interventiesnaarwerk.nl. Met deze website beoog ik, samen met een aantal betrokken organisaties, een platform te creëren voor het uitwisselen van informatie over de werking van interventies op het gebied van re-integratie. Grotere bekendheid voor het handboek en de website is ook het onderwerp van een eind juni door het Ministerie van SZW te organiseren expertbijeenkomst voor gemeenten, UWV en andere partijen die betrokken zijn bij het doen van evaluatie-onderzoek. Ook zal tijdens de Gemeentedagen, die het Ministerie van SZW jaarlijks organiseert, worden ingegaan op de noodzaak van evaluatie-onderzoek en de rol die het handboek hierbij kan spelen. Ten slotte zal ik het verschijnen van het handboek onder de aandacht brengen via de periodieke verzamelbrief aan gemeenten.

Vervolg moties AO Beleidsdoorlichting Re-integratie

Motie nummer 28 719, 50 van het Lid van Hijum C.S. verzoekt de regering om in overleg met de VNG te bewerkstelligen dat gemeenten op uniforme wijze inzicht verschaffen in de prestaties en de effectiviteit van hun re-integratiebeleid, en de Tweede Kamer voor het zomerreces over de afspraken te informeren. Wat betreft de uitwerking van deze motie is mijn streven erop gericht om zo spoedig als mogelijk is hierover afspraken te hebben gemaakt. Hiertoe is nog bestuurlijk overleg met de VNG voorzien in de eerste helft van juli. Bij dit overleg zal ik ook motie nummer 28 719, 51 van de Leden Van Hijum en Spekman betrekken over een door kansrijke bijstandsgerechtigden verplicht te volgen werkstage van maximaal zes maanden. Over de uitkomst van dit overleg zal ik u na afloop op hoofdlijnen informeren. Ik stel voor in de begroting voor 2009 deze afspraken nader toe te lichten, gelijktijdig met de uitwerking van de motie met nummer 28 719, 49 van het Lid van Hijum C.S. Over motie 28 719, 53 (die motie 28 719, 52 vervangt), die vraagt te onderzoeken of prikkels voor re-integratiebedrijven zo kunnen worden aangepast dat vaker duurzame plaatsingen tot stand komen, zal ik u tevens voor het zomerreces informeren.

De staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

A.  Aboutaleb

---

1 Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.