28 694 Verpakkingsbeleid

Nr. 142 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 30 november 2020

Blikjes horen niet in het milieu thuis. Met uw Kamer ben ik van mening dat een gerichte aanpak nodig is om de hoeveelheid blikjes in het zwerfafval terug te dringen. Als onderdeel van het tweesporenbeleid heb ik regelgeving in voorbereiding om statiegeld op metalen drankverpakkingen op te kunnen leggen. In het kader van de voorhangprocedure, heb ik uw Kamer op 9 oktober jl. het ontwerp van het Besluit maatregelen metalen drankverpakkingen aangeboden (Kamerstuk 28 694, nr. 137). Gelijktijdig is een internetconsultatie gestart. Uw Kamer heeft verzocht om een overzicht te ontvangen van de reacties op deze internetconsultatie. Met deze brief bied ik u het gevraagde overzicht van de binnengekomen reacties, ten behoeve van het AO Circulaire Economie op 2 december. Op basis van de reacties zal het conceptbesluit waar nodig worden aangepast. Tevens zal de reactie op de consultatie zoals gebruikelijk worden gepubliceerd. Mijn inzet is om de voorhang voor het kerstreces af te ronden en het ontwerpbesluit aan de Raad van State aan te bieden.

Het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat heeft 37 reacties ontvangen naar aanleiding van de internetconsultatie. Particulieren zijn in hun reacties overwegend voor het invoeren van statiegeld op blikjes en vinden het een logische stap in het tegengaan van zwerfvuil. Een groot deel van deze reacties pleit ervoor direct tot invoering te besluiten. Een klein deel van de particulieren die hebben gereageerd geeft aan statiegeld op blikjes geen goed idee te vinden, met name vanwege het extra gedoe en de kosten.

De Consumentenbond geeft in zijn reactie aan een panelonderzoek onder zijn leden te hebben uitgevoerd waaruit blijkt dat 75% voorstander is van statiegeld op blikjes. Een statiegeldbedrag tussen de 10 en 25 eurocent per blikje heeft daarbij de voorkeur. Voor de duidelijkheid voor consumenten is het volgens de Consumentenbond gewenst dat er geen uitzonderingen gemaakt worden tussen verschillende soorten blikjes en dranken. Ook pleit de Consumentenbond ervoor om alternatieve inzameling, zoals inzameling via PMD-afval, niet mee te tellen bij het halen van de inzameldoelstelling. Bij een statiegeldverplichting hoort ook een consumentvriendelijk inzamelsysteem. Dat betekent in de ogen van de Consumentenbond een innameverplichting voor verkooppunten van drankblikjes.

Verschillende gemeenten hebben inbreng geleverd op het besluit. Zij vragen het besluit voor statiegeld op blikjes naar voren te halen zodat het nog binnen deze regeerperiode valt, omdat uit de zwerfafvalmonitor nu al geconcludeerd kan worden dat de benodigde daling niet gehaald gaat worden en dat statiegeld op blikjes onvermijdelijk is. Tevens vragen zij geen uitzondering op te nemen waarmee ook blikjes die via «niet-gescheiden systemen» worden ingezameld, meegeteld mogen worden om de gescheiden inzameldoelstelling te behalen. Deze routes gaan zwerfafval niet tegen en deze routes meetellen bij de doelstelling ondermijnt de effectiviteit van het statiegeldsysteem op voorhand, aldus deze gemeenten. Ook vragen gemeenten om zuivel en sappen mee te nemen in de voorgenomen statiegeldregeling op blikjes en aandacht te hebben voor het voorkomen van een grootschalige verschuiving van metalen drankverpakkingen naar andere verpakkingen. Daarbij wordt door de gemeentelijke reinigingsdiensten (NVRD) specifiek aandacht gevraagd voor een mogelijke verschuiving naar de verkoop van bier in kunststofflessen. Tot slot pleiten verschillende gemeenten voor een innameverplichting voor verkooppunten.

De milieuorganisaties Recycling Netwerk Benelux, Natuur & Milieu, de Plastic Soup Foundation, de Plastic Soup Surfer, Greenpeace en Stichting de Noordzee, hebben gezamenlijk een reactie ingediend. Deze organisaties pleiten ervoor om het beslismoment voor statiegeld op metalen drankverpakkingen naar voren te halen, zodat het besluit nog binnen deze regeerperiode valt. Zij stellen dat uit de monitoring van Rijkswaterstaat over de eerste helft van 2020 blijkt dat het aantal blikjes in het zwerfafval niet is afgenomen en dat er geen enkel systeem of structuur voor het bedrijfsleven is om aan de prestatiedoelen te voldoen. Tevens geven deze organisaties aan dat er een duidelijke politieke wil is om statiegeld op blikjes in te voeren en dat ook stakeholders uit het bedrijfsleven snel duidelijkheid willen. De milieuorganisaties juichen toe dat er voor metalen drankverpakkingen een 90% gescheiden inzamelingdoelstelling is opgenomen en zij pleiten ervoor geen uitzonderingen in de vorm van het meetellen van blikjes ingezameld via het PMD toe te staan om aan de 90% gescheiden inzamelingdoelstelling te voldoen. Tevens stellen deze organisaties dat een innameplicht voor verkooppunten onderdeel moet zijn van de regelgeving, omdat: er anders te weinig garanties zijn dat de 90% gescheiden inzamelingdoelstelling wordt gehaald; de onderhandelingspositie van verkooppunten ten aanzien van producenten te sterk wordt; er een risico is op een onduidelijke situatie voor de consument; en een innameplicht voor verkooppunten nodig is voor effectieve controle en handhaving. De milieubeweging pleit ervoor dat de statiegeldregelgeving van toepassing is op alle blikjes, inclusief sappen en zuivel, en ook geldt voor knijpzakjes. Het wettelijke minimum statiegeldbedrag dient in de ogen van milieuorganisaties 25 cent te worden om de 90% gescheiden inzameling te kunnen garanderen. Tot slot pleit de milieubeweging ervoor blikjes onder de Single-Use Plastics richtlijn te laten vallen.

Het Afvalfonds Verpakkingen heeft mede namens de Federatie Nederlandse Levensmiddelenindustrie (FNLI) en het CBL (belangenbehartiger van de supermarkten) een reactie gegeven op het ontwerpbesluit. Het verpakkende bedrijfsleven stelt in deze reactie dat er geen aanleiding is voor een wettelijke inzameldoelstelling en dat een wettelijke inzameldoelstelling bovenop het introduceren van statiegeld nooit onderdeel geweest is van de gemaakte afspraken en ook niet rechtstreeks volgt uit de aangenomen Kamermoties. Voorts stelt het verpakkende bedrijfsleven dat de voorgestelde inzameldoelstelling van 90 procent gescheiden inzameling niet realistisch is en dat deze als zodanig door het ministerie ook niet onderbouwd of onderzocht is. Tot slot stelt het verpakkende bedrijfsleven dat de voorgestelde inzameldoelstelling onnodig discriminatoir is, omdat deze onderscheid maakt tussen verschillende soorten blikjes. Vanuit het perspectief van kwaliteit en circulaire economie bestaat volgens het bedrijfsleven echter geen verschil tussen blikjes die dezelfde afvalroute afleggen.

LTO Nederland stelt in haar reactie dat zwerfafval een probleem is voor boeren. LTO is verheugd dat een forse en snelle reductiedoelstelling wordt gekoppeld aan heldere maatregelen bij het niet behalen van die doelstelling op korte termijn. LTO vraagt met name aandacht voor het dierenleed dat veroorzaakt door zwerfafval van blikjes. Volgens LTO krijgen koeien de versnipperde blikjes binnen via het voer, waarbij de scherpe delen schade veroorzaken in de voormagen van koeien. LTO stelt dat naar schatting jaarlijks 12.000 koeien letsel oplopen door het binnenkrijgen van scherp afval en dat 4.000 runderen dat niet overleven. Naast het dierenleed refereert LTO aan de hoge maatschappelijke kosten veroorzaakt door zwerfafval. Ook heeft een aantal veehouders individueel gereageerd op de internetconsulatie. Ook zij pleiten voor invoering van statiegeld op blikjes om dierenleed te voorkomen.

De Belangenvereniging voor de zelfstandige tankstationondernemer (BETA) steunt het tegengaan van zwerfvuil, maar stelt dat de inname van blikjes en teruggave van statiegeld voor de BETA-achterban van mkb-ers niet of heel moeilijk uitvoerbaar is.

Metalen Verpakkingen Nederland (MVN) is de brancheorganisatie van fabrikanten van metalen verpakkingen. Deze branche stelt dat door statiegeld weliswaar een reductie zal plaatsvinden van blikjes en flesjes in het zwerfafval, maar dat het generieke zwerfafval niet zal verdwijnen. Het blijft daarmee volgens de MVN van cruciaal belang dat gemeenten en overheden hun verantwoordelijkheden blijven nemen door voldoende handhavingscapaciteit te leveren en voorzieningen te creëren waardoor zwerfafval niet ontstaat. Volgens de MVN houdt de bestaande zwerfafval monitor geen rekening met de mate en frequentie van opruimen en zijn de uitkomsten ervan niet representatief voor heel Nederland. MVN verzoekt om een wetenschappelijk verantwoord en betrouwbaar statistisch onderzoek in te richten met feitelijke metingen bij alle partijen die verantwoordelijk zijn voor het opruimen van het zwerfafval. Om verwarring te voorkomen voor de burger stelt MVN voor om het besluit voor statiegeld op blikjes te laten gelden voor alle metalen drankenblikjes, inclusief de blikjes met zuiveldranken en sappen. Wel stelt MVN dat metalen drankverpakkingen zonder directe drinkwaar (zoals limonadesiroop), zelden tot nooit in het zwerfafval voorkomen omdat deze overwegend thuis gebruikt worden. Omdat retournamesystemen volgens MVN niet bedoeld zijn voor deze, vaak grotere metalen verpakkingen, pleit MVN ervoor de regelgeving van toepassing te laten zijn op alle dranken in metalen drankverpakkingen met een maximale inhoud van 0,6 liter. Tevens verzoekt de MVN om, bij het opzetten van het systeem, het gemak voor de consument leidend te laten zijn en dat het moet bijdragen aan het minimaliseren van zwerfafval. Een inzamelverplichting voor (bijna) alle verkooppunten zou passend zijn. Tevens vraagt de MVN aandacht voor het voorkomen van kruisfinanciering tussen statiegeld op plastic flesjes en metalen blikjes. De MVN verzoekt tot slot om de aanleiding van het besluit aan te passen, omdat volgens de MVN door onderzoek is aangetoond dat er geen relatie is tussen de sterfte van runderen en blikjes in zwerfafval.

Recycling Aluminium Verpakkingen Nederland (RAVN) is van mening dat al vanaf de start in 2021 het nieuwe Nederlandse statiegeldsysteem voor plastic flesjes geschikt moet zijn voor de inname van drankblikjes. De terugnamemachines kunnen volgens de RAVN het beste in of nabij de supermarkt worden geplaatst. Andere belangrijke verkooppunten zoals de Horeca, benzinestations of trein-, bus- en metrostations zouden ook de plaatsing van een of meer RVM's kunnen overwegen, evenals organisatoren van «outdoor» evenementen zoals muziekfestivals of sportmanifestaties. Inzameling bij kleinere verkooppunten zoals kiosken, strandtenten en sportverenigingen kan in de ogen van RAVN plaatsvinden via grote en stevige plastic zakken. Er kan worden overwogen om alvast met proefprojecten voor «vrijwillige inname» van blikjes te beginnen, die dan in 2022 worden omgezet naar een volwaardig statiegeldsysteem. De ervaring in het buitenland met statiegeld heeft volgens de RAVN geleerd dat er geen hygiëne-problemen optreden bij een volledige dekking van het statiegeldsysteem. Wel stelt ook de RAVN dat vanwege de technische beperkingen van de huidige innamemachines grotere metalen verpakkingen voor limonade moeten worden uitgezonderd.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, S. van Veldhoven-van der Meer

Naar boven