28 676 NAVO

29 521 Nederlandse deelname aan vredesmissies

Nr. 276 BRIEF VAN DE MINISTER VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 20 juli 2017

Inleiding

Hierbij bied ik u het verslag aan van de bijeenkomst van de Navo-Ministers van Defensie op 29 juni jl. te Brussel. Tijdens de werklunch en de werksessie spraken de Ministers over de lastenverdeling in het bondgenootschap, de follow-on forces, de EU-Navo samenwerking en de aanpassing van de Navo-commandostructuur. Aansluitend vergaderden de landen die bijdragen leveren aan de Resolute Support missie in Afghanistan.

Ook geef ik in deze brief een toelichting op de Navo-definitie van «defensie-uitgaven», conform mijn toezegging tijdens het algemeen overleg op 22 juni jl. (Kamerstukken 28 676 en 29 521, nr. 275)

Tevens informeer ik u over het kabinetsbesluit inzake de beëindiging van de Nederlandse bijdrage aan United Nations Assistance Mission in Afghanistan (UNAMA).

In de bijlage bij deze brief treft u de Nederlandse gegevens uit de input/output metrics voor 2016, inclusief een toelichting op deze gegevens1.

Werklunch en werksessie

Lastenverdeling

De Secretaris-generaal meldde dat de bondgenoten stappen hebben gezet ter verbetering van de lastenverdeling in het bondgenootschap. De defensie-uitgaven van de Europese bondgenoten en Canada zijn voor het derde opvolgende jaar gestegen. Alle Navo-landen die minder dan twee procent bbp uitgeven, hebben hun defensiebegrotingen verhoogd. Voorts hebben alle bondgenoten de capaciteitsdoelen die in het kader van het Navo Defensie Planningsproces (NDPP) geaccepteerd. Ook op het gebied van inzet is voortuitgang geboekt. De Secretaris-generaal stelde vast dat de vooruitgeschoven aanwezigheid (enhanced forward presence) in de Baltische staten en Polen nu op volle sterkte is.

De Amerikaanse Secretary of Defence, James Mattis, sprak waardering uit voor de inspanningen van de bondgenoten en de verhoging van de Europese defensie-uitgaven. Hij onderstreepte dat het belang van Artikel 3 van het Noord-Atlantisch Verdrag, waarin is vastgelegd dat de bondgenoten krijgsmachten moeten handhaven die over voldoende capaciteiten beschikken en bijdragen kunnen leveren aan de collectieve verdediging.

Ik heb gemeld dat Nederland het belang van een evenwichtige lastenverdeling steunt. Het kabinet heeft daarom de afgelopen jaren bijna 900 miljoen euro structureel aan de begroting toegevoegd. Voorts heb ik toegelicht dat de kabinetsformatie nog niet is voltooid en dat het aan een nieuw kabinet is om besluiten te nemen over nieuwe verhogingen van de Nederlandse defensie-uitgaven.

Follow-on Forces

De Ministers waren het erover eens dat het voor de geloofwaardige afschrikking en verdediging van het verdragsgebied van belang is dat de Navo beschikt over grote eenheden, de zogenoemde follow-on forces, die de ontplooide NATO Response Force en de nationale strijdkrachten van een bedreigde bondgenoot kunnen versterken. Deze grote eenheden moeten worden samengesteld en geregeld samen trainen.

In het kader van het Duitse Framework Nations Concept (FNC-)initiatief zijn reeds stappen gezet om grote verbanden samen te stellen. De Duitse 1. Panzerdivision, waarin de 43ste Gemechaniseerde Brigade is geïntegreerd, is een van de verbanden die onder FNC-vlag is samengesteld. Nederland beziet thans de mogelijkheden om met bestaande capaciteiten bijdragen te leveren aan grotere luchteenheden (inclusief grondgebonden raket- en luchtverdediging) evenals logistieke en maritieme verbanden.

De Ministers waren het er voorts over eens dat de Supreme Allied Commander (SACEUR) logistieke maatregelen moet treffen om te verzekeren dat de grotere verbanden snel kunnen worden ontplooid. Op dit gebied zal nauw moeten worden samengewerkt met de EU.

EU-Navo samenwerking

De Ministers spraken in aanwezigheid van Hoge Vertegenwoordiger Mogherini en de Ministers van Defensie van Finland en Zweden over de voortgang van de EU-Navo samenwerking. De Hoge Vertegenwoordiger beklemtoonde dat het in het belang van zowel de Navo als de EU is dat de Europese landen meer verantwoordelijkheid nemen voor hun eigen veiligheid. Zij gaf voorts een toelichting op de lopende EU-initiatieven, waaronder Permanente Gestructureerde Samenwerking (PESCO) en de oprichting van een Europees Defensie Fonds (EDF).

Ik heb onderschreven dat de Navo baat heeft bij een grotere EU-rol op veiligheidsgebied. Voorts heb ik gemeld dat de EU-Navo samenwerking wat Nederland betreft verder moet worden verdiept. Ik heb gepleit voor nauwere samenwerking op het gebied van grensoverschrijdend transport. Het is van belang dat militair materieel en personeel binnen Europa zeer snel kunnen worden verplaatst. De EU en de Navo moeten de handen ineenslaan om procedures voor grensoverschrijdend militair transport te versimpelen en te standaardiseren. Voorts is het van belang dat de organisaties informatie uitwisselen over de infrastructuur voor militaire transporten in Europa.

Navo-commandostructuur

De strategische commandanten van de Navo meldden dat de ontwikkeling van opties voor de aangepaste Navo-commandostructuur gestaag vordert. Tijdens de ministeriële bijeenkomst in oktober 2017 zullen zij hun opties presenteren. In februari 2018 zullen de Ministers een definitief besluit nemen over de aanpassing van de Navo-commandostructuur.

De Ministers verwelkomden de voortgang van de strategische commandanten. Noorwegen beklemtoonde dat de aangepaste commandostructuur de Navo in staat moet stellen doelmatig te reageren op alle dreigingen rondom het verdragsgebied. Noorwegen stelde voor binnen de aangepaste commandostructuur een maritiem hoofdkwartier op te richten. Dit hoofdkwartier zou zich kunnen richten op het veiligstellen van de sea lines of communication tussen Noord-Amerika en Europa, die in het geval van een crisis essentieel zijn voor de versterking van de Europese Navo-strijdkrachten. Nederland staat positief tegenover dit voorstel.

Resolute Support missie

De Ministers stelden vast dat het noodzakelijk is en blijft de Afghaanse veiligheidstroepen te trainen en te adviseren. Secretary of Defence Mattis meldde dat de Verenigde Staten nog een besluit moeten nemen over de toekomstige Amerikaanse inzet in Afghanistan. Het is thans niet duidelijk wanneer dit besluit zal vallen.

Een aantal bondgenoten kondigde aan dat zij hun bijdragen aan de Resolute Support missie zullen verlengen. Enkele bondgenoten, waaronder Denemarken, Portugal en het Verenigd Koninkrijk, meldden voorts dat zij hun bijdragen zullen intensiveren. Zoals bekend, beziet Nederland thans met een positieve grondhouding de mogelijkheden om de bijdrage aan de Resolute Support missie te continueren.

Navo-definitie van defensie-uitgaven

De Navo definieert «defensie-uitgaven» als betalingen van een overheid om aan de behoeften van de eigen strijdkrachten (of die van de Navo-bondgenoten) te voldoen. De uitgaven die op de defensiebegrotingen staan, vormen het belangrijkste deel van de defensie-uitgaven.

Uitgaven aan de land-, lucht- en zeestrijdkrachten, special operations forces, staven, militaire medische diensten en militaire logistieke ondersteuning vallen volledig onder de Navo-definitie van «defensie-uitgaven». Uitgaven aan andersoortige eenheden worden ook beschouwd als defensie-uitgaven, indien deze eenheden zijn getraind in militaire tactieken, zijn ingericht als een militaire macht, kunnen werken onder direct militair gezag, en buiten het nationale grondgebied kunnen worden ingezet voor missies en operaties. Voorbeelden van dergelijke eenheden zijn de militaire politie, douane en kustwacht. Wat Nederland betreft telt de hele defensiebegroting dus mee, inclusief de uitgaven aan de Koninklijke Marechaussee en de uitgaven van Defensie aan de Kustwacht Nederland.

Onder de Navo-definitie van «defensie-uitgaven» vallen ook de pensioenen van militairen en burgers die in dienst zijn geweest van Defensie, uitgaven aan humanitaire en vredesoperaties en uitgaven voor research and development.

Onder de Navo-definitie vallen niet de uitgaven aan civiel-militaire activiteiten (behalve als de militaire component los kan worden berekend), financiële ondersteuning van een bondgenoot, uitgaven aan de gedeelde Navo-infrastructuur en betalingen voor oorlogsschade en burgerbescherming.

Beëindiging Nederlandse bijdrage aan UNAMA

Het kabinet heeft besloten de bijdrage van een officier aan de United Nations Assistance Mission in Afghanistan te beëindigen. Het kabinet wil de Nederlandse personele bijdrage concentreren op de Resolute Support missie. Nederland blijft met de financiële bijdrage van € 15 miljoen per jaar (tot en met 2019) aan het Law and Order Trust Fund Afghanistan (LOTFA) gecommitteerd aan de versterking van het Afghaanse politieapparaat en de totstandkoming van een moderne, professionele civiele politieorganisatie.

De Minister van Defensie, J.A. Hennis-Plasschaert


X Noot
1

Raadpleegbaar via www.tweedekamer.nl.

Naar boven