28 652
Voorstel van wet van de leden Dittrich, Halsema en Van Nieuwenhoven houdende regels omtrent de vaste boekenprijs (Wet op de vaste boekenprijs)

nr. 12
NOTA VAN WIJZIGING

Ontvangen 9 april 2004

Het voorstel van wet wordt als volgt gewijzigd:

1

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. In onderdeel b wordt «een werk dat tekst bevat in de Nederlandse of Friese taal» vervangen door: een werk dat tekst bevat die vrijwel uitsluitend is gesteld in de Nederlandse of Friese taal.

2. In onderdeel d wordt «in Basisonderwijs, Voortgezet Onderwijs» vervangen door: in Basisonderwijs, (Voortgezet) Speciaal onderwijs, Voortgezet onderwijs.

2

In artikel 6, eerste lid, onderdeel a, wordt na «zijn» ingevoegd: , mits de beschadiging niet opzettelijk is aangebracht en bij verkoop duidelijk wordt vermeld dat zij beschadigd zijn.

3

Aan artikel 9 wordt een lid toegevoegd, luidende:

5. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld omtrent het vaststellen van een boekenclubprijs.

4

Artikel 13, onderdeel e, komt te luiden:

e. levering door een verkoper in het kader van een collectieve promotie- of spaaractie.

5

Aan artikel 14 wordt een volzin toegevoegd, luidende: De artikelen 4, 6 en 7 zijn van overeenkomstige toepassing op bijzondere prijzen.

6

Artikel 44 wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «het Reglement Handelsverkeer van de Koninklijke Vereniging van het Boekenvak» vervangen door: het Reglement voor het Handelsverkeer van Boeken in Nederland van de Koninklijke Vereeniging ter bevordering van de belangen des Boekhandels.

2. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

4. Ten aanzien van overtredingen van de in het eerste lid genoemde Reglementen die begaan zijn vóór het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet, blijft het recht zoals dat gold op de dag voorafgaande aan het tijdstip van inwerkingtreding van deze wet van toepassing.

7

Artikel 47 komt te luiden:

Artikel 47

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen tijdstip, waarbij terugwerkende kracht kan worden verleend tot en met een daarbij te bepalen tijdstip. In dat besluit wordt zonodig toepassing gegeven aan artikel 16 van de Tijdelijke referendumwet.

Toelichting

Onderdeel 1 tot en met 5

De wijzigingen opgenomen in de onderdelen 1 tot en met 5 betreffen enkele verbeteringen en verduidelijkingen. Deze wijzigingen zijn het gevolg van nadere overwegingen welke in de nota naar aanleiding van het verslag nader toegelicht zijn.

Onderdeel 6

De wijziging onder 1 betreft een louter redactionele verbetering.

Met de wijziging onder 2 wordt bereikt dat alle overtredingen die begaan zijn vóór het tijdstip van inwerkingtreding van de wet berecht worden met toepassing van de reglementen.

Onderdeel 7

In de in het voorstel van wet opgenomen inwerkingtredingsbepaling is rekening gehouden met de vervaldatum van de bestaande ontheffing op grond van artikel 17 van de Mededingingswet (voorheen artikel 9g van de Wet economische Mededinging), zijnde 1 januari 2005. Op grond van een recent ingediende nota van wijziging bij het voorstel van wet tot wijziging van de Mededingingswet en enige andere wetten in verband met de implementatie van EG-Verordening 1/2003 (Kamerstukken II, 2003/04, 29 276, nr 8) zullen echter alle bestaande ontheffingen vervallen met ingang van het tijdstip van inwerkingtreding van de wijziging van de Mededingingswet. De inwerkingtredingsbepaling behoeft in verband daarmee aanpassing.

Dittrich

Halsema

Van Nieuwenhoven

Naar boven