28 600 XII
Vaststelling van de begrotingsstaat van het Ministerie van Verkeer en Waterstaat (XII) voor het jaar 2003

28 600 A
Vaststelling van de begrotingsstaat van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2003

nr. 115
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 juni 2003

Bij brief van 16 mei 2003 (03-/30/VW) verzocht de voorzitter van de Vaste Kamercommissie voor Verkeer en Waterstaat mij per ommegaande de stand van zaken rondom de plannen van aanpak voor het beheer en onderhoud van spoorwegen en vaarwegen te melden. Met dit schrijven ga ik in op dit verzoek. Overigens is het onderstaande ook van toepassing voor het beheer en onderhoud van de rijkswegen.

Op 16 mei 2003 heeft het nieuwe kabinet het hoofdlijnenakkoord uitgebracht, waarin een aantal uitspraken op het gebied van verkeer en vervoer is gedaan. Zo zal het Kwartje van Kok niet rechtstreeks terug worden gegeven aan de burger, maar zal het vooral worden aangewend voor investeringen in wegen, en daarnaast voor onderhoud van openbaar vervoer en vaarwegen. Verder zal actief binnen het Meerjarenprogramma Infrastructuur en Transport (MIT) een herprioritering plaatsvinden, ondermeer ten gunste van (onderhouds)knelpunten in het openbaar vervoer.

Op dit moment worden de keuzes uit het hoofdlijnenakkoord nader beschouwd en uitgewerkt. Deze keuzes en de budgettaire verwerking daarvan zullen, voor zover mogelijk, worden meegenomen in de voorbereiding van de begroting 2004–2008. De vraag hoe de komende jaren met beheer en onderhoud zal worden omgegaan is hier uiteraard sterk van afhankelijk. Daarom heb ik ervoor gekozen de voorbereiding van de plannen van aanpak te koppelen aan de nadere besluitvorming over de uitwerking van het hoofdlijnenakkoord.

Het gevolg hiervan is dat de plannen van aanpak op zijn vroegst bij of kort na het verschijnen van de begroting op Prinsjesdag (16 september 2003) aan de Tweede Kamer zullen worden gezonden. Mocht verwerking in de komende ontwerpbegroting niet meer haalbaar zijn, dan ontvangt u de plannen van aanpak bij het wetsvoorstel, waarin de verwerking wel heeft plaatsgevonden (Nota van Wijziging).

Ik ga ervan uit dat ik u hiermee voldoende heb geïnformeerd.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

K. M. H. Peijs