nr. 3
MEMORIE VAN TOELICHTING
Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt, gelet op
artikel 25a, vijfde lid jo vierde lid, onder b, omdat het zonder
meer instemmend luidt.
Deze toelichting op het wetsvoorstel, houdende verlenging van de werking
van krachtens de In- en uitvoerwet ten aanzien van de invoer en de uitvoer
van goederen gestelde regels, geef ik mede namens de Ministers van Landbouw,
Natuurbeheer en Visserij en van Buitenlandse Zaken en de Staatssecretaris
van Financiën.
Ingevolge artikel 2c, zesde lid, van de In- en uitvoerwet vervalt een
invoer- of uitvoerbesluit drie jaren na het inwerkingtreden, tenzij bij nadere
wet anders wordt bepaald. Bij wet van 2 december 1999 tot verlenging van de
werking krachtens de In- en uitvoerwet ten aanzien van de invoer en de uitvoer
van goederen gestelde regels (Stb. 539) – hierna te noemen: verlengingswet –
is de werkingsduur van de volgende besluiten verlengd tot 1 januari 2003:
a. het In- en uitvoerbesluit industriële goederen 1963;
b. het Uitvoerbesluit strategische goederen 1963;
c. het In- en uitvoerbesluit landbouwgoederen 1980;
d. het Invoerbesluit landen 1981;
e. het In- en uitvoerbesluit tabak 1982.
Sinds de verlengingswet van 2 december 1999 is het onder b genoemde Uitvoerbesluit
strategische goederen 1963 gewijzigd, wat de citeertitel betreft bij besluit
van 23 november 1999 en laatstelijk bij besluit van 21 maart 2001 (Stb. 176;
vijfentwintigste wijziging).
De overige in de hiervoor gegeven opsomming genoemde invoer- en uitvoerbesluiten
zijn sinds de verlengingswet niet gewijzigd of ingetrokken.
Aan de besluiten, door middel waarvan onder meer bindende communautaire
besluiten worden uitgevoerd, bestaat nog steeds behoefte.
De Staatssecretaris van Economische Zaken,
J. G. Wijn