28 484
Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en de Wegenverkeerswet 1994, in verband met de herijking van een aantal wettelijke strafmaxima

nr. 14
AMENDEMENT VAN HET LID WOLFSEN

Ontvangen 15 maart 2004

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel I wordt voor onderdeel aA een nieuw onderdeel ingevoegd, luidende:

aA0

Artikel 14a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste lid wordt «een jaar» vervangen door: twee jaren.

2. In het tweede lid wordt de zinsnede «een jaar en ten hoogste drie jaren» vervangen door: twee jaren en ten hoogste vier jaren. Tevens worden de woorden «een derde» vervangen door: twee jaren.

Toelichting

Met de toename van het aantal zware en langdurige programma's die als bijzondere voorwaarde bij een voorwaardelijke veroordeling kunnen worden opgelegd (zoals Den Engh of de langdurige behandeling van een zedendelinquent) is de maximum voorwaardelijke gevangenisstraf van een jaar niet in alle gevallen toereikend als geloofwaardige en effectieve tegenhanger van de bijzondere voorwaarde; de stok achter de deur dient voldoende dik te zijn. Dit geldt in het bijzonder indien men rekening houdt met de vervroegde invrijheidstelling. Een veroordeelde zal bovendien meer gemotiveerd zijn tot deelname aan een bijzondere voorwaarde als hij ook in strafzwaarte te winnen heeft bij deelname.

Door het maximum als voorwaardelijk op te leggen gevangenisstraf te verhogen tot twee jaar kan het evenwicht tussen een zware bijzondere voorwaarde bij een voorwaardelijke veroordeling en de daar tegenoverstaande gevangenisstraf worden hersteld.

Samen met de verhoging van drie naar vier jaar voor de gevangenisstraffen waarbij nog een deel voorwaardelijk kan worden opgelegd, biedt dit de rechter de mogelijkheid een straf op te leggen die (nog) beter is toegesneden op de bijzonderheden van het geval.

Wolfsen

Naar boven