28 439
Evaluatie Kwaliteitswet zorginstellingen

nr. 10
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 4 november 2005

Met deze brief informeer ik u over de voortgang van het kwaliteitsbeleid in de langdurige zorg zoals opgenomen in het programma «ZorgvoorBeter». Daarnaast wil ik u informeren over de invulling van de toezeggingen uit het Algemene Overleg van 23 juni jl. (kamerstuk 29 800 XVI/28 439, nr. 207).

In december 2002 heb ik mijn visie op het kwaliteitsbeleid gepresenteerd (TK 2002–2003, 28 439, nr. 2). Belangrijke aandachtspunten uit deze brief waren: het opzetten en borgen van kwaliteitssystemen en normen, een structurele plaats voor het cliëntoordeel over de zorg, het kiezen van verbeterspeerpunten, en het verbeteren van de informatievoorziening over de kwaliteit en doelmatigheid van zorg.

In mijn brief van 28 juni 2004 (TK 2003–2004, 28 439, nr. 5) heb ik het «Landelijk Actieprogramma Kwaliteit in de care» gepresenteerd. Ik heb daar drie pijlers genoemd:

a. verbetering van de transparantie en de verantwoording;

b. verbetering en structurering van het toezicht;

c. verbetertrajecten op de thema’s zeggenschap en patiëntveiligheid, te beginnen bij decubituspreventie enbehandeling op basis van best practices.

Met deze drie pijlers geef ik uitvoering aan de eerder genoemde aandachtspunten. De samenhang tussen de verschillende acties is vervolgens vorm gegeven door de introductie van het sturings- en communi- catieplatform ZorgvoorBeter.nl.

Het motto van mijn beleid wil ik omschrijven als goed verzorgd, goed georganiseerd . De focus ligt daarbij op heldere normen, ondersteuning bij implementatie en transparante (publieke) verantwoording daarover.

De ambitie om kwaliteit te leveren moet vanuit de instellingen zelf komen. Dat is gelukkig in veel gevallen het geval, maar zeker nog niet overal. De kwaliteit en de organisatie van de zorg zichtbaar, voelbaar, meetbaar en structureel verbeteren vergt echter tijd. Daar ben ik mij van bewust. Naar mijn overtuiging vaart de sector nu wel de goede koers. Er is veel beweging binnen de sector om de kwaliteit te verbeteren, de bereidheid is groot om kritisch te zijn naar de zorg die geleverd wordt. Er is veel werk verzet door alle partijen en in goede samenwerking is het toetsingskader voor verantwoorde zorg tot stand gekomen.

In 2005 zal uw Kamer nog een brief ontvangen over de toekomst van het kwaliteitsbeleid, zoals de minister en ik dat voor ogen hebben, voor alle sectoren van de gezondheidszorg.

In de bijlage is per onderwerp de stand van zaken weergegeven.1

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,

C. I. J. M. Ross-van Dorp


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

Naar boven