nr. 1
BRIEF VAN DE MINISTERS VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN VAN VOLKSHUISVESTING,
RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
's-Gravenhage, 31 mei 2002
Hierbij delen wij u mede, dat het kabinet voornemens is om op verzoek
het Tweede Structuurschema Elektriciteitsvoorziening (SEV) partieel te herzien
in verband met de opname van een onderzeese 400 tot 500 kV-hoogspanningsverbinding
tussen de Britse en Nederlandse hoogspanningsnetten. Deze partiële herziening
zal geschieden conform de in artikel 2a van de Wet op de Ruimtelijke Ordening
(WRO) beschreven procedure van de planologische kernbeslissing (pkb-procedure).
Het project omvat een verbinding tussen de oostkust van Engeland en de
Maasvlakte in Nederland, alsmede de aansluitingen op de Britse en Nederlandse
koppelnetten (BritNed interconnector). De initiatiefnemer van het project
alsmede de aanvrager van de herziening van het SEV is BritNed Development
Limited (BritNed), een joint venture van een dochter van de Nederlandse elektriciteitsnetbeheerder
(TenneT) en van een dochter van de Britse elektriciteitsnetbeheerder (NGG).
Het Nederlandse koppelnet is op vijf plaatsen verbonden met Duitsland
en België. Er zijn nog géén verbindingen met Groot-Brittannië.
De BritNed kabelverbinding zal een onderdeel vormen van de Europese en dus
ook Nederlandse infrastructuur op het gebied van elektriciteitstransport.
Hierdoor wordt de mogelijkheid van directe uitwisseling van elektriciteit
tussen Groot-Brittannië en Nederland mogelijk gemaakt. Daardoor nemen
de efficiency van de productie-eenheden en de zekerheid van leveringen toe.
De BritNed kabelverbinding betekent een verdere stap naar een open Europese
energiemarkt. Het EU-TEN (Trans European Networks) – programma heeft
besloten bij te dragen aan de ontwikkelingskosten van het project.
Het ligt in het voornemen van het kabinet in de partiële herziening
van de pkb concrete beleidsbeslissingen, dat wil zeggen besluiten in de zin
van artikel 1:3 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb), op te nemen.
Ten behoeve van de partiële herziening wijziging van het SEV zal
een procedure van milieu-effectrapportage (m.e.r.-procedure) doorlopen worden.
Een gelijkluidende brief zenden wij aan de voorzitter van de Eerste Kamer
der Staten-Generaal. Een afschrift van deze brief is door de tweede ondergetekende
verzonden aan de VROM-Raad.
De Minister van Economische Zaken,
A. Jorritsma-Lebbink
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
J. P. Pronk