28 362 Reikwijdte van artikel 68 Grondwet

Nr. 26 MOTIE VAN HET LID OMTZIGT C.S.

Voorgesteld 20 februari 2020

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

overwegende dat het voor een goed functionerende overheid nodig is dat de persoonlijke beleidsopvattingen van ambtenaren beschermd moeten worden tegen openbaarmaking;

constaterende dat in de Wet openbaarheid van bestuur geregeld is dat geen informatie verstrekt wordt over persoonlijke beleidsopvattingen uit documenten die zijn opgesteld ten behoeve van intern beraad;

constaterende dat de regering hierover in relatie tot verzoeken tot informatie van de Kamer in 2002 (28 362, nr. 2) schreef dat persoonlijke beleidsopvattingen in interne stukken, daarom ook wel aan het parlement onthouden zullen kunnen worden, in uiterste instantie met een beroep op het belang van de Staat, en dat onder omstandigheden wel informatie zal kunnen worden verstrekt in geobjectiveerde vorm;

verzoekt de regering, conform haar eerder genoemde brief uit 2002 in geval van een verzoek van de Kamer, dan wel een Kamerlid, niet de persoonlijke beleidsopvattingen in stukken voor intern beraad te verstrekken, maar wel die stukken zelf ontdaan van de persoonlijke beleidsopvattingen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Omtzigt

Van Weyenberg

Bruins

Snels

Leijten

Van Kooten-Arissen

Van Otterloo

Nijboer

Van Raan

Naar boven