28 336
Raming der voor de Tweede Kamer in 2003 benodigde uitgaven, alsmede aanwijzing en raming van de ontvangsten

nr. 13
NOTA NAAR AANLEIDING VAN HET VERSLAG

Ontvangen 22 mei 2002

Inhoudsopgave

Inleiding

Directie Constitutioneel Proces

Directie Bedrijfsvoering

Stafdienst FEZ

Stafdienst P&O

Bedrijfsmaatschappelijk werk

Stafdienst Voorlichting

Griffie Interparlementaire betrekkingen

Stenografische dienst

Inleiding

Naar aanleiding van een vraag van de leden van de fractie van de PvdA naar de argumenten die hebben gegolden bij het kwijtschelden van de regeerakkoordtaakstelling met betrekking tot de overige Hoge Colleges van Staat en Kabinet der Koningin, stelt het Presidium vast dat, blijkens de toelichting op het eerste wijzigingsvoorstel van de begroting van hoofdstuk II voor 1999 (26 501, nr. 2, blz. 3 e.v.), dit met name het gevolg was van de gemelde onmogelijkheid bij het merendeel der Colleges en het Kabinet der Koningin deze ombuiging daadwerkelijk gestalte te geven. Volledigheidshalve zij opgemerkt dat de Kanselarij der Nederlandse Orden de taakstelling wel heeft verwerkt. De taakstelling bij de Algemene Rekenkamer is slechts beperkt ingevuld.

In antwoord op een vraag van leden van de VVD-fractie, merkt het Presidium op dat sommige buitenlandse verplichtingen van leden als zo zwaarwegend kunnen worden beschouwd, dat commissies en eventueel ook de Kamer plenair daarmee bij hun planning rekening moeten houden. Bij wijze van voorbeeld valt te denken aan vergaderingen van de Conventie (zeker wanneer daarin gestemd wordt) of bezoeken met een belangrijke politieke betekenis door delegaties. Hoe zwaarwegend dergelijke verplichtingen zijn zal per keer moeten worden beoordeeld zoals dat ook het geval is met binnenlandse werkbezoeken.

In antwoord op een vraag van de fractie van het CDA over de realisering van een zogenoemd Stiltecentrum, laat het Presidium weten dat bij de vaststelling van het nieuwe Vlekkenplan na het beschikbaar komen van Plein 23, naar verwachting is dat na het aanstaande kerstreces, met deze wens rekening zal worden gehouden.

In antwoord op een vraag c.q. opmerkingen van de fractie van het CDA over de begrotingsautonomie van de Staten-Generaal, verwijst het Presidium naar de bij de Raming gevoegde correspondentie met de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties terzake (28 336 nr. 10) en vooral naar de nota van de Eerste Kamer over dit onderwerp (nr. 312). Het Presidium hecht er aan gezamenlijk met «de overkant» over dit onderwerp op te trekken. Dat heeft geleid tot het nu geformuleerde compromis waarbij de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties heeft uitgesproken dat hij de autonomie van beide Kamers bij het vaststellen van de eigen begroting zal respecteren. Mocht dat in de toekomst in de praktijk anders blijken uit te vallen, dan kan alsnog het initiatief tot (Grond)wetswijziging worden genomen.

Directie Constitutioneel Proces

Het totaalbeeld met betrekking tot de kwaliteit van de dienstverlening door de DCO's is positief, zo blijkt uit een recent klantenonderzoek onder de leden en hun medewerkers. Vrijwel alle vormen van dienstverlening door de DCO's scoren ten minste een zeven. In het rapport worden niettemin enkele punten van verbetering genoemd:

• Tijdigheid van een aantal stukken,

• Toezeggingenregistraties,

• Politieke neutraliteit van de besluitenlijsten en de stafnotities,

• Bekendheid van de DCO's bij (nieuwe) kamerleden en medewerkers,

• Elektronische informatievoorziening,

• Uniformiteit.

Het aspect uniformiteit komt in het onderzoek pregnant naar voren. De respondenten geven aan dat ze dit aspect niet echt belangrijk vinden (gemiddeld cijfer 5,7). Deze uitkomst lijkt enigszins in strijd met de visie van de voorzitters van vaste commissies, zoals is gebleken in gesprekken die de directeur Constitutioneel Proces samen met de hoofden DCO's met hen gevoerd heeft. In die gesprekken is naar voren gebracht dat, in ieder geval voor (de) nieuwe leden, uniformiteit wel belangrijk is. Een mogelijke verklaring hiervoor is dat in het onderhavige onderzoek alleen naar uniformiteit van producten is gekeken, ofschoon de indruk bestaat dat de respondenten wellicht uniformiteit van processen bedoelen. Door veel leden wordt bij de open vragen van genoemd onderzoek namelijk opgemerkt dat zij verschillen waarnemen tussen commissies.

Ook de wensen verschillen per commissie. Dat betekent dat er ook per commissie afspraken moeten worden gemaakt, afspraken moeten worden geëvalueerd en afspraken bijgesteld. Hiertoe dienen voorzieningen te worden getroffen, waarbij de hoofden DCO's een belangrijke stimulerende rol kunnen hebben.

Op dit moment leggen de betrokken medewerkers de laatste hand aan een kwaliteitshandboek van de Diensten Commissieondersteuning. Daarin worden naast afspraken over te hanteren termijnen, ook criteria opgenomen betreffende inhoud en vorm van de dienstverlening vanuit de DCO's. Omdat het hier de ondersteuning van het primaire proces betreft spelen ook de Griffie/bureau Wetgeving en de Dienst Informatievoorziening hierbij vaak een belangrijke rol. Bij de DIV wordt overigens ook een kwaliteitstraject opgestart en is nieuwe, meer op maat toegesneden, dienstverlening in aantocht.

Directie Bedrijfsvoering

Algemeen

Op een vraag van de fractie van de VVD, laat het Presidium weten dat er inmiddels een afzonderlijk Bureau Protocol, ressorterend onder de directeur Bedrijfsvoering, is opgericht. Het bestaat uit een hoofd en een medewerker. In deze vacatures is inmiddels voorzien, aangezien betrokkenen na het zomerreces in functie treden.

Het Bureau Protocol gaat alle werkzaamheden op protocollair terrein, die nu her en der in de organisatie worden verricht, coördineren en een krachtiger impuls geven. Het Presidium, de Voorzitter, de Kamercommissies, de Griffier en de beide directeuren en alle diensten kunnen straks een beroep doen op het Bureau Protocol voor ondersteuning en advies. De diensten en adviezen van het bureau zijn, voor zover de werkzaamheden dat toelaten, ook beschikbaar voor de fracties.

Statenpassage

Op vragen van de fracties van de VVD en het CDA, antwoordt het Presidium dat er meerdere redenen zijn de Statenpassage te verbouwen en opnieuw in te richten. Zo is het de bedoeling het Centraal Informatiepunt, dat nu nog tijdelijk is ondergebracht in de Schepelhal, een definitieve plaats te geven in de Burgerzaal. De ruimte voor het ontvangen van groepen, die daar onder meer twee films over de Tweede Kamer kunnen zien, wordt tijdelijk gevonden in een van de grotere vergaderzalen op de begane grond of in de Schepelhal. In een later stadium wordt daarvoor een definitieve oplossing geboden in de nog te ontwikkelen nieuwbouwplannen aan en rond de Kortenhorstvleugel aan de Hofplaats. De «bouwwerken» in de Schepelhal zullen na de verhuizing van het CIP, dat wil zeggen na het komende kerstreces, worden afgebroken.

Daarnaast moet de toegankelijkheid vanuit de Statenpassage naar de niet openbare delen van het gebouw (Justitie, Binnenhof 1A en Koloniën) worden verbeterd, dat wil zeggen veiliger worden. Een beter toegangssysteem, gecombineerd met meer controle, waartoe tenminste de beveiligingsloge bij de ingang Lange Poten verplaatst moet worden, moet daarin verbetering brengen. Die operatie wordt als eerste uitgevoerd.

Deze betere beveiliging maakt het tevens mogelijk een, door bijna alle fracties lang gekoesterde, wens ten uitvoer te brengen, namelijk een meer publieke openstelling van de Statenpassage. Daardoor worden de hal zelf, de winkel, maar ook de tentoonstellingen daar toegankelijker voor een breder publiek. Dit onder het motto: «veiliger, maar ook opener».

Vanzelfsprekend is de onbelemmerde toegankelijkheid voor rolstoelgebruikers bij de planontwikkeling en -uitvoering meegenomen. Terzijde merkt het Presidium hierbij op dat er binnenkort een onderzoek naar de toegankelijkheid van het gebouw en voorzieningen voor rolstoelgebruikers plaats zal vinden omdat er hier en daar nog wel iets te verbeteren lijkt te zijn. Het is de bedoeling dat de hele operatie na het aanstaande kerstreces is afgerond.

Verbouwing Plenaire Zaal

Op de vragen van de leden van de fracties van PvdA en VVD over de voorgenomen renovatie, aanpassingen en herinrichting van de plenaire zaal, laat het Presidium het volgende weten.

Er zijn diverse redenen waarom de plenaire zaal onder handen genomen moet worden.

In de eerste plaats zijn de vloerbedekking, het leer op de bankjes en in enkele gevallen ook de stoelen zelf aan vervanging of reparatie toe. Daarnaast wordt de gelegenheid te baat genomen om na te gaan in hoeverre het mogelijk en zinvol is een geïntegreerd elektronisch stemsysteem aan te brengen. Zoals al bij de behandeling van de Raming van de Kamer voor 2002 is vastgesteld, moet dat tenminste worden gecombineerd met een elektronisch informatiesysteem waarmee de leden in de plenaire zaal berichten kunnen ontvangen en documenten elektronisch kunnen raadplegen. Het Presidium is geen voorstander van een geheel interactief systeem. Dat zou te verstorend werken op de vergadering. Het aansluiten van laptops wordt dan ook niet mogelijk. Het informatiesysteem zal zo worden ingericht dat alle 150 leden geautoriseerd worden (te denken valt aan wachtwoord in combinatie met electronische pas) om in te loggen op hun eigen, aan hun zitplaats gebonden informatieysteem. Ze kunnen zo een unieke, tot hun persoon te herleiden stem uitbrengen. Een stem kan dus slecht persoonlijk en in de Plenaire Zaal zelf worden uitgebracht. Bij gewone plenaire vergaderingen kunnen alle daaraan deelnemende leden vanaf elke zetel inloggen op het systeem.

Naar verwachting zal de ingreep zo omvangrijk en dus tijdrovend zijn dat het zomerreces, waarin bovendien ook nog de bouwvakantie valt, ontoereikend is om deze klus te klaren. Uitwijk naar een andere locatie, bijvoorbeeld de Ridderzaal, voor het houden van plenaire vergaderingen, lijkt dan ook onvermijdelijk. Over de planuitvoering is nog overleg gaande met de Rijksgebouwendienst.

Voor zover nodig zal ook hier rekening worden gehouden met de toegankelijkheid voor rolstoelgebruikers.

Verbouwing werkkamers

In reactie op een vraag van de fractie van de VVD, merkt het Presidium op dat het planmatig onderhoud van de gebouwen van de Tweede Kamer een voortdurende zorg is van in het bijzonder de Facilitaire Dienst. Het gebouwdeel Binnenhof 1A, dat korter dan 10 jaar geleden geheel is gerenoveerd, is daarbij overigens niet de eerste zorg. Naar de mening van het Presidium voldoet dat gebouw nog steeds aan de daaraan te stellen eisen. Ook voor wat betreft de verlichting. Dat betekent overigens niet dat kleine reparaties en verbeteringen op basis van individuele klachten en wensen niet kunnen worden uitgevoerd.

Terzijde merkt het Presidium hierbij op dat de jongste verkenningen naar de mogelijkheden van uitbreiding van de huisvesting van de Kamer op en aan het Binnenhof uitwijzen dat uitvoering ervan ingrijpende gevolgen kan hebben voor Binnenhof 1a/Hofplaats 2.

Dienst automatisering

Op de betreffende vraag uit de fractie van VVD, antwoordt het Presidium dat in het jaar 2002 de mogelijkheden worden onderzocht om «veilig» van buitenaf het netwerk te gebruiken. Met een beperkte groep wordt eerst een pilot gehouden. Verwacht wordt deze dienst in de eerste helft van 2003 onder duidelijke voorwaarden te kunnen aanbieden.

Stafdienst FEZ

Het Presidium merkt op, dit naar aanleiding van een vraag van de leden van de fractie van de PvdA, dat binnen de nieuwe begrotingssystematiek sprake zal zijn van een betere aansluiting tussen enerzijds het Beleidsplan en anderzijds de jaar- en bestedingsplannen. Het Beleidsplan schetst op strategische wijze (meerjarig) kaders, doelen en specifieke onderwerpen. Aan de hand hiervan wordt voor het ramingsjaar een concreet jaarplan opgesteld. De wijze waarop de plannen vervolgens specifiek vorm moeten krijgen in termen van inzet van mensen en middelen, krijgt dan vorm in de bestedingsplannen. Deze, meer samenhangende, werkwijze maakt het mogelijk de begrotingsuitvoering beter te volgen en, waar nodig, aan te passen aan actuele ontwikkelingen.

Hoewel deze grotere transparantie ook zal resulteren in een betere, en niet meer uitsluitend cijfermatige, verantwoording, wordt daarnaast thans door een werkgroep nagegaan met behulp van welke ken- en sturingsgetallen de te onderscheiden processen binnen de Kamer beter geïllustreerd kunnen worden.

Hoewel deze grotere transparantie ook zal resulteren in een betere, en niet meer uitsluitend cijfermatige, verantwoording, wordt daarnaast thans door een werkgroep nagegaan welke ken- en sturingsgetallen de te onderscheiden processen binnen de Kamer in een beter signaleerbaar verband kunnen laten zien.

Stafdienst P&O

Naar aanleiding van de vraag van leden van de fractie van de PvdA over de inventarisatie van bijzondere arbeidsvoorwaarden voor het kamerpersoneel en hoe deze arbeidsvoorwaarden zich verhouden tot de CAO voor het rijkspersoneel, antwoordt het Presidium dat het Managementteam in december 2001 een werkgroep Bijzondere Arbeidsvoorwaarden heeft ingesteld, ten einde vergelijkend onderzoek te doen naar de vraag in hoeverre de arbeidsvoorwaarden bij de Tweede Kamer afwijken van die bij de ministeries.

Op 21 mei 2002 wordt het eindverslag uitgebracht aan het Managementteam. In verband daarmee is het op dit moment nog niet mogelijk mee te delen hoe de arbeidsvoorwaarden bij de Tweede Kamer zich verhouden tot de CAO voor het rijkspersoneel. Uiteraard is de CAO van de sector Rijk wel de basis voor onze arbeidsvoorwaarden.

Naar aanleiding van de vraag van leden van de fractie van de PvdA in hoeverre het IKAP-project de gewenste flexibiliteit in de arbeidsvoorwaarden voor het kamerpersoneel biedt, antwoordt het Presidium dat het zijn eerste indruk is dat er goed gebruik wordt gemaakt van de mogelijkheden die IKAP biedt. Een aantal medewerkers heeft enthousiast van de mogelijkheid gebruik gemaakt tijdelijk meer of minder te gaan werken. Hierdoor is de flexibiliteit voor de Kamer als werkgever, maar ook voor de medewerkers toegenomen. Bovendien heeft men de gelegenheid bepaalde bronnen, zoals meer uren werken, vakantiegeld, verlaging van vakantieuren, tegemoetkoming ziektekosten e.d. op een fiscaal vriendelijke manier in te zetten voor een aantal doelen. De doelen zijn bijvoorbeeld de aanschaf van een PC en een fiets. Dat geldt ook voor het bedrag dat voor eigen rekening blijft voor kinderopvang en de kosten voor opleiding en studie voor een beroep. Te zijner tijd zal een evaluatie over IKAP worden opgenomen in een uitgebreid medewerkerstevredenheidsonderzoek binnen de rijksdiensten.

Op de vraag van de fractie van de PvdA inzake de risicofactoren die bij de Tweede Kamer de sterkste oorzaken vormen voor het ziekteverzuim, antwoordt het Presidium dat met name de werkdruk en fysieke omstandigheden bij de Tweede Kamer direct het ziekteverzuimcijfer beïnvloeden. Daarnaast is het ziekteverzuim in het algemeen hoger bij de uitvoerende diensten dan bij bijvoorbeeld beleidsdirecties. Bovendien kent de Kamer, anders dan andere overheidsinstellingen, een groot aantal functies waar veelal zware lichamelijke arbeid wordt verricht, zoals het Schoonmaakonderhoud, het Restaurantbedrijf en de Bodedienst. Dat zijn sectoren, die elders veelal geprivatiseerd zijn en waar het ziekteverzuim in het algemeen onevenredig hoog is. Ook is de vergrijzing in de Tweede Kamer meer dan gemiddeld.

De indruk bestaat dat sommige diensten (gedurende bepaalde periodes) een zeer hoge werkdruk kennen. Inmiddels zijn met de nieuwe Arbo-dienst ArboNed besprekingen gaande om nog dit jaar een Risico-inventarisatie- en evaluatie (RI&E) uit te voeren waarin tevens een organisatiebrede werkdrukmeting zal worden meegenomen om te bezien hoe hoog de gemiddelde werkdruk bij de Tweede Kamer is en wat de oorzaken daarvan zijn. Naar aanleiding van de uitkomsten van deze meting zullen, indien daartoe aanleiding bestaat, in overleg met de Arbo-dienst nadere maatregelen genomen worden.

Voor wat betreft de fysieke omstandigheden waaronder medewerkers hun werk moeten verrichten, merkt het Presidium het volgende op. Op dit moment krijgt iedere medewerker die nieuw in dienst treedt, een individueel werkplekonderzoek met als doel de werkplek te optimaliseren. Verder is het punt «arbeidsomstandigheden» nog altijd een vast agendapunt op de werkoverleggen van alle diensten. Medewerkers kunnen tijdens die overleggen aangeven waar het volgens hen aan schort op het gebied van de arbeidsomstandigheden. Ook de fysieke omstandigheden zullen ruimschoots aan bod komen in de RI&E.

Voorts merkt het Presidium op dat in de maanden mei en juni wederom een training verzuimbegeleiding plaatsvindt voor alle leidinggevenden van de Tweede Kamer waarin, naast een nadere kennismaking met de Arbo-dienst, ook de Wet verbetering poortwachter nader zal worden toegelicht. Ook het verhelderen van de rollen tijdens ziekteverzuim, het trainen van verzuimgesprekken en de interpretatie van verzuimcijfers zullen ruimschoots aan bod komen.

Stenografische dienst

Op de betreffende vraag uit de fractie van de PvdA antwoordt het Presidium dat de Stenografische dienst zich realiseert dat hij een naam hoog te houden heeft op het stuk van de kwaliteit van de verslaglegging. Worden na een zorgvuldige selectie externe notulisten ingeschakeld, dan zullen zij worden begeleid bij het opnemen en het uitwerken van het verslag, zodat dit van de kwaliteit is die de Kamer van de Stenografische dienst gewend is.

De tijdelijk Voorzitter,

Weisglas

De Griffier,

De Beaufort

Naar boven