28 286 Dierenwelzijn

Nr. 628 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ECONOMISCHE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 mei 2013

Met betrekking tot het verzoek van de vaste commissie van Economische Zaken over de wettelijke opvangplicht voor gemeente informeer ik u als volgt.

De gemeente Westvoorne uit haar zorgen over het gebrek aan aandacht voor dit onderwerp vanuit de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG) en de kosten van het aangeboden Basisarrangement dierennoodhulp van de Dierenbescherming. De gemeente vraagt naar landelijke regie op dit onderwerp in het licht van twee aangenomen moties van de leden Ouwehand en Van Dekken op dit terrein (Kamerstuk 28 286, nr. 601 betreffende het in kaart brengen van de handel en de opvang van gezelschapsdieren en Kamerstuk 28 286, nr. 606 betreffende het verzoek in gesprek te gaan met de gemeenten over financiële middelen die gemeenten beschikbaar stellen aan asielen voor de opvang van dieren).

Naast de uitvoering van de vorengenoemde moties wordt op dit moment ook gewerkt aan de uitvoering van de afspraken van het Convenant dierenhulpverlening dat is afgesloten teneinde te komen tot een goed landelijk dekkend netwerk van dierennoodhulp achter het meldnummer 144. In het kader van het project Convenant Dierenhulpverlening worden de rollen en verantwoordelijkheden van de bij dierennoodhulp betrokken partijen in pilots nader uitgewerkt en voorstellen gedaan voor verbeterde publiek private samenwerking en samenwerking in de keten. Het is de bedoeling aan de hand van de voorstellen die voortkomen uit dit project eveneens in gesprek te gaan met gemeenten.

Het lijkt mij zinvol om de twee beoogde gesprekken; over dierennoodhulp (convenant) en de opvangplicht van gemeenten (moties), te koppelen omdat dan met de gemeenten integraal over de verantwoordelijkheid van gemeenten op het terrein van de opvang en noodhulp aan dieren kan worden gesproken. In dit overleg kunnen dan ook de zorgen van de gemeenten ten aanzien van de kosten worden betrokken en kan worden bekeken hoe kan worden omgegaan met het feit dat de VNG geen rol wenst te nemen bij dit overleg.

Ik zal u informeren over de uitkomsten van dit gesprek in samenhang met de resultaten van het convenant dierenhulpverlening.

Ik ga dit gesprek met de gemeenten aan in overleg met mijn collega van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties uit hoofde van zijn verantwoordelijkheid op het terrein van interbestuurlijk toezicht.

De staatssecretaris van Economische Zaken, S.A.M. Dijksma