28 167
Wijziging van titel 7.10 (arbeidsovereenkomst) van het Burgerlijk Wetboek met betrekking tot het concurrentiebeding

nr. 13
AMENDEMENT VAN HET LID WEEKERS

Ontvangen 10 februari 2004

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel I, onderdeel A, wordt artikel 653 als volgt gewijzigd:

I

In het eerste lid vervalt «en de werkgever zich daarbij heeft verbonden een billijke vergoeding te betalen voor iedere maand dat de beperking duurt».

II

Het tweede lid vervalt.

III

Het derde lid vervalt.

IV

In het vierde lid vervalt onderdeel c. De puntkomma aan het slot van onderdeel b wordt vervangen door een punt.

V

Na het vijfde lid wordt een nieuw lid ingevoegd, luidende:

6. Indien een beding als bedoeld in lid 1 de werknemer in belangrijke mate belemmert om anders dan in dienst van de werkgever werkzaam te zijn, kan de rechter steeds bepalen dat de werkgever voor de duur van de beperking aan de werknemer een vergoeding moet betalen. De rechter stelt de hoogte van deze vergoeding met het oog op de omstandigheden van het geval naar billijkheid vast; hij kan toestaan dat de vergoeding op de door hem te bepalen wijze in termijnen wordt betaald. De vergoeding is niet verschuldigd, indien de werknemer wegens de wijze waarop de overeenkomst is geëindigd, schadeplichtig is op grond van artikel 677, leden 1 en 3.

VI

Het (bestaande) zesde lid vervalt.

VII

Het zevende lid vervalt.

Toelichting

Dit amendement schrapt de bepalingen over de vergoeding uit het wetsvoorstel en handhaaft het huidige regime zoals neergelegd in artikel 653, vierde lid. De overige wijzigingen in het concurrentiebeding worden in stand gelaten.

Weekers

Naar boven