28 114
Planologische Kernbeslissing Tweede Structuurschema Militaire Terreinen (SMT-2)

nr. 15
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 maart 2005

Tijdens het notaoverleg over het Tweede Structuurschema Militaire Terreinen (28 114, nr. 9) is onder meer gesproken over een passage in de planologische kernbeslissing waarin staat dat, in overeenstemming met de richtlijnen van de International Civil Aviation Organisation (ICAO), rondom een militaire vliegbases een obstakelvrij vlak wordt ingesteld naast de reeds bestaande invliegfunnel. Dit obstakelvrij vlak dient om vliegtuigbewegingen van en naar luchtvaartterreinen veilig te kunnen uitvoeren en het ontstaan van te hoge objecten in de omgeving van een luchtvaartterrein te voorkomen.

Een punt van zorg bleek dat deze obstakelvrije zone de plaatsing van windturbines in de omgeving van vliegbasis De Peel in de weg staat, terwijl die vliegbasis niet langer operationeel wordt gebruikt. Ik heb tijdens het notaoverleg toegezegd dat ik in overleg zou treden met de provincies Brabant en Limburg om de belangen in beeld te brengen en tot goede bestuurlijke afspraken te komen. Ik heb gezegd de Kamer te informeren over de voortgang en de uitkomst ervan.

Naar aanleiding van het gevoerde notaoverleg en een motie van het lid Van der Staaij over deze kwestie (28 114, nr. 10) is besloten aan de planologische kernbeslissing de volgende zin toe te voegen: «Ten aanzien van bestaande projecten of bouwplannen rondom gedeactiveerde bases kan hiervan in bijzondere gevallen worden afgeweken» (28 114, nr. 11). Deze toevoeging is specifiek bedoeld om de expliciete mogelijkheid te scheppen bij vliegbasis De Peel windturbines te plaatsen.

Inmiddels heeft het aangekondigde bestuurlijk overleg plaatsgevonden. Daarbij is geconcludeerd dat de situatie rondom vliegbasis De Peel inderdaad uitzonderlijk is. Om die reden is afgesproken dat Defensie geen bezwaren zal maken tegen de plaatsing van windturbines zoals verwoord in de locatiestudie windenergie voor Noordwest Limburg, zoals die luidde op het moment van aanbieding van Deel 2 en 3 van het Tweede Structuurschema Militaire Terreinen (25 juni 2004). Eventuele vlieg- of landingsprocedures zullen worden aangepast aan deze situatie.

Ik concludeer dat alle betrokken partijen tevreden zijn met de resultaten van het bestuurlijk overleg en van harte hebben ingestemd met de gevonden oplossing.

De Staatssecretaris van Defensie,

C. van der Knaap

Naar boven