nr. 11
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE EN VAN DE MINISTERS VAN
VOLKSHUISVESTING, RUIMTELIJKE ORDENING EN MILIEUBEHEER EN VAN LANDBOUW, NATUUR
EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 december 2004
Hierbij berichten wij u over een wijziging van het kabinetsstandpunt (deel
3) van het Tweede Structuurschema Militaire Terreinen (SMT-2).
De ontwerp-planologische kernbeslissing (deel 1) van het SMT-2 is op 26 november
2001 aan u aangeboden.
Deel 2 (samenvatting van de inspraak en adviezen) en deel 3 (kabinetsstandpunt)
zijn u aangeboden op 25 juni 2004. Hierin zijn de ruimtelijke consequenties
verwerkt van de sluiting van de vliegbases Twenthe en Soesterberg, van het
marinevliegkamp Valkenburg alsmede de buitengebruikstelling van het luchtdoelartillerieschietkamp
en het cavalerieschietkamp.
Naar aanleiding van het overleg op 8 november en 25 november
2004 hebben wij de tekst van de planologische kernbeslissing, zoals die is
opgenomen in het gecombineerde deel 2/3, op één punt gewijzigd.
Nu luidt de tekst van de 16e alinea van de planologische kernbeslissing:
«Conform de ICAO-normen wordt rondom een vliegbasis een obstakelvrij
vlak gehanteerd dat begint met een horizontaal vlak van 45 meter hoog met
een straal van 4 kilometer rond de landingsdrempels dat overgaat in een conisch
vlak met een helling oplopend van 45 meter tot 145 meter over een afstand
van 2 kilometer. Dit vlak geldt naast de reeds bestaande invliegfunnel.»
Daaraan wordt toegevoegd de zin: «Ten aanzien van bestaande projecten
of bouwplannen rondom gedeactiveerde bases kan hiervan in bijzondere gevallen
worden afgeweken.»
Hiermee wordt aangegeven dat, naast de algemene uitzonderingsbepaling
die de ICAO-regelgeving kent, met name bij gedeactiveerde bases terughoudend
zal worden omgegaan met het hanteren van obstakelvrije vlakken.
Ik verzoek u bovenstaande tekstwijziging te betrekken bij de eindstemming
over de planologische kernbeslissing 2e Structuurschema Militaire Terreinen
en na stemming de planologische kernbeslissing door te geleiden naar de Eerste
Kamer.
De Staatssecretaris van Defensie,
C. van der Knaap
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
S. M. Dekker
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
C. P. Veerman