28 018
Wijziging van de Wet melding ongebruikelijke transacties en de Wet identificatie bij financiële dienstverlening 1993 met het oog op het verplichtstellen van de identificatieplicht en van de meldingsplicht van ongebruikelijke transacties door handelaren in zaken van grote waarde

nr. 12
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 oktober 2002

Bij motie van het lid van uw Kamer Voûte-Droste c.s., Kamerstuk 28 018, nr. 11, werd mij verzocht het OM en het Meldpunt Ongebruikelijke Transacties (MOT) kwalitatief en kwantitatief te versterken en uw Kamer hieromtrent te informeren.

De versterking van het Meldpunt, OM alsmede het BLOM (Bureau voor politiële ondersteuning van de Landelijke Officier van Justitie inzake de wet MOT) heeft mijn bijzondere aandacht. Op 16 november 2001 is aan uw Kamer de nota Integriteit Financiële sector en terrorisme-bestrijding toegezonden (kamerstuk 28 106, nr. 2). Naar aanleiding van deze nota is een aantal extra taken voor het MOT en BLOM ontstaan, waardoor de werkdruk voor het MOT en BLOM evenredig vergroot is. Zo is het aantal meldplichtige instanties dat ongebruikelijke transacties dient te melden uitgebreid tot handelaren in zaken van grote waarde en binnenkort ook vrije beroepsbeoefenaars.

Voor de versterking van het MOT en het BLOM is naar aanleiding van de nota Integriteit Financiële sector een extra bedrag ten behoeve van extra taken toegezegd van ca. € 1,5 miljoen per jaar. Met deze extra financiële impuls zal het aantal fte's bij het MOT en het BLOM worden uitgebreid. Dit proces is in gang gezet en zal naar verwachting nog voor 1 januari 2003 volledig worden afgerond.

Per 1 april 2002 is er binnen het OM een landelijke organisatorische eenheid opgericht die zich concentreert op financieel-economische criminaliteit. De oprichting van dit zogenoemde Functioneel Parket is een verdere stap in de forse investeringen die het OM de afgelopen jaren heeft gedaan om de deskundigheid te bevorderen op het gebied van financieel rechercheren en om een intensivering van de aanpak van de financiële criminaliteit te bewerkstelligen.

De Minister van Justitie,

J. P. H. Donner