28 000 XI
Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer (XI) voor het jaar 2002

nr. 61
VERSLAG VAN EEN ALGEMEEN OVERLEG

Vastgesteld 19 juli 2002

De vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer1 heeft op 26 juni 2002 overleg gevoerd met minister Pronk van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer over:

– de brief van de minister van VROM van 8 oktober 2001 over de reactie op de brief van de heer Verbrugh over bestemmingsplan Bedrijventerreinen Beusichem (VROM-01-970);

– de brief van de minister van VROM van 11 maart 2002 over de voortgangsrapportage handhaving WRO en ruimtelijk beleid (VROM-02-348);

– de brief van de minister van VROM van 18 maart 2002 inzake lijst van vragen m.b.t. de brief aan de gemeente Onderbanken/bomenproblematiek rondom AWACS-vliegbasis Geilenkirchen (VROM-02-276);

– de brief van de minister van VROM van 11 juni 2002 inzake bomenproblematiek Onderbanken/AWACS vliegtuigen Geilenkirchen (VROM-02-643);

– de brief van de minister van VROM van 11 juni 2002 inzake toepassing Nimby-procedure ingevolge artikel 40 in de gemeente Onderbanken (VROM-02-643).

Van dit overleg brengt de commissie bijgaand beknopt verslag uit.

Vragen en opmerkingen uit de commissie

Mevrouw Vergeer-Mudde (SP) merkt op dat het belang van natuur, milieu, gezondheid en veiligheid rond de AWACS-vliegbasis al meer dan twintig jaar ondergeschikt wordt gemaakt aan het belang van defensie. Het verbaast haar dat het veiligheidsargument wordt aangevoerd om een groot aantal bomen te kappen. Immers, het modernste tankvliegtuig dat gestationeerd is op Geilenkirchen dateert al uit 1963. Op Schiphol mag je met dergelijke roestbakken niet meer landen, aangezien deze verouderde motoren te veel lawaai maken. De Nimby-procedure (not in my back yard) mag niet gebruikt worden om aan dergelijke praktijken de schijn van legaliteit te geven. De gemeente Onderbanken heeft aangegeven dat het aftoppen van bomen niet om veiligheidsredenen nodig is, maar alleen om bedrijfs-economische redenen. De opstijgende vliegtuigen kunnen dan extra brandstof meenemen. Op de schriftelijke vraag aan de minister waarom geen moderne motoren worden aangeschaft, antwoordt hij dat dit afhangt van de hoge investeringskosten. Mevrouw Vergeer concludeert daaruit dat het dus een centenkwestie is. Klopt het bovendien dat de afspraken over het maximale aantal vluchten dat is vastgelegd in een convenant van 1981 met het ministerie van Defensie niet wordt nagekomen? Waarom wil de minister de Nimby-wet gebruiken ten behoeve van een partij die lak heeft aan afspraken die de overlast en schade aan natuur en milieu moeten beperken?

Het verheugt mevrouw Vergeer dat de Wet op de ruimtelijke ordening (WRO) beter gehandhaafd wordt, zoals uit de groeicijfers blijkt. Op de kwaliteit van de handhaving valt echter wel het een en ander aan te merken. Mensen die iets op het gebied van de ruimtelijke ordening signaleren, kunnen dit melden op de site van het ministerie. Dit heeft 120 tips opgeleverd in 2001. Waren deze tips bruikbaar? Hebben degenen die iets gemeld hebben, ook wat gehoord over de afloop? Wat is er gebeurd met de meldingen inzake Middelharnis en Woudenberg?

Het is mevrouw Vergeer opgevallen dat er bij de handhavingsacties alleen maar standjes worden uitgedeeld en niet meer. Een voorbeeld daarvan is de illegale aanleg van de golfbaan binnen de economische hoofdstructuur (EHS) in de gemeente Wervershoof. Waarom is de minister niet daadkrachtiger opgetreden tegen de illegale bouwwerken in Valkenswaard? Is er sprake van een wettelijke belemmering? Zo ja, op welke termijn worden die belemmeringen weggenomen?

De heer Koopmans (CDA) vraagt zich af of de overweging van de minister om de bomen in de nabijheid van de AWACS-vliegbasis te kappen wel terecht is en of de zware Nimby-procedure die nog nooit eerder is toegepast, wel de juiste is. Op grond van de regelgeving moet de vliegbasis de vliegprocedures aanpassen. De minister schrijft terecht dat men niet vliegt in strijd met de regelgeving. De heer Koopmans meent dan ook dat er geen sprake is van een veiligheidsprobleem, maar van bedrijfseconomische overwegingen. Brengt het feit dat de bomen te hoog zijn en er soms anders gevlogen moet worden extra kosten mee? Zijn de alternatieven doorgerekend?

De vraag of het Nimby-instrument gebruikt moet worden, dient zorgvuldig overwogen te worden. Een lichtvaardig gebruik kan centralisering van de ruimtelijke ordening tot gevolg hebben. Het Nimby-instrument dient aan vier criteria te worden getoetst. Aan twee van de vier criteria wordt voldaan, namelijk dat het uitvoeringsgereed en dat er bovengemeentelijke belangen in het spel moeten zijn. Het derde criterium is de urgentie. Van een acuut veiligheidsprobleem is echter geen sprake. Het vierde criterium betreft een bestuurlijke impasse. Of daarvan sprake is, betwijfelt hij ten zeerste. Aangezien niet voldaan wordt aan twee van de vier criteria, ligt het niet voor de hand het Nimby-instrumentarium toe te passen.

De heer Koopmans spreekt zijn waardering uit voor de inzet van de minister op het terrein van de handhaving van de ruimtelijke ordening. De minister schrijft in de rapportage dat hij de inspectie bestemmingsplannen laat toetsen aan de vijfde nota. Aangezien de vijfde nota controversieel is verklaard, dringt hij er bij de minister op aan geen onomkeerbare besluiten door zijn inspectie te laten nemen.

Mevrouw Van Gent (GroenLinks) merkt op dat door het toppen van de bomen de AWACS andere vliegroutes kunnen kiezen, wat weer nieuwe overlast zal veroorzaken. Volgens het uitgelekte conceptregeerakkoord moeten de regio en de burger meer inspraak krijgen, maar in dit geval lijkt de regering de belangen van de NAVO hoger te stellen. Zij steunt het gebruik van de Nimby-procedure niet, omdat zij niet overtuigd is van de noodzaak daarvan. De regio klaagt over de vluchtroutes en het nachtregime van de basis. Heeft de minister de positionering van de EHS, de geluidscontouren en de Habitatrichtlijn beschermde soorten bij zijn afweging betrokken?

Over de inzet van deze minister bij de handhaving van het ruimtelijk beleid is mevrouw Van Gent tamelijk positief. Helaas worden bouwvergunningen soms nog op verkeerde gronden verstrekt. De procedures van de artikelen 17 en 19 worden nog steeds gebruikt. Uit de rapportage blijkt dat de handhaving van het ruimtelijk beleid nergens 100% is. Bestemmingsplannen zijn nog steeds niet op orde. Bestemmingsplannen dienen inzichtelijker te zijn en vaker gedigitaliseerd te worden. Bovendien zijn de procedures te stroperig.

De VNG zegt dat verbetering van het handhavingsniveau van het ruimtelijk beleid cruciaal is voor het herstellen van de vertrouwensband tussen burger en overheid, maar toont zich verongelijkt als gemeenten in de beklaagdenbank worden gezet. Mevrouw Van Gent is er voorstander van dat gemeenten en provincies meer zeggenschap krijgen dan in de vijfde nota de bedoeling was. Voorwaarde is dat het handhavingsbeleid optimaal functioneert.

Het politieke testament van deze minister is de vijfde nota. Kan hij aangeven wat het controversieel verklaren van deze nota betekent voor allerlei procedures en afspraken die al in de regio gemaakt waren en in gang waren gezet? De inspecteurs liepen bij het beoordelen van streek- en bestemmingsplannen al vooruit op de vijfde nota. Er mogen geen onomkeerbare besluiten genomen worden die verdergaande verrommeling tot gevolg hebben.

Over de volgende punten vraagt mevrouw Van Gent de visie van de minister.

1. Ondanks het bestemmingsplan Leusden worden in een groengebied kantoren gebouwd in plaats van onderwijsgebouwen. De inspectie beraadt zich op vervolgstappen.

2. Zal de Wet economische delicten inderdaad vanaf 2003 worden gehanteerd bij permanente bewoning van vakantiewoningen?

3. Het ministerie van VROM volgt de juridische procedures bij de aanpak van permanente bewoning van vakantiehuizen. Is omkering van de bewijslast nog wel een optie? Op welke andere manieren worden gemeenten in dezen gestuurd en gesteund?

4. Een deel van de bestemming voor glastuinbouw in de Hollandse waterlinie is door de minister afgekocht, vooruitlopend op de status van nationaal landschap. Toch worden nog steeds nieuwe opstallen gerealiseerd. Wat gaat de minister daaraan doen?

De heer Timmermans (PvdA) sluit zich aan bij de complimenten voor het handhavingsbeleid. De minister heeft een doorbraak geforceerd bij het aanpakken van de bestuurscultuur waarbij handhaving op het gebied van de ruimtelijke ordening minder belangrijk zou zijn dan op het gebied van politie en justitie.

Als optredende overheid gaat de minister echter te ver door de Nimby-procedure te hanteren voor de AWACS-vliegbasis. Het Nimby-instrument kan pas worden toegepast als het voldoet aan vier criteria. Aan het eerste voldoet het, want het project is uitvoeringsgereed. Aan het tweede, de bovengemeentelijke belangen voldoet het ontegenzeggelijk. Het derde criterium is de urgentie. De heer Timmermans betwist dat verwezenlijking van het project in de naaste toekomst noodzakelijk is, aangezien het de afgelopen twintig jaar ook niet noodzakelijk is gebleken. Verantwoordelijke mensen van de basis zeggen keer op keer dat er geen sprake is van een onveilige situatie. Evenmin is hij ervan overtuigd dat het voldoet aan het vierde criterium, namelijk dat de besluitvorming is vastgelopen. Het is alleen in het belang van de NAVO om te doen alsof dat het geval is. Als de bomen worden gekapt, zal de bereidheid van de NAVO weg zijn om verder te praten over aanpassing van de lawaaibakken die op een burgervliegveld niet meer zouden mogen landen. Voor hem is dat een belangrijke reden het Nimby-instrument niet toe te passen.

Het feit dat de minister schrijft over een onveilige situatie is nieuw. Wanneer wordt de situatie onoverkomelijk? Zijn daarnaar metingen verricht? Voorts schrijft de minister dat als de bomen gekapt zijn, lager gevlogen zal worden, hetgeen leidt tot meer geluidsoverlast voor de bevolking. Dat is toch een zeer onwenselijke ontwikkeling? De plaatsvervangend commandant zegt dat niet kappen zal leiden tot meer overlast voor de AWACS. Deze bewering strookt niet met hetgeen de minister zegt over de geringe operationele beperking door de aanwezigheid van de bomen. Om al deze redenen is de heer Timmermans dan ook tegen de toepassing van het Nimby-instrument. Hij roept de minister op zijn daadkracht op dit dossier in te tomen. Oplossing van dit probleem dient hij over te laten aan zijn opvolger.

De heer Van As (LPF) merkt op dat het bij dit onderwerp gaat om het vertrouwen van de burger in de overheid. Politici zitten er voor en door de burger. Het kleine Nederland is de laatste jaren verstrikt geraakt in procedures en het nalaten van zaken, waardoor spanningsvelden zijn ontstaan tussen (groepen van) burgers onderling en de overheid.

Het voortgangsrapport over de handhaving van de ruimtelijke ordening is een goede aanzet. Voor een groot deel is hij het eens met de kritiek van de VNG, hoewel gemeenten in dezen ook het nodige hebben nagelaten, omdat handhaving niet populair is. Het moet nu wel afgelopen zijn met het nalaten en gedogen. De burger moet kunnen uitgaan van rechtszekerheid. Een zorgvuldige afweging van belangen is daarbij noodzakelijk. Belangen van een hogere orde kunnen dominant worden, waarbij de afweging naar die kant kan doorslaan. De overheid moet knopen durven doorhakken. Zal de inspectie bij de rapportage over 2002 rekening houden met de opmerking van de VNG dat duidelijk dient te worden aangegeven hoe bepaalde zaken zijn aangepakt? Een goede samenwerking tussen provincie en gemeente is een voorwaarde voor adequaat optreden.

De heer Van As sluit zich aan bij de opmerkingen van voorgaande sprekers over de AWAC's. Sinds 1978 wordt er al gesproken over de situatie rond dit vliegveld, met name over de schade aan het milieu en de geluidsoverlast. Als de NAVO een bedrijf was geweest, was het vliegveld waarschijnlijk al lang gesloten. De wetgeving op dit gebied is en wordt aangescherpt. Stemt de minister af met zijn collega van Defensie hoe hieraan kan of zal worden voldaan? Een alternatief zou kunnen zijn verlenging van de baan op Duits gebied. Wat zijn de daaraan verbonden kosten? Wat kost vervanging van de verouderde motoren? Vindt er afstemming plaats over de herstructurering binnen de bases in Europa? Vindt hierover overleg plaats tussen de Nederlandse en Duitse minister van Defensie?

De heer Hofstra (VVD) oordeelt positief over de acties die de minister heeft ondernomen om de handhaving van de WRO aan te scherpen. Kunnen de doorlooptijden verkort worden? Veel gemeenten hebben bestemmingsplannen die ouder zijn dan tien jaar. Past in de nieuwe WRO een herziening van de termijn van tien jaar? Kunnen gemeenten en provincies meer ruimte krijgen voor het voeren van een eigen RO-beleid? Is de minister het met hem eens dat de lokale en regionale volksvertegenwoordigers een deel van dit werk moeten overnemen?

Voor de heer Hofstra staat het buiten kijf dat de NAVO-basis in Geilenkirchen een internationaal belang betreft. Om die reden behoeft de Nimby-procedure niet op voorhand te worden uitgesloten. Of er sprake is van een veiligheidsprobleem is niet duidelijk, wel dat het een efficiencyprobleem is. Hij sluit zich aan bij de vraag over het verlengen van de baan. Zijn de alternatieven onderzocht? Welk type vliegtuig maakt van deze basis gebruik? Kan de minister uitleggen waarom de bomen precies een meter boven de grond gekapt moeten worden? Of moet een aantal bomen afgetopt worden? Als de bomen alleen maar afgetopt hoeven te worden, kan de basis dan functioneren binnen de daaraan gestelde regels? Hoe staat het met de geluidsniveaus? Is er overleg tussen Nederland en Duitsland om niet alleen het probleem van de NAVO-basis te bespreken, maar ook andere problemen op het terrein van de ruimtelijke ordening, zoals het plaatsen van windmolens tegen de Nederlandse grens in Groningen?

Het antwoord van de minister

De minister antwoordt dat om het WRO-beleid te kunnen handhaven het beleid uitvoerbaar moet zijn en moet beantwoorden aan wat burgers graag willen. Op zijn initiatief is de handhaving van de WRO door de inspectie aangescherpt. Zowel op het terrein van de ruimtelijke ordening als van het milieu is door deze regering sinds haar aantreden niet gedoogd. Uitgangspunt is dat er vertrouwen dient te bestaan in een uitvoeringsbeleid dat overeenstemt met de afspraken tussen parlement en regering, en tussen de rijksoverheid en de medeoverheden.

Gemeenten en provincies hebben de mogelijkheid te reageren op handhavingsacties door de overheid. Die reactie bestaat soms uit het wijzigen van een bestemmingsplan, waardoor gedoogsituaties die strijdig leken met een streek- of bestemmingsplan werden opgeheven. Desgevraagd zegt de minister dit geen wenselijke wijze van reageren te vinden, maar zij is wel toegestaan. De reden dat men hiervoor kiest, kan zijn dat het bestemmingsplan te oud was. In de nieuwe WRO is opgenomen dat ieder bestemmingsplan na tien jaar moet worden gewijzigd of herbevestigd. Als een gemeente dat niet wil, worden haar in het wetsvoorstel bevoegdheden ontnomen. Dit wetsvoorstel ligt nu ter advisering bij de Raad van State.

De brief van de VNG over het RO-beleid verbaast de minister. Tijdens ieder overleg over dit onderwerp stelt de VNG zich negatief op. De rijksoverheid moet optreden en besluiten nemen, ook als de VNG het er niet mee eens is.

Een andere reden waarom een gemeente reageert door het bestemmingsplan te wijzigen is dat zich een nieuwe situatie kan voordoen, ook in het kader van nieuw beleid. Een voorbeeld daarvan is Ruimte voor de rivier. Druk door economische concentraties kan een derde, onwenselijke, reden zijn. De lokale volksvertegenwoordigers dienen zich niet te laten leiden door overwegingen van economische belangen. Gebrek aan vertrouwen in de lokale democratie kan niet de reden zijn dat beslissingen op nationaal niveau genomen moeten worden. Dat kan wel als de belangen de grens van het betreffende bestuursgebied overschrijden. De inspectie ziet erop toe dat de afwegingen zo goed mogelijk worden gemaakt. Er zijn nogal wat handhavingsbeslissingen in procedure die te maken hebben met publieke overwegingen die ingaan tegen een commercieel belang. Deze beslissingen vragen veel tijd. Helaas wordt degene die een procedure aangaat niet altijd in het gelijk gesteld door de rechter.

Iedere burger en ieder bedrijf heeft het recht maximaal gebruik te maken van rechtsbeschermingsoverwegingen. In de nieuwe WRO worden zij meer gestroomlijnd, maar de mogelijkheid bezwaar en beroep aan te tekenen op basis van rechtsbescherming blijft bestaan. Zelfs als er gebouwd wordt in strijd met de regelgeving en er dus gesloopt moet worden, heeft men het recht daartegen procedures van rechtsbescherming in te roepen. Pas nadat een rechter uitspraak heeft gedaan, kan actie worden ondernomen en worden gesloopt. Desgevraagd antwoordt de minister niet de positie van de bestuursrechter in dezen ter discussie te willen stellen. In het discussiestuk ter voorbereiding van de nieuwe WRO is het stapelen van procedures geregeld en is tevens de lengte ingekort, zonder het recht om procedures te hanteren geweld aan te doen.

Aan de hand van enkele voorbeelden neemt de minister de stand van zaken bij de handhaving door.

– Lokaal signaal is ingesteld voor burgers die willen signaleren dat naar hun mening op gemeentelijk of provinciaal niveau iets gebeurt in strijd met de regels. De inspectie zal daar direct op reageren. Alle mensen die iets doorgeven aan Lokaal signaal krijgen antwoord. Sommige gemeenten publiceren namelijk bepaalde beslissingen in juli of augustus in het lokale sufferdje. Zij zijn niet verplicht de inspectie op de hoogte te stellen van alle beslissingen. Daarom wordt een beroep gedaan op burgers te signaleren of iets gebeurt in strijd met de regels.

– Valkenswaard. De minister streeft nog steeds naar de sloop van de ten onrechte verleende vergunningen voor de bouw van twee woningen in Valkenswaard. De rechtsbeschermingsprocedure loopt nog. Het beroep tegen de vernietiging wordt binnenkort door de Raad van State behandeld. Zodra een besluit is genomen, zal de inspectie de gemeente vragen op te treden. Als de gemeente dat niet doet, moet contact worden opgenomen met het ministerie van Binnenlandse Zaken.

– Middelharnis. In 2001 is een onderzoek uitgevoerd bij de gemeente Middelharnis die niet veel deed aan de permanente bewoning van vakantiehuizen. De gemeente moet zelf bepalen dat er van een illegale situatie sprake is. Het ministerie heeft beroep aangetekend tegen de bouw van 17 nieuwe, grote recreatiewoningen. De rechter heeft dit beroep verworpen. De minister zegt zich te bezinnen op – zo mogelijk juridische – mogelijkheden voor verdere actie. De omvang van de woningen was geen argument. De minister heeft de inspectie laten weten dat er geen taboe meer is op het verliezen van een procedure.

– Wervershoof. De gemeente Wervershoof heeft gekozen voor legalisatie door in het nieuwe ontwerpbestemmingsplan de golfbaan op te nemen. De gemeente kiest voor compensatie in de EHS. De inspectie zal daarop nog reageren. De gemeente zal worden onderworpen aan een toezichtsonderzoek op het gebied van de ruimtelijke ordening. Als het vertrouwen in een gemeente door een reeks van incidenten is verminderd, kan besloten worden tot verscherpt toezicht. Dat toezicht kent verschillende vormen, bijvoorbeeld dat geen beslissing kan worden genomen zonder dat de inspectie daarbij betrokken is.

– Woudenberg. De inspectie heeft bezwaar gemaakt tegen de beslissingen. De gemeente moet daarop nog reageren.

– Bommelerwaard. Het ministerie heeft gronden in de Bommelerwaard aangekocht om deze veilig te stellen. Het probleem is dat er al capaciteit was gereserveerd voor glastuinbouw in een vigerend bestemmingsplan. De gemeente heeft nu eenmaal rechten die zij kan doen gelden. Het meest gevoelige deel van de Hollandse waterlinie is aangekocht, wardoor in dat deel geen glastuinbouw mogelijk is. Er wordt op toegezien dat overeenkomstig de gemaakte afspraken door de gemeente wordt gehandeld.

– Permanente bewoning van recreatiewoningen. Op verzoek van de Kamer is een wetsvoorstel voorbereid om overtredingen te beschouwen als strijdig met de Wet economische delicten. Het advies van de Raad van State hierover is helaas niet positief. Bezien wordt in hoeverre het mogelijk is door een nadere onderbouwing in de memorie van toelichting de bezwaren weg te nemen. Inzake de alternatieve bewijslast ziet de minister geen mogelijkheden.

– Leusden. De gemeente heeft een vergunning verleend voor de bouw van een opleidings- en trainingsinstituut op een perceel in de EHS. Helaas heeft de inspectie onvoldoende aanknopingspunten in die vergunning om deze aan te tasten. Volgens de geruchten gaat het niet echt om een opleidings- en trainingsinstituut, maar om een commercieel bedrijf. De gemeente heeft beloofd handhavend op te treden, indien dit het geval zal blijken te zijn. Pas als is aangetoond dat het inderdaad om een commercieel bedrijf gaat, kan de inspectie handhavend optreden, zo nodig via een juridische procedure.

De minister antwoordt dat zijn voorgangster op 3 augustus 1998 een aanwijzing overwoog terzake van de AWACS-basis. Hij heeft er de voorkeur aan gegeven deze zaak zelf te behandelen. Zijn eerste werkbezoek als minister van VROM was aan de gemeenten Onderbanken en heeft geresulteerd in een bemiddelingspoging. Daartoe is de heer Van der Linden aangezocht die een advies heeft uitgebracht. Dat advies hield in na te gaan, of een korte baanverlenging mogelijk was en overleg te plegen met de Duitse autoriteiten en de NAVO. Deze studie en de overleggen hebben plaatsgevonden. Baanverlenging bleek geen goed alternatief te zijn. De minister zegt toe deze studies de Kamer alsnog toe te zenden, mocht dat nog niet gedaan zijn.

Na 11 september 2001 heeft hij dringender verzoeken gekregen van de basis en de secretaris-generaal van de NAVO om tot actie over te gaan, omdat alle alternatieven als niet werkbaar werden gekwalificeerd. De minister heeft toen overwogen de Nimby-procedure te gebruiken. Dit is meegedeeld aan het lokale en provinciale bestuur. Bij twee van de vier criteria voor de Nimby-procedure heeft de Kamer vraagtekens geplaatst. Of de zaak urgent is, hangt af van de definitie. Zijn voorgangster wilde in 1998 een aanwijzing geven. Zelf heeft hij zolang mogelijk naar alternatieven gezocht die echter niet haalbaar bleken. Vervolgens werd hij geconfronteerd met dringende verzoeken die mede waren gebaseerd op de veiligheid. Als het element veiligheid geen rol zou spelen, was niet voor deze procedure gekozen. De vliegveiligheid neemt af, omdat in de lange periode dat de baan er ligt de bomen zijn doorgegroeid. De operationele procedures zijn daarop aangepast. Het einde van deze mogelijkheid is in zicht, zodat een beslissing genomen moet worden, namelijk een baan aan de andere kant of aftopping van de bomen. Deze beslissing kan niet langer worden uitgesteld en daarom oordeelt hij de situatie urgent.

Er is een bovengemeentelijk belang. De vliegveiligheidsregeling is daartoe gewenst. Het zou rampzalig zijn als een vliegtuigongeluk plaatsvond dat toegeschreven kon worden aan het niet-reageren door de Nederlandse regering op verzoeken van de NAVO om de bomen af te toppen. Als vliegtuigen niet volledig afgetankt kunnen opstijgen, moet er meer in de lucht getankt worden. Extra vliegbewegingen zijn daarvan het gevolg. Per definitie vermindert daardoor de veiligheid. Om al deze redenen is besloten tot een Nimby-procedure, waarover de Kamer zich kan uitspreken. Mocht de Kamer een motie aannemen, waarin zij zegt voortzetting van de Nimby-procedure niet wenselijk te vinden, zegt de minister toe de procedure te zullen bevriezen voorzover dat mogelijk is en een beslissing over te laten aan zijn opvolger.

Nadere gedachtewisseling

Mevrouw Vergeer-Mudde (SP) blijft van mening dat de kwestie van het aftoppen van de bomen niet urgent is en dat daarom de Nimby-procedure niet gehanteerd mag worden. Het feit dat de vliegtuigen al zo oud zijn, verontrust haar meer. Evenmin is er sprake van een impasse. De gemeente Onderbanken heeft hard meegewerkt aan het zoeken naar alternatieven. De geografische ligging van de basis moet niet worden verward met het inhoudelijk argument van een bovengemeentelijk belang. Het bedrijfseconomische belang van de NAVO kan opgelost worden door betere motoren. Daarvoor hoeven geen bomen te worden gekapt.

Bij de handhaving van de WRO is sprake van enkele knelpunten. Commerciële belangen zijn soms moeilijk te bestrijden. Zij wacht met belangstelling de nieuwe Wet op de ruimtelijke ordening af.

De heer Koopmans (CDA) stelt dat er niet wordt gevlogen in strijd met de regelgeving. Zijns inziens is er dan ook geen sprake van urgentie. Het gevoel van urgentie ligt bij de minister en niet in de situatie. Als vliegen met AWACS en tanken in de lucht niet veilig zouden zijn, dient er dringend overleg plaats te vinden met het ministerie van Defensie.

Wil de minister alsnog ingaan op de vragen over de vijfde nota?

Mevrouw Van Gent (GroenLinks) concludeert dat Kamer en regio ondanks alle polderoverleg tegen de Nimby-procedure zijn en dat de secretaris-generaal van de NAVO ervoor is. Zij betwijfelt of de bomen in vier jaar zo hard doorgegroeid zijn dat er nu een onveilige situatie is ontstaan. Als vliegen onveilig is, moeten de toestellen aan de grond blijven. Is in het overleg met de NAVO het veiligheidsaspect ook breder aan de orde geweest? Is gesproken over de betrouwbaarheid van deze oude toestellen, de geluidsoverlast en de stank? Zij spreekt zich uit tegen het gebruik van de Nimby-procedure in dit geval.

In Leusden worden kantoorgebouwen gebouwd en geen onderwijsinstelling. Zal de inspectie daartegen optreden?

Het spijt mevrouw Van Gent dat het advies van de Raad van State over de Wet economische delicten bij permanent gebruik van vakantiewoningen niet positief is. Zij hoopt dat het volgende kabinet met goede voorstellen terzake zal komen.

De heer Timmermans (PvdA) spreekt zijn teleurstelling uit over de antwoorden van de minister over de AWACS. Hij beaamt dat het probleem moet worden opgelost. Het argument dat de bomen een veiligheidsrisico zijn, is nooit eerder gehanteerd. Het is ook niet aangetoond. Als er onveilig gevlogen wordt, had de Kamer al jaren geleden aangedrongen op ingrijpen. Volgens de minister moet er meer gevlogen worden als gevolg van de operationele beperking. Namens de basis wordt juist gezegd dat als de bomen gekapt zijn, er niet minder gevlogen zal worden. Noch het veiligheidsargument, noch het aantal vluchten rechtvaardigt het gebruik van de Nimby-procedure. Evenmin is er sprake van een bestuurlijke impasse.

De heer Van As (LPF) sluit zich bij de vorige sprekers aan.

De heer Hofstra (VVD) zegt de argumenten van de minister over de veiligheid niet zonder meer ter zijde te willen schuiven. Daarover moet meer duidelijkheid komen.

Kan de minister duidelijker zijn over het kappen dan wel aftoppen van de bomen?

Hij is blij met het aanbod van de minister de rapporten die de Kamer al heeft ontvangen, nog een keer toe te zenden, met name voor de nieuwe kamerleden en fracties.

De minister benadrukt dat overwegingen van vliegveiligheid een rol spelen om de Nimby-procedure toe te passen, aangezien alternatieven niet mogelijk zijn. De bomen zullen niet worden gekapt met het doel ze te vernietigen, maar worden afgezaagd, te beginnen bij een hoogte van een meter en daarna verder oplopend. Het betreft 6 ha bos op een totaal van 380 ha. Uit onderzoek blijkt dat de habitat niet zal worden aangetast. Zijn collega van Defensie heeft hem vier jaar lang namens de secretaris-generaal van de NAVO dringend verzocht een besluit te nemen. Hoewel hij naar alternatieven heeft gezocht, blijken die er niet te zijn.

De staatssecretaris van Defensie heeft overleg gehad over stillere motoren. Een besluit daarover kan niet gekoppeld worden aan de oplossing van dit probleem. Hij bevestigt dat er iets meer is gevlogen dan was afgesproken, ook 's nachts. Dat is allemaal gebeurd na 11 september. In een aantal situaties breekt nood nu eenmaal wet. Overeenkomstig de procedures zullen de vliegbewegingen weer tot het normale aantal worden teruggebracht.

In april 2001 is met de Kamer overleg gevoerd over de overgangssituatie in verband met de vijfde nota. Daarover is overeenstemming bereikt. De vijfde nota is door het kabinet vastgesteld, met volledige instemming van alle medeoverheden. De inspectie heeft als plicht te toetsen en te handhaven overeenkomstig geldend beleid. Bijna alle beslissingen kunnen worden gelegitimeerd, louter op basis van geldend beleid. De inspectie heeft de opdracht gekregen te kijken in hoeverre een voorgenomen beslissing strijdig zou zijn met nieuw beleid. Onomkeerbare beslissingen zullen niet genomen mogen worden.

De fungerend voorzitter van de vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Meijer

De griffier van de vaste commissie voor Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,

Roovers


XNoot
1

Samenstelling:

Leden: Te Veldhuis (VVD), Duivesteijn (PvdA), Giskes (D66), Crone (PvdA), Cornielje (VVD), Hofstra (VVD), Meijer (CDA), fng. voorzitter, Koenders (PvdA), Van Beek (VVD), Schreijer-Pierik (CDA), Van Gent (GroenLinks), Ross-van Dorp (CDA), Bussemaker (PvdA), Mosterd (CDA), Alblas (LPF), Van As (LPF), Van den Brink (LPF), Veling (ChristenUnie), Jense (LN), Van Bochove (CDA), Van Geel (CDA), De Ruiter (SP), Duyvendak (GroenLinks), Smolders (LPF) en Van Lith (CDA).

Plv. leden: Van der Ham (D66), Rietkerk (CDA), Van den Brand (GroenLinks), Koopmans (CDA), Vietsch (CDA), Groenink (LPF), Wiersma (LPF), Schonewille (LPF), Van der Staaij (SGP), Teeven (LN), Ten Hoopen (CDA), Van Velzen (SP), Vos (GroenLinks), De Jong (LPF) en Spies (CDA).

Naar boven