27 920
Wijziging van onder meer de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek in verband met de invoering van accreditatie in het hoger onderwijs

nr. 10
AMENDEMENT VAN HET LID EURLINGS

Ontvangen 29 november 2001

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

In artikel I, onderdeel E, wordt artikel 5a.12 als volgt gewijzigd:

I

Het eerste lid wordt vervangen door:

1. Indien de accreditatie van een opleiding na het verstrijken van de periode, bedoeld in artikel 5a.9, vijfde lid niet opnieuw wordt verleend, worden voor die opleiding geen nieuwe studenten ingeschreven. De instelling biedt aan studenten die voor de opleiding zijn ingeschreven de gelegenheid deze opleiding binnen een door de instelling vast te stellen redelijke termijn te voltooien, indien zij die opleiding zonder onderbreking blijven volgen.

II

Na het eerste lid wordt een nieuw lid ingevoegd, luidende:

2. Indien de accreditatie niet opnieuw wordt verleend, als bedoeld in het eerste lid, kan de instelling een verbeterplan opstellen voor de opleiding en kan de instelling het accreditatieorgaan verzoeken om herziening van het oordeel.

Toelichting

Door de koppeling tussen het accreditatiebesluit en de onmiddellijke gevolgen voor het verkrijgen of behouden van rechten worden zowel de studenten als de instellingen in een onmogelijk positie gemanoeuvreerd. De universiteiten worden hierin gesteund door de kritiek van de RvS die in zijn advies stelt dat deze koppeling rechtsonzekerheid creëert voor zowel studenten als instellingen. De minister heeft op basis van de kritiek van de RvS de tekst van het wetsvoorstel enigermate aangepast, maar deze aanpassing gaat niet ver genoeg. Dit amendement introduceert de zogenaamde «gele kaart». Na verloop van (bijv.) twee jaren na de uitspraak van het accreditatieorgaan rechten zouden de rechten komen te vervallen, zodat de instelling in kwestie gedurende deze termijn de gelegenheid heeft de opleiding aan te passen en een herziening van het oordeel aan het accreditatieorgaan te vragen dan wel de opleiding te beëindigen en een bevredigende overgangsregeling voor de betrokken studenten tot stand te brengen.

Wel wordt instellingen bij een negatief oordeel van het accreditatieorgaan het recht ontzegd nog nieuwe studenten voor de betreffende opleiding in te schrijven.

Eurlings