27 871
Wijziging van de Wet geneesmiddelenprijzen (invoering euro en procedure om wijziging maximumprijs geregistreerd geneesmiddel te verzoeken

nr. 4
VERSLAG

Vastgesteld 24 september 2001

Na kennis te hebben genomen van de inhoud van voorliggend wetsvoorstel bleek er in de vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport¹ in het kader van het voorbereidend onderzoek bij onderstaande fracties behoefte te bestaan een aantal vragen en opmerkingen aan de regering ter beantwoording voor te leggen. Met een tijdige en afdoende beantwoording daarvan acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.

ALGEMEEN

De leden van de fractie van D66 hebben kennis genomen van voorliggend wetsvoorstel. Zij zijn uiteraard akkoord met de inhoud van het wetsvoorstel. Eén ding is hen echter niet geheel duidelijk; namelijk waarom de tweede volzin van het derde lid van artikel twee (blad 2, 27 871, nr. 2) blijkbaar twee keer wordt gewijzigd. Kan dit worden toegelicht?

De leden van de SP-fractie hebben met belangstelling kennis genomen van het wetsvoorstel om de wet geneesmiddelenprijzen in overeenstemming te brengen met de introductie van de Euro.

Deze leden vragen wel of dit niet hét moment is om het Verenigd Koninkrijk uit de Prijzenwet te schrappen. Eerder onderzoek van de SP-fractie heeft aangetoond dat de hoge prijzen in het Verenigd Koninkrijk en de koers van het pond de maximumprijzen nodeloos optrekken. Uit dit onderzoek bleek dat zonder de bijdrage van het Verenigd Koninkrijk het maximum ruim 10 procent lager zou komen te liggen; naar schatting is een minimale besparing van 200 miljoen gulden mogelijk. Door de invloed van het Verenigd Koninkrijk zijn de prijzen in Nederland niet meer op representatief prijsniveau van de omringende landen. Deze leden wijzen erop dat de Prijzenwet een van de succesvolle instrumenten is geweest, fabrikanten hebben echter meer ruimte gekregen door het Britse pond. Indien het Verenigd Koninkrijk eruit gelaten wordt in verband met de Euro zijn deze problemen verdwenen.

De leden van de SP-fractie wijzen erop dat in een eerdere discussie over het voorstel van de SP-fractie om het Verenigd Koninkrijk uit de Prijzenwet te schrappen (22 november 1999 bij de begrotingsbehandeling) de minister erop wees dat hiervoor een wetswijziging nodig zou zijn. Welnu, een wetswijziging is thans aan de orde. De minister had toen het idee dat het Verenigd Koningrijk toegetreden zou zijn tot de Europese Monetaire Unie voordat de wetswijziging is afgehandeld. Nu is een wetswijziging in verband met de Europese Monetaire Unie aan de orde en moet een uitzondering gemaakt worden voor het Verenigd Koninkrijk omdat zij niet toegetreden is. De leden van de SP-fractie wijzen er tevens op dat de minister heeft toegezegd zich te zullen verdiepen in de kwestie. Wat heeft deze verdieping opgeleverd, bijvoorbeeld waar het de Europese representativiteit betreft van het gemiddelde prijsniveau in de aangewezen referentielanden en de invloed van de prijzen in het Verenigd Koninkrijk en met name die van de wisselkoersproblematiek (schriftelijke reactie naar aanleiding van voorstel/motie SP-fractie t.g.v. de begroting 2000)? Deze leden vragen ook wat adviescolleges als het CTG en de CZV denken over het schrappen van het Verenigd Koninkrijk als referentieland.

De leden van de SP-fractie vragen de minister met klem nog eens te overwegen om in deze wetswijzing tevens te besluiten het Verenigd Koninkrijk als referentieland te schrappen. Daar het Verenigd Koninkrijk buiten de EMU staat zijn de koers van het Britse pond en het prijspeil in het Verenigd Koninkrijk steeds verstorende factoren in de vergelijking.

De voorzitter van de commissie,

Van Lente

De griffier van de commissie,

Teunissen

---

1 Samenstelling: Leden: Van der Vlies (SGP), Swildens-Rozendaal (PvdA), ondervoorzitter, Middel (PvdA), Van Lente (VVD), voorzitter, Dankers (CDA), Oudkerk (PvdA), Bakker (D66), Rouvoet (ChristenUnie), Van Vliet (D66), Van Blerck-Woerdman (VVD), Passtoors (VVD), Gortzak (PvdA), Hermann (GroenLinks), Buijs (CDA), Atsma (CDA), Arib (PvdA), Spoelman (PvdA), Kant (SP), E. Meijer (VVD), Van der Hoek (PvdA), Blok (VVD), Mosterd (CDA), Rijpstra (VVD), T. Pitstra (GroenLinks), C. Cörüz (CDA).

Plv. leden: Lambrechts (D66), Rehwinkel (PvdA), Apostolou (PvdA), Örgü (VVD), Verburg (CDA), Noorman-den Uyl (PvdA), Ravestein (D66), Slob (ChristenUnie), Van 't Riet (D66), Terpstra (VVD), Udo (VVD), Belinfante (PvdA), Harrewijn (GroenLinks), Ross-van Dorp (CDA), Th. A. M. Meijer (CDA), Duijkers (PvdA), Smits (PvdA), Marijnissen (SP), O. P. G. Vos (VVD), Hamer (PvdA), Cherribi (VVD), Rietkerk (CDA), Weekers (VVD), Van Gent (GroenLinks), Visser-van Doorn (CDA).