27 835
Regels inzake stankemissie van veehouderijen in ontwikkelings- en verwevingsgebieden (Wet stankemissie veehouderijen in landbouwontwikkelings- en verwevingsgebieden)

nr. 12
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN HET LID VAN DER VLIES TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 8

Ontvangen 20 november 2001

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

In artikel 1, eerste lid, wordt na de omschrijving van «dierenverblijf» ingevoegd: extensiveringsgebied: extensiveringsgebied als bedoeld in artikel 1 van de Reconstructiewet concentratiegebieden;.

II

In artikel 2, eerste lid, worden de woorden «of een verwevingsgebied» vervangen door: , een verwevingsgebied of een extensiveringsgebied met het primaat natuur, bedoeld in artikel 1 van de Reconstructiewet concentratiegebieden,.

Toelichting

De extensiveringsgebieden zijn buffergebieden rond woonconcentraties en rond natuurgebieden. Voor deze gebieden is een nieuw beoordelingskader in voorbereiding dat zal leiden tot een strenger beleid (zie TK 26 445, nr. 64). Deze strengere normen zijn verklaarbaar rond woonkernen, maar rond natuurgebieden niet. Daar zijn immers weinig stankgehinderden. Bovendien is de uitwerking contraproductief. Door strengere normen ontstaan grotere hindercirkels, waardoor functieverandering in de omgeving van deze bedrijven wordt bemoeilijkt, terwijl in deze gebieden andere functies dan veehouderij worden gewenst.

Dit amendement beoogt daarom de extensiveringsgebieden rond een natuurgebied wat betreft de stankemissie gelijk te stellen met een landbouwontwikkelings- en verwevingsgebied. Met dit amendement is uitbreiding van stank door een vergroting van de veestapel niet aan de orde vanwege de zonerende werking van het ammoniakbeleid.

Van der Vlies

Naar boven