nr. 3
MEMORIE VAN TOELICHTING
Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt, omdat het
zonder meer instemmend luidt dan wel uitsluitend opmerkingen van redactionele
aard bevat (artikel 25a, vierde lid, onderdeel b, van de Wet op de Raad van
State).
I. Algemeen
De in artikel I voorgestelde aanpassingen van de artikelen 1.1, eerste
lid, 12.3, 12.6, derde lid, en 12.7, derde lid, van de Wet milieubeheer vloeien
voort uit de vervanging van Verordening nr. 1836/93 van de Raad van de Europese
Gemeenschappen van 29 juni 1993 inzake de vrijwillige deelneming van
bedrijven uit de industriële sector aan een communautair milieubeheer-
en milieu-auditsysteem (PbEG L168, hierna: Verordening nr. 1836/93). Op 14 februari
2001 heeft het Europees Parlement in de derde lezing de Verordening (EG) inzake
de vrijwillige deelneming van organisaties aan een communautair milieubeheer-
en milieu-auditsysteem (EMAS, hierna: EMAS-verordening) goedgekeurd. Beide
verordeningen staan bekend als EMAS-verordening. Om verwarring te voorkomen
wordt de te vervangen verordening hieronder niet aangehaald als EMAS-verordening,
maar als Verordening nr. 1836/93.
Vaststelling en inwerkingtreding van de EMAS-verordening worden nu op
korte termijn voorzien. Zodra vaststelling en publicatie van de EMAS-verordening
hebben plaatsgevonden, zullen bij nota van wijziging worden ingevuld: het
nummer en de datum van vaststelling van de EMAS-verordening en het nummer
van het Publicatieblad waarin deze is geplaatst.
De EMAS-verordening heeft betrekking op de vrijwillige deelneming van
organisaties aan een communautair milieubeheer- en milieu-auditsysteem. Om
een indruk te geven: er zijn in Nederland ongeveer 260 milieuverslagplichtige
inrichtingen. Voor deze inrichtingen wordt een overheids- en een publieksverslag
gemaakt. Van die 260 inrichtingen zijn er 10 die over een EMAS-registratie
onder Verordening nr. 1836/93/EG beschikken. De verwachting is niet dat de
vervanging van die verordening tot een verandering van deze situatie leidt.
In de EMAS-verordening worden de voorwaarden voor EMAS-registratie aangescherpt
en wordt de frequentie van de verificaties verhoogd. Doel van de EMAS-verordening
is het toepassingsbereik uit te breiden naar alle economische sectoren en
EMAS toegankelijker te maken. Onder Verordening nr. 1836/93/EG beperkte het
toepassingsbereik zich tot de industriële sector. De gevolgen van de
vervanging van Verordening nr. 1836/93 zijn naar verwachting beperkt. De publieksverslagverplichting
(en dus de afstemming met het EMAS-systeem) geldt uitsluitend
voor de in bijlage 1 behorende bij het Besluit milieuverslaglegging aangewezen
categorieën van gevallen waarin inrichtingen ernstige nadelige gevolgen
voor het milieu kunnen veroorzaken. Deze inrichtingen vielen al onder het
toepassingbereik van het EMAS-systeem.
II. Artikelsgewijs
Artikel I
De in artikel I voorgestelde aanpassingen zijn noodzakelijk, vanwege de
vervanging van Verordening nr. 1836/93 door de EMAS-verordening. In onderdeel
A wordt de begripsomschrijving aangepast. In onderdeel B wordt de afstemming
in overeenstemming met de EMAS-verordening gebracht. De registratie wordt
nu in artikel 6 geregeld. Bovendien moet de gebruikte terminologie worden
aangepast. In de EMAS-verordening wordt niet langer gesproken van een geregistreerde
locatie, maar van een geregistreerde organisatie. In artikel 6 van de EMAS-verordening
zijn alle voor registratie en continuering daarvan geldende voorschriften
opgenomen. Ingevolge artikel 7, tweede lid, van de EMAS-verordening worden
opschorting en beëindiging van een registratie uiterlijk binnen een maand
verwerkt. Dit register is een goed aanknopingspunt voor de afstemming met
de publieksverslagverplichting. Het register kan bovendien door het publiek
worden geraadpleegd.
In onderdeel C wordt geregeld dat de gegevens die in het kader van de
verkrijging van een EMAS-registratie of de voortzetting van een bestaande
EMAS-registratie openbaar gemaakt moeten worden, in de Nederlandse taal moeten
zijn gesteld. Het gaat daarbij om de milieuverklaring en de jaarlijkse bijwerkingen
daarvan. Deze bijwerking moet ook gevalideerd worden net als de milieuverklaring
zelf. Eens in de 3 jaar moet een geconsolideerde versie van de milieuverklaring
worden gemaakt. De Commissie heeft de bevoegdheid richtlijnen op te stellen
waaronder van de frequentie tot bijwerken afgeweken kan worden.
In onderdeel D wordt de gelijkstelling van de milieuverklaring en de bijwerking
daarvan en het publieksverslag geregeld. Door de gekozen formulering van de
voorgestelde wijzigingen is opname van een met de tweede volzin van artikel
12.7, derde lid, van de Wet milieubeheer (oud) niet langer nodig. Immers,
de gelijkstelling geldt gedurende de EMAS-registratie.
Artikel II
In een overgangsregeling wordt in de EMAS-verordening voorzien in artikel
17, vierde lid. In dat artikellid wordt bepaald dat onder Verordening nr.
1836/93 geregistreerde locaties in het EMAS-register opgenomen blijven tot
aan de volgende verificatie of, indien verificatie binnen zes maanden na inwerkingtreding
van de EMAS-verordening plaatsvindt, in overleg met de bevoegde instanties
(i.c. de Stichting Coördinatie Certificatie Milieuzorgsystemen) uiterlijk
binnen een jaar na dat tijdstip. Na verificatie of met ingang van het door
de bevoegde instantie bepaalde tijdstip gaan de voorschriften uit de EMAS-verordening
voor de betrokken organisatie gelden. In artikel II is een koppeling met deze
overgangsregeling aangebracht om te voorkomen dat voor EMAS-geregistreerden
die onder de overgangsregeling van de EMAS-verordening vallen, toch tijdelijk
de publieksverslagverplichting gaat gelden.
Artikel III
Voor het tijdstip van inwerkingtreding is aangesloten bij het tijdstip
van inwerkingtreding van de EMAS-verordening.
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,
J. P. Pronk