27 674
Wijziging van de Wet privatisering ABP in verband met de wijziging van de indexeringsfrequentie

nr. 1
KONINKLIJKE BOODSCHAP

Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Wij bieden U hiernevens ter overweging aan een voorstel van wet houdende wijziging van de Wet privatisering ABP in verband met de wijziging van de indexeringsfrequentie.

De memorie van toelichting, die het wetsvoorstel vergezelt, bevat de gronden waarop het rust.

En hiermede bevelen Wij U in Godes heilige bescherming.

's-Gravenhage

12 april 2001

Beatrix

nr. 2
VOORSTEL VAN WET

Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat het wenselijk is dat de frequentie wordt aangepast waarmee de pensioenaanspraken van overheidswerknemers worden geïndexeerd;

Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I

De Wet privatisering ABP wordt als volgt gewijzigd:

A

In artikel 1, onder k, wordt na de woorden «Binnenlandse Zaken» ingevoegd: en Koninkrijksrelaties.

B

In artikel 10, tweede lid, wordt de zinsnede «per 1 januari en 1 juli» vervangen door: op een of meer vaste tijdstippen in het jaar.

ARTIKEL II

Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst. Indien het Staatsblad waarin deze wet wordt geplaatst, wordt uitgegeven na 30 juni 2001, werkt artikel I, onderdeel B, terug tot en met 1 juli 2001.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

Naar boven