27 578
Planologische Kernbeslissing Vijfde Nota ruimtelijke ordening

nr. 101
MOTIE VAN HET LID VAN DER STAAIJ

Voorgesteld in het Nota-overleg van 15 april 2002

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

constaterende, dat de Kamer de regering verzocht heeft (motie 26 800-XI, nr. 30) te onderzoeken op welke wijze kan worden bevorderd dat in plattelandsgemeenten een adequaat woningaanbod kan worden gewaarborgd, met name voor starters op de woningmarkt die niet over een hoog inkomen beschikken;

overwegende, dat nog onduidelijk is welke relevante consequenties de thans aan de orde zijnde herziening van de Huisvestingswet op dit punt met zich zal brengen;

voorts overwegende, dat eveneens de mogelijke gevolgen van het in de uiteindelijke tekst van de PKB Nationaal Ruimtelijk Beleid geformuleerde contourenbeleid voor het betreffende woningaanbod in plattelandsgemeenten nog niet zijn uitgekristalliseerd;

verzoekt de regering in de aangekondigde voortgangsrapportages en actualiseringen van het uitvoeringsprogramma voor het ruimtelijk beleid nadrukkelijk aandacht te besteden aan de genoemde problematiek van het beperkte woningaanbod in plattelandsgemeenten en daarbij zowel de relevante consequenties van het huisvestingsbeleid als van het contourenbeleid in samenhang in kaart te brengen,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van der Staaij

Naar boven