nr. 11
AMENDEMENT VAN DE LEDEN DE VRIES EN GISKES
Ontvangen 21 november 2000
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
In artikel XIII wordt na onderdeel C een nieuw onderdeel Ca ingevoegd
dat komt te luiden:
Ca. In hoofdstuk 2, artikel I, wordt na onderdeel
AS ingevoegd:
ASa. Tijdelijke aftrek van rente die verband houdt met
scholingsuitgaven
1. Voor de toepassing van afdeling 6.7 van de Wet inkomstenbelasting 2001
worden renten van schulden, voorzover deze renten betrekking hebben op schulden
die uiterlijk 31 december 2000 zijn aangegaan ter bekostiging van studiekosten
die op grond van de bepalingen van de Wet inkomstenbelasting 2001 als aftrekbare
scholingsuitgaven zouden zijn aangemerkt, in de kalenderjaren 2001, 2002,
2003, 2004 en 2005 mede als aftrekbare scholingsuitgaven aangemerkt.
2. Schulden waarvan de rente op grond van het eerste lid van dit artikel
als aftrekbare scholingsuitgaven worden aangemerkt, worden voor de toepassing
van artikel 5.3, derde lid, van de Wet inkomstenbelasting 2001, niet als schuld
aangemerkt.
Toelichting
Met dit amendement wordt bewerkstelligd dat rente ter zake van op 31 december
2000 bestaande schulden die zijn aangegaan ter bekostiging van uitgaven die
volgens de bepalingen van de Wet inkomstenbelasting 2001 als scholingsuitgaven
zouden zijn aangemerkt (en onder de IB64 reeds in aftrek zijn gebracht), gedurende
een overgangsperiode van vijf jaar als scholingsuitgaven worden aangemerkt.
Gevolg daarvan is dat deze rentekosten, binnen het kader van bepalingen die
in afdeling 6.7 van de Wet inkomstenbelasting 2001 zijn neergelegd, als persoonsgebonden
aftrek in aanmerking kunnen worden genomen. In het tweede lid wordt geregeld
dat schulden die betrekking hebben op deze «oude» scholingsuitgaven
bij de bepaling van de grondslag waarover de vermogensrendementsheffing
wordt berekend, niet als aftrekbare schuld in aanmerking kunnen worden genomen.
De Vries
Giskes