27 410
Voortgangsrapportage Beleidskader Jeugdzorg 2001–2004

nr. 16
MOTIE VAN HET LID VAN VLIET C.S.

Voorgesteld 12 april 2001

De Kamer,

gehoord de beraadslaging,

van oordeel, dat jongeren een zodanig kwetsbare groep vormen, dat zij alle steun van de landelijke, provinciale en lokale overheid mogen verwachten om een goede toekomst op te bouwen;

tevens van oordeel, dat wanneer jongeren in problematische omstandigheden leven en/of problemen ervaren, zij zo snel mogelijk hulp moeten kunnen krijgen;

overwegende, dat uit de ontwikkeling van de cijfers van 1997, 1998 en 1999 over de wachtlijsten in de jeugdzorg blijkt dat deze hulp onvoldoende beschikbaar is;

van mening, dat de Tweede Kamer nog voor het zomerreces 2001 de mogelijkheid moet hebben om aan de hand van de wachtlijstgegevens over 2000 te oordelen of deze negatieve ontwikkeling zich voortzet en hierover met het kabinet van gedachten te wisselen;

verzoekt de regering, uiterlijk 1 juni 2001 de wachtlijstcijfers over 2000 bij de Tweede Kamer aan te leveren,

en gaat over tot de orde van de dag.

Van Vliet

Örgü

Eurlings

Arib

Van Gent

Kant

Rouvoet

Naar boven