27 400 III
Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Algemene Zaken (III) voor het jaar 2001

nr. 11
BRIEF VAN DE MINISTER PRESIDENT, MINISTER VAN ALGEMENE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 12 maart 2001

Met deze brief informeer ik u over mijn officiële bezoek van 26 tot en met 28 februari jl. aan Zuid-Afrika.

Achtergrond

Nederland hecht zeer aan een goede bilaterale relatie met het «nieuwe» Zuid-Afrika. Met dit officiële bezoek heb ik het belang daarvan willen onderstrepen. Ik wilde waardering uitspreken voor de wijze waarop Zuid-Afrika in eigen land het moeilijke transformatieproces ter hand heeft genomen. Daarbij wilde ik mijn begrip en erkenning tonen voor de problemen die worden ondervonden en aandacht vragen voor enkele specifieke onderwerpen. Voorts heb ik de Nederlandse betrokkenheid bij het welslagen van het transformatieproces willen bevestigen. Betrokkenheid waaraan inhoud wordt gegeven met de inzet van diverse instrumenten van buitenlands beleid, inclusief steun in het kader van het, onlangs door u goedgekeurde, samenwerkingsakkoord tussen de Europese Unie en Zuid-Afrika. Behalve de betrekkingen tussen onze beide landen heb ik aandacht willen geven aan de positie van Zuid-Afrika binnen de eigen regio, op het Afrikaans continent en in multilateraal kader. Daarbij kan onder meer worden gedacht aan de rol van Zuid-Afrika bij de beheersing en oplossing van de vele conflicten in Afrika, waaronder die in de DRC, in Angola en in Burundi. Voorts is er het zeer belangrijke en op de ontwikkeling van het continent gerichte initiatief van een Millenium Africa Renaissance Programme (MAP), dat recent werd gelanceerd door de regeringsleiders van Zuid-Afrika, Nigeria en Algerije.

Bezoekprogramma

Het programma omvatte een reeks politieke besprekingen en projectbezoeken in Kaapstad en Johannesburg. Ik sprak met de president, de vice-president, de voorzitters van beide Kamers van het parlement, de ministers van financiën, onderwijs en defensie en heb een toespraak voor het Zuid-Afrikaanse parlement mogen houden. Voorts vonden contacten plaats met voormalig president Nelson Mandela, de voorzitter en leden van het Constitutionale Hof, de premiers van de Westkaap en Gauteng, aartsbisschop Tutu, alsmede vooraanstaande vertegenwoordigers van het bedrijfsleven en van vakbonden, NGO's (actief op onder meer de terreinen van democratie, conflictpreventie en HIV/Aids) en uit de culturele wereld. De Zuid-Afrikaanse minister van Buitenlandse Zaken was gedurende het bezoek buitenslands.

Na een bezoek aan Robbeneiland op de dag van aankomst in Kaapstad, heb ik de daaropvolgende dagen kennis mogen nemen van enkele door Nederland gefinancierde projecten. Tezamen met de minister van onderwijs, Kader Asmal, bezocht ik in een township in de omgeving van Kaapstad een pilotproject op het gebied van tweetalig onderwijs. Dergelijk onderwijs is van groot belang voor de toegang van grote delen van de Zuid-Afrikaanse bevolking tot voortgezet onderwijs en vergroot de kansen op een aansluitende maatschappelijk succesvolle ontplooiing. Voorts heb ik in dezelfde township in een gemeenschapscentrum voor ondersteuning van HIV/Aids patiënten intensieve gesprekken gehad met slachtoffers en experts. In Johannesburg bezocht ik, na door oud-president Nelson Mandela te zijn ontvangen, twee mede door het Nelson Mandela Children's Fund gefinancierde projecten. Het eerste project betrof een school gericht op lager beroepsonderwijs voor jongeren met leermoeilijkheden. Het tweede project betrof een school waar het onderwijs met behulp van dans op een creatieve wijze wordt ondersteund. Tijdens mijn gesprek met oud-president Mandela is een Nederlandse bijdrage aan het fonds van twee miljoen gulden voor 2001 formeel overhandigd.

Verder bracht ik een bezoek aan het in Kaapstad gelegen voormalig VOC-fort, Kasteel de Goede Hoop. Ik heb bij die gelegenheid gesproken met minister van Defensie Lekota. Minister Lekota is tevens Voorzitter van het ANC. De minister van Defensie zet zich in voor een herpositionering van Kasteel de Goede Hoop tot een historisch museum met een educatieve grondslag. In dit kader gaf de minister aan geïnteresseerd te zijn in Zuid-Afrikaanse deelname aan activiteiten in het kader van de herdenking van 400 jaar VOC in 2002.

In Johannesburg onthulde ik samen met de voorzitter van het Constitutionele Hof, Arthur Chaskalson het kunstwerk «The Benefit of the Doubt» van de in Nederland woonachtige Zuid-Afrikaanse beeldend kunstenares Marlene Dumas. Het kunstwerk zal de toekomstige nieuwbouw van het Constitutional Court of South Africa sieren. Verschillende rechters van het hof, waaronder Albie Sachs en de voormalige aanklager van het Joegoslavië-tribunaal Richard Goldstone waren bij de feestelijke plechtigheid aanwezig. Het uit drie wandkleden bestaande kunstwerk is identiek aan het in 1998 voor de nieuwbouw van het Gerechtshof in Den Bosch vervaardigde exemplaar. Tot slot heb ik een ontmoeting gehad met de Millennium Labour Council (MLC), een informeel overleg van Zuid-Afrikaanse werkgevers en werknemers.

Inhoud besprekingen

De besprekingen kenmerkten zich door een constructieve en open atmosfeer die de goede verstandhouding tussen Zuid-Afrika en Nederland bevestigde. De Zuid-Afrikaanse gesprekspartners gaven bij herhaling aan Nederland te waarderen als een goede vriend en steun en toeverlaat in de gewonnen strijd tegen de apartheid.

Ook werd de voortdurende Nederlandse inzet binnen de EU en in breder multilateraal verband voor de belangen van het Afrikaanse continent genoemd. Nederland wordt gezien als een voorvechter van Afrikaanse en Zuid-Afrikaanse belangen. Onderstaand ga ik nader in op de belangrijkste onderwerpen uit de gevoerde gesprekken.

Binnenlandse situatie

Diverse gesprekspartners constateerden dat de situatie in Zuid-Afrika in politiek en macro-economisch opzicht stabiel is, maar dat er tevens belangrijke uitdagingen liggen om de non-raciale samenleving te versterken en de zeer grote verschillen in welvaart structureel te veranderen. Weliswaar zijn er vorderingen gemaakt op het gebied van integratie (scholen, sportclubs), maar diepgewortelde verdeeldheid en raciale vooroordelen zijn nog niet geheel verdwenen. President Mbeki uitte zijn zorg over de haalbaarheid om deze problemen op korte termijn tot een oplossing te brengen. Van groot belang is het aan achtergestelde groepen zo snel mogelijk meer economisch perspectief te bieden. Aandacht voor onderwijs en opleiding en black economic empowerment, waaronder toegang tot kapitaal, zijn hiervoor van cruciaal belang.

Bilaterale betrekkingen

Beide zijden waren het eens dat de betrekkingen op politiek, economisch, cultureel en ontwikkelingsterrein uitstekend zijn. Veelvuldig werd de positieve rol gememoreerd die Nederland tijdens de strijd tegen de apartheid had vervuld. Voorts werd grote waardering uitgesproken voor de ondersteuning van Nederland in het kader van de bilaterale ontwikkelingssamenwerking en de bilaterale economische betrekkingen, waaronder de Nederlandse steun bij de totstandkoming en implementatie van het samenwerkingsakkoord tussen Zuid-Afrika en de EU.

Ik heb benadrukt dat Nederland in het kader van een gelijkwaardig partnerschap Zuid-Afrika wil blijven ondersteunen. Zowel in mijn toespraak tot het parlement als tijdens bilaterale gesprekken sprak ik waardering uit voor de door de Zuid-Afrikaanse regering uitgezette beleidslijn in het kader van het transformatieproces. Ik gaf aan dat, hoewel de structurele OS-relatie met Zuid-Afrika eind 2004 zal aflopen, ook nadien invulling zou kunnen worden gegeven aan vormen van programmatische samenwerking op prioritaire beleidsterreinen. Ik heb naar voren gebracht dat het Nederlandse bedrijfsleven, waaronder het MKB, belangstelling heeft voor intensieve economische contacten en investeringsmogelijkheden in Zuid-Afrika. Tevens heb ik waardering uitgesproken voor de Zuid-Afrikaanse rol met betrekking tot bevordering van vrede en veiligheid in de regio. In deze zin wordt een groot beroep gedaan op Zuid-Afrika.

Ik sprak bereidheid uit tot vormen van praktische samenwerking met Zuid-Afrika, als relatieve nieuwkomer op het gebied van vredesoperaties, op het terrein van de training van VN-waarnemers en de uitwisseling van kennis en ervaring. Minister van Defensie Lekota zal bij zijn voorgenomen bezoek aan Nederland dit najaar hieraan in gesprekken met minister De Grave verdere uitwerking willen geven.

Tijdens mijn bezoek werd gesproken over de overstromingen die voor het tweede achtereenvolgende jaar buurland Mozambique teisterden. Ik mocht aankondigen dat Nederland bereid was onder meer een financiële bijdrage te leveren aan Zuid-Afrikaanse humanitaire acties en reddingsoperaties in het door overstromingen getroffen gebied.

Tenslotte sprak ik, onder meer in mijn toespraak tot het parlement, steun uit voor de positie van ontwikkelingslanden, waaronder Zuid-Afrika, in het streven om bij hun geneesmiddelenbeleid gebruik te maken van de ruimte die WTO/TRIP's biedt om in het belang van de volksgezondheid inbreuken te maken op de exclusieve rechten van patenthouders. De mogelijkheid om medicijnen goedkoper te produceren en/of te importeren is voor een land als Zuid-Afrika met enkele miljoenen HIV-positieven van vitaal belang. M.b.t. HIV/AIDS heb ik met bijna alle gesprekspartners en in het bijzonder met president Mbeki zeer intensief gesproken over de gevolgen van deze dramatische ontwikkeling voor de Zuid-Afrikaanse samenleving en economie. De president en ik waren het er over eens dat een integraal, grensoverschrijdend beleid essentieel is om deze problematiek aan te pakken. Ik heb de substantiële Nederlandse steun op dit terrein toegelicht en bereidheid uitgesproken Zuid-Afrika bij te blijven staan in de strijd tegen HIV/AIDS.

Zuid-Afrika in de regio

Tijdens verschillende gesprekken werd ingegaan op de situatie in de DRC, Burundi, Angola en Zimbabwe. Ik heb daarbij herhaaldelijk, ook tegenover president Mbeki, blijk gegeven van mijn grote bezorgdheid over de situatie in Zimbabwe en gewezen op de belangrijke rol van Zuid-Afrika als buurland. Wij waren het erover eens dat president Mugabe de landkwestie op een verkeerde manier heeft aangepakt en dat een kritische dialoog moet worden aangegaan zowel hierover als over de rule of law in algemene zin. De EU zal dit, zoals besloten in de Algemene Raad van 26 februari, doen onder artikel 8 van het Cotonou-accoord. President Mbeki gaf aan eerdaags een nader contact met president Mugabe van Zimbabwe te zullen hebben.

Ten aanzien van de DRC hadden de Zuid-Afrikanen goede hoop op vorderingen in het vredesproces. Over Angola was men minder hoopvol gestemd. Tenslotte verwelkomde ik het door president Mbeki in Davos aangekondigde Millennium Africa Renaissance Programme (MAP) als een Afrikaans voorstel voor de oplossing van Afrikaanse problemen. Het raamwerk voor dit plan is thans gereed. Het komt er nu op aan details uit te werken over onderwerpen als schuldverlichting, markttoegang, investeringen en infrastructuur. In aansluiting op de positieve reacties door de Wereldbank, IMF en Japan heb ook ik positief gereageerd op dit Afrikaanse initiatief.

De Minister-President,

Minister van Algemene Zaken,

W. Kok

Naar boven