27 400 A
Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Infrastructuurfonds voor het jaar 2001

nr. 11
AMENDEMENT VAN HET LID HERREBRUGH

Ontvangen 16 november 2000

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

De begrotingsstaat, onderdeel uitgaven en verplichtingen, wordt als volgt gewijzigd:

I

In artikel 01.01 Rijkswegen worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verlaagd met f 50 000 000.

II

In artikel 02.02 Waterbeheren en vaarwegen worden het verplichtingenbedrag en het uitgavenbedrag verhoogd met f 50 000 000.

Toelichting

Dit amendement heeft tot doel het breed erkende tekort aan middelen voor beheer en onderhoud van vaarwegen te verkleinen door extra uitgaven van f 50 000 000 voor subartikel 02.02.04 beheer en onderhoud waterbeheren en vaarwegen, met name beheer en onderhoud van rijksvaarwegen (functie transport en recreatievaart) vast onderhoud (p. 96). De tekorten worden door de Regering erkend, onder andere in de Audit Beheer op peil.

De grote tekorten aan onderhoud belemmeren de groei van het gebruik van de binnenvaart. Een modal shift van weg naar binnenvaart is een van de peilers van het goederenvervoerbeleid.

In de breed gesteunde motie Ravesteijn heeft de Kamer de regering verzocht structureel f 200 000 000 per jaar extra uit te geven voor het onderhoud aan Rijksvaarwegen. Tot op heden is aan deze motie geen uitvoering gegeven. De genoemde f 50 000 000 zijn een eerste stap op weg naar f 200 000 000 structureel extra in de komende drie jaar.

Herrebrugh

Naar boven