27 213
De positie van het slachtoffer in het strafproces

nr. 141
BRIEF VAN DE MINISTER VAN JUSTITIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 21 november 2007

Met deze brief bied ik u het onderzoeksrapport «De praktijk van schadevergoeding voor slachtoffers van misdrijven» aan.2 Ik heb het onderzoek naar schaderegeling laten uitvoeren om meer inzicht te krijgen in de praktijk van de schadebemiddeling en het voegen.

Misdrijven hebben vaak schade tot gevolg. Het is voor slachtoffers van misdrijven van groot belang dat de dader deze schade vergoedt. Sinds de invoering van de «Wet Terwee» in 1992 is de rechtspositie van het slachtoffer (onder meer) wat betreft het recht op het verkrijgen van schadevergoeding versterkt.

In het strafproces bestaan enkele momenten waarop schaderegeling mogelijk is3. Onderscheiden worden:

• De schadebemiddeling bij zogeheten «boter-bij-de-viszaken». Het gaat hier bijvoorbeeld om uit de hand gelopen (buren)ruzies waarbij goederen vernield zijn. Door betaling van de schade is de zaak geregeld.

• Schadebemiddeling in het voortraject van een eventuele zitting, vooral gebruikelijk bij eenvoudige strafzaken. Betaling van de schade al dan niet in combinatie met andere verplichtingen, bijvoorbeeld een taakstraf, kan verdere strafvervolging voorkomen (transactie).

• Voegen in het strafproces. Daarbij wordt de civiele vordering voor een schadevergoeding ingebracht in het strafproces. Bij de uitspraak in de strafzaak wordt ook een beslissing genomen over de vordering. Vaak legt de rechter bij de toewijzing van de vordering een schadevergoedingsmaatregel op, waarvan de inning door het CJIB wordt uitgevoerd.

Naast deze mogelijkheden voor schadevergoeding in het strafproces kan een slachtoffer ook de schade separaat vorderen in een civiele procedure.

De belangrijkste conclusies uit het onderzoek

Voor het onderzoek zijn in alle arrondissementen de slachtoffercoördinatoren van politie en OM schriftelijk geënquêteerd. Er zijn gegevens verzameld uit OM-data en er is dossieronderzoek verricht. Voorts is gesproken met rechters, officieren van justitie, voegingsadviseurs van Slachtofferhulp Nederland en slachtoffers.

Uit het onderzoek blijkt onder andere dat er geen eenduidigheid is in de organisatie van de schadebemiddeling door politie en OM. De schadebemiddeling is overal anders georganiseerd. Bovendien worden lokaal bovenop de Aanwijzing Slachtofferzorg aanvullende voorwaarden of contra-indicaties gesteld voor het al dan niet bemiddelen.

Tevens blijkt dat veel slachtoffers geen gebruik maken van de ondersteuning van Slachtofferhulp Nederland bij het invullen van het – ingewikkelde – voegingsformulier.1 Dat heeft vaak tot gevolg dat slachtoffers het formulier niet goed invullen.

Tot slot laat het onderzoek zien dat rechters verschillend om gaan met de gevoegde vorderingen. Dit betreft zowel de eisen voor de onderbouwing als de feitelijke toewijzing van de vordering. Deze verschillen worden bevestigd door de resultaten van het dossieronderzoek.

Verbeteracties

Naar aanleiding van de resultaten heb ik opdracht gegeven de volgende voorstellen tot verbetering in de praktijk van schadevergoeding voor slachtoffers van misdrijven verder uit te werken. Deze zijn:

• de ontwikkeling van een uniforme werkwijze van schadebemiddeling;

• optimalisering van de ondersteuning van slachtoffers bij het voegingsproces (bijvoorbeeld door vereenvoudiging van het voegingsformulier);

• verbetering van het voegingsproces waardoor meer eenheid van rechtspraak ontstaat op verzoeken van schadevergoeding voor slachtoffers;

• afspraken maken over de registratie van de resultaten van schadebemiddeling en het voegen.

De uitwerking van deze verbeteracties vindt plaats in het kader van het project Slachtoffers Centraal2.

Ik verwacht u uiterlijk in juni 2008 nader te kunnen informeren over de definitieve voorstellen voor verbetering van de schaderegelingsketen.

De minister van Justitie,

E. M. H. Hirsch Ballin


XNoot
1

Eerder is dit Kamerstuk abusievelijk gepubliceerd als Kamerstuk 31 101, nr. 3, dat hiermee komt te vervallen.

XNoot
2

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

XNoot
3

Alleen de voor de praktijk belangrijkste mogelijkheden worden genoemd. Het is ook mogelijk dat de rechter zelfstandig een schadevergoedingsmaatregel of een schadevergoeding als bijzondere voorwaarde bij een voorwaardelijke veroordeling oplegt.

XNoot
1

Ter inzage gelegd bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer.

XNoot
2

Het project «Slachtoffers Centraal» is aangekondigd in de brief van 26 maart 2007 bij de beleidsdoorlichting Slachtofferbeleid (Tweede Kamer, vergaderjaar 2007–2007, 31 301, nr. 1).

Naar boven