27 167
Wijziging van de Wet sociale werkvoorziening in verband met het vervallen van de mogelijkheid om op verzoek van een gemeente een andere subsidie te verlenen dan zou voortvloeien uit de reguliere toepassing van die wet

nr. 4
VERSLAG

Vastgesteld 29 juni 2000

De vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid1, belast met het voorbereidend onderzoek van het wetsvoorstel, brengt als volgt verslag uit van haar bevindingen. Indien de regering de vragen en opmerkingen tijdig zal hebben beantwoord, acht de commissie de openbare beraadslaging voldoende voorbereid.

Aan het voorbereidend onderzoek werd alleen deelgenomen door de leden van de fractie van D66. Zij hebben behoefte de volgende opmerkingen te maken en de volgende vragen te stellen.

Deze leden hebben met interesse kennis genomen van het wetsvoorstel. Zij constateren dat de wetswijziging wordt voorgesteld op verzoek van de VNG en dat de voorgestelde wijzigingen overeenkomen met een eerder plan van het kabinet. Zij kunnen zich in deze wijzigingen vinden maar hebben nog wel een enkele vraag.

Kan de regering inschatten waarom de VNG nu de argumenten om artikel 8, zevende en achtste lid, in de wet op te nemen, anders weegt? Waren er in 1996 andere redenen om aan te dringen op een mogelijkheid om in verband met bijzondere omstandigheden een andere subsidie te verlenen? Hoe reageerde de VNG toendertijd op het feit dat niet bestede subsidie naar de algemene middelen terugvloeit?

Voorts willen deze leden graag weten hoe de voorgestelde financiering zich verhoudt tot de plannen met het Fonds Werk en Inkomen, zeker nu de Tweede Kamer aandringt op ontschotting.

De voorzitter van de commissie,

Terpstra

De griffier van de commissie,

Van Dijk


XNoot
1

Samenstelling: Leden: Terpstra (VVD), voorzitter, Biesheuvel (CDA), Schimmel (D66), Van Zijl (PvdA), Bijleveld-Schouten (CDA), Kalsbeek-Jasperse (PvdA), Noorman-den Uyl (PvdA), ondervoorzitter, Kamp (VVD), Essers (VVD), Van Dijke (RPF), Bakker (D66), Visser-van Doorn (CDA), De Wit (SP), Verburg (CDA), Smits (PvdA), Spoelman (PvdA), Van der Staaij (SGP), Örgü (VVD), Harrewijn (GroenLinks), Van Gent (GroenLinks), Bussemaker (PvdA), Balkenende (CDA), Wilders (VVD), Santi (PvdA) en Snijder-Hazelhoff (VVD).

Plv. leden: E. Meijer (VVD), Van Ardenne-van der Hoeven (CDA), Giskes (D66), Van der Hoek (PvdA), Dankers (CDA), Hamer (PvdA), Kortram (PvdA), Blok (VVD), Van Blerck-Woerdman (VVD), Van Middelkoop (GPV), Van Vliet (D66), Stroeken (CDA), Marijnissen (SP), Eisses-Timmerman (CDA), Schoenmakers (PvdA), Middel (PvdA), Van Walsem (D66), Weekers (VVD), Vendrik (GroenLinks), Rosenmöller (GroenLinks), Wagenaar (PvdA), Mosterd (CDA), De Vries (VVD), Oudkerk (PvdA) en Klein Molekamp (VVD).

Naar boven