27 083
Inburgering

nr. 67
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR VREEMDELINGENZAKEN EN INTEGRATIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 26 november 2004

In de brief van 28 oktober jl. (zie bijlage) verzoekt de algemene commissie voor Integratiebeleid mij om haar te informeren over de gevolgen die het uitstel van mijn reactie op de motie Sterk (29 800 VI, nr. 155) kan hebben voor de Bve-sector, de invoeringstermijn van het nieuwe inburgeringsstelsel en de al in gang gezette trajecten van het nieuwe stelsel.

Met een aantal bij het nieuwe inburgeringsstelsel betrokken partijen, waaronder de Bve Raad, is tijdens een bestuurlijk overleg op 29 juni jl. besloten tot het in gang zetten van een gezamenlijk transitietraject. De eerste fase, het inventariseren van knelpunten, is inmiddels afgerond. De tweede fase van het traject, waarin gezamenlijk gezocht wordt naar oplossingsrichtingen, loopt op dit moment en wordt afgerond in februari 2005. Deze planning wordt niet beïnvloed door het uitstel van mijn reactie op de motie Sterk.

Het proces dat nodig is om het nieuwe inburgeringsstelsel voor te bereiden vergt vanzelfsprekend een grote mate van zorgvuldigheid, waarbij onder meer recht wordt gedaan aan alle deskundige adviezen. Tegelijkertijd is de inzet om geen onnodige vertraging op te lopen. Pas na besluitvorming omtrent de adviezen ontstaat hierover concreet inzicht. Ik kan u echter verzekeren dat alles in het werk is en wordt gesteld om verdere vertraging te voorkomen.

De reeds in gang gezette trajecten zijn de Wijziging van de Wet inburgering nieuwkomers en de Wet educatie en beroepsonderwijs (vrijgeven cursusaanbod WIN), de Wet inburgering in het buitenland en de ontwikkeling van de examens binnenland. De Wet inburgering in het buitenland staat los van mijn reactie op de motie Sterk en u zult op korte termijn een nota naar aanleiding van het verslag ontvangen. Indien de mondelinge behandeling van het wetsvoorstel in de Tweede Kamer eind 2004/begin 2005 kan plaatsvinden, loopt de planning geen vertraging op.

Ook naar aanleiding van de Wijziging van de Wet inburgering nieuwkomers en de Wet educatie en beroepsonderwijs (vrijgeven cursusaanbod WIN) ontvangt u op korte termijn een nota naar aanleiding van het verslag, en ook dit traject staat los van mijn reactie op de motie Sterk. De ontwikkeling van het examens binnenland verloopt volgens planning. Het uitstel van mijn reactie op de motie Sterk heeft daar geen invloed op.

De Minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie,

M. C. F. Verdonk

Aan de minister voor Vreemdelingenzaken en Integratie

Den Haag, 1 november 2004

In haar vergadering van 28 oktober 2004 heeft de algemene commissie voor het Integratiebeleid besloten u te verzoeken uw opmerkingen tijdens het mondelinge vragenuur op 12 oktober 2004 (Handelingen der Kamer II, vergaderjaar 2004–2005, nr. 10, blz. 467–469) rond het opnemen van korankennis in een inburgeringstoets in een brief toe te lichten.

Griffier van de algemene commissie voor Integratiebeleid,

Coenen

Naar boven