nr. 10
BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 27 september 2004
Tijdens het VAO van 16 september jl. over de arbeidsparticipatie
van ouderen is onder andere gesproken over de mogelijkheden van zelfstandig
ondernemerschap voor ouderen. Hierbij heb ik toegelicht welk beleid op dit
moment wordt ingezet om ondernemerschap onder ouderen te bevorderen. Aanvullend
hierop wil ik in deze brief, mede namens de Staatssecretaris van Economische
Zaken, kort aangeven hoe het totale beleidspakket ten aanzien van het stimuleren
van ondernemerschap voor onder andere ouderen eruit ziet.
De knelpunten die oudere ondernemers ondervinden zijn niet specifiek voor
deze doelgroep. Startende ondernemers in Nederland, waaronder ouderen, ervaren
een aantal knelpunten zoals:
• Gebrek aan goede voorlichting en begeleiding, met name in de start-
en doorgroeifase.
• Hoge administratieve lasten. De veelheid aan regelingen en administratieve
verplichtingen werkt niet alleen demotiverend, maar werkt vooral voor kleine
ondernemers kostenverhogend. Ook de kosten van sociale verzekeringen voor
de ondernemer zelf of voor in dienst te nemen personeel vormt een knelpunt.
• Gebrek aan start- of doorgroeikapitaal.
Tenslotte wordt de cultuur rond ondernemerschap in Nederland vaak als
belemmerende factor genoemd. Nederlanders zijn over het algemeen risicomijdend.
In Europa worden kleine ondernemers (nog) niet gezien als een belangrijk onderdeel
van de arbeidsmarkt. Het aanzien van ondernemerschap start al binnen het onderwijs.
Ook hier valt nog winst te halen.
Allereerst wil ik benadrukken dat het beleid gericht op het stimuleren
van ondernemerschap primair de verantwoordelijkheid is van de Staatssecretaris
van Economische Zaken. Ik verwijs u dan ook graag naar de de beleidsbrief
van het Ministerie van EZ («In actie voor ondernemers», december
2003) en het vervolg daarop («Meer actie voor ondernemers!», juli
2004). Hierin is per genoemd knelpunt een actieplan opgesteld.
De Taskforce Ouderen en Arbeid (TOA) heeft een aantal suggesties gedaan
voor actieve ondersteuning van oudere werknemers die zelfstandig ondernemer
willen worden. In het kabinetsstandpunt «Stimuleren langer doorwerken
van ouderen» (29 april 2004) is door het Kabinet, op basis van
de belemmeringen die door de TOA zijn gesignaleerd, aangegeven welke initiatieven
gaande zijn.
Om senior ondernemerschap te stimuleren subsidieert het Ministerie van
Economische Zaken het project Seniorstart van MKB NL en de Stichting Wise.
Seniorstart richt zich vooral op kennisverspreiding en netwerkvorming. MKB
NL heeft al drie regionale netwerken opgericht in Gelderland, Noord-Brabant
en Noord-Holland. In het kader van de kennisverspreiding heeft MKB NL een
website ontwikkeld: www.seniorstart.org. Op deze
site kunnen senior ondernemers algemene informatie vinden, zoals informatie
over (on-line) cursussen en diensten maar ook persoonlijk advies vragen over
bijvoorbeeld financiën en pensioenvoorzieningen. Vanuit het Ministerie
van Sociale Zaken en Werkgelegenheid wordt ook het Europese EQUAL programma
ingezet om ondernemerschap voor onder andere ouderen te stimuleren. De leereffecten
die de huidige projecten opleveren zullen waar mogelijk leiden tot aanpassing
van beleid.
In overleg met het Ministerie van Economische Zaken en andere betrokken
partijen wordt nagegaan op welke wijze ondernemerschap onder oudere werknemers
verder gestimuleerd kan worden. Er zijn reeds diverse initiatieven ter verbetering
gaande, waarbij de 1-loket gedachte (het samenbrengen van alle bij het starten
betrokken organisaties) een belangrijk uitgangspunt vormt. Het bij de juiste
organisaties onder de aandacht brengen van de kansen en mogelijkheden van
ondernemerschap voor ouderen verdient hierbij aandacht. Indien zich specifieke
belemmeringen voordoen voor groepen zoals ouderen, maar ook minderheden en
vrouwen, dient te worden nagegaan op welke wijze deze belemmeringen kunnen
worden weggenomen. In het kader van het EZ programma «MKB en Ondernemerschap»
wordt er in het najaar van 2004 een onderzoek gestart naar de oudere ondernemer.
Het algemene uitgangspunt bij het aanpakken van eventuele specifieke belemmeringen
is het versterken van het algemene beleid dat het Ministerie van Economische
Zaken voert ten aanzien van ondernemerschap.
Met het oog op de vergrijzing en de noodzakelijke verlenging van het arbeidzame
leven van ouderen komt ondernemerschap steeds vaker in beeld als reëel
alternatief voor ouderen om langer actief te blijven op de arbeidsmarkt. Het
aantal oudere ondernemers is de afgelopen jaren steeds gegroeid. Ook de komende
jaren zullen oudere ondernemers nadrukkelijk onderdeel uitmaken van het ondernemerschapsbeleid
van het Kabinet. Hierbij zal intensief worden samengewerkt tussen de bewindslieden
van EZ en SZW.
De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
H. A. L. van Hoof