27 034
Tijdelijke regels inzake het raadgevend correctief referendum (Tijdelijke referendumwet)

nr. 14
AMENDEMENT VAN HET LID HALSEMA

Ontvangen 22 januari 2001

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

Artikel 4 wordt vervangen door:

Artikel 4

1. In de in deze wet omschreven gevallen wordt een gemeentelijk referendum gehouden, indien na een inleidend verzoek van een aantal kiesgerechtigden daartoe bij een definitief verzoek van een aantal kiesgerechtigden de wens kenbaar is gemaakt.

2. De gemeenteraad bepaalt bij verordening welk aantal kiesgerechtigden vereist is voor een inleidend verzoek en voor een definitief verzoek.

II

Artikel 74, derde lid, wordt als volgt gewijzigd:

A. De zinsnede «artikelen 3 en 4, tweede lid,» wordt vervangen door: artikel 3.

B. De zinsnede «, onderscheidenlijk de gemeenteraad» vervalt.

III

Artikel 108 wordt als volgt gewijzigd:

A. In het tweede lid wordt «onderscheidenlijk 4, derde lid» vervangen door: onderscheidenlijk 4, tweede lid.

B. In het derde lid wordt «onderscheidenlijk 4, derde lid» vervangen door: onderscheidenlijk 4, tweede lid.

Toelichting

Dit amendement beoogt gemeenten de mogelijkheid te bieden bij gemeentelijke verordening af te wijken van de in deze wet opgestelde aantallen kiesgerechtigden die nodig zijn voor het indienen van een verzoek voor het raadgevend referendum. Tevens is het amendement bedoeld om bestaande referendumverordeningen op lokaal niveau in stand te houden, en de gemeentelijke autonomie te waarborgen.

Halsema

Naar boven