26 980
Verdieping Westerschelde

nr. 10
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VERKEER EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 februari 2001

In bijlage treft u ter informatie aan een op 5 februari 2001 door mij en mijn Vlaamse collega Stevaert ondertekend Memorandum van Overeenstemming met betrekking tot de onderlinge samenwerking ten aanzien van het Schelde-estuarium.1

Minister Stevaert en ik hebben de feestelijke bijeenkomst ter gelegenheid van de 600e vergadering van de Permanente Commissie van Toezicht op de Scheldevaart aangegrepen om een aantal afspraken vast te leggen met betrekking tot de Langetermijnvisie Schelde-estuarium en met betrekking tot het zogenaamde loodsendossier. Deze afspraken sluiten rechtstreeks aan op het uitbrengen van de gezamenlijke Langetermijnvisie Schelde-estuarium, zoals deze bij brief van 5 februari 2001, kenmerk HKW/AI/2001/1441, door de Staatssecretaris van Verkeer en Waterstaat aan u is aangeboden.

Meer in het bijzonder betreffen de afspraken in het bijgaande Memorandum:

– de te volgen gezamenlijke en afzonderlijke procedures rond de aanpak van alle aspecten van de Langetermijnvisie Schelde-estuarium, waaronder de inbreng van de bij het Schelde-estuarium bestuurlijk betrokkenen en andere belanghebbenden;

– de mogelijkheden van verdergaande samenwerking tussen Nederland en Vlaanderen met betrekking tot het Scheldegebied, vanuit het kader van de Langetermijnvisie Schelde-estuarium;

– het nautisch beheer en de loodsdiensten in het Scheldegebied, waaronder nadere afspraken over het loslaten van de verdragsrechtelijke koppeling tussen de loodsgeldtarieven, over het gemeenschappelijk nautisch beheer van de Schelde, en over verdergaande samenwerking tussen de Nederlandse en Vlaamse loodsdiensten.

De Minister van Verkeer en Waterstaat,

T. Netelenbos


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij de afdeling Parlementaire Documentatie.

Naar boven