nr. 1
KONINKLIJKE BOODSCHAP
Aan de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Wij bieden U hiernevens ter overweging aan een voorstel van wet tot herstel
van de Wet van 1 juli 1999 houdende wijziging van de Wet op de Ruimtelijke
Ordening (Stb. 302).
De memorie van toelichting, die het wetsvoorstel vergezelt, bevat de gronden
waarop het rust.
En hiermede bevelen Wij U in Godes heilige bescherming.
's-Gravenhage
11 oktober 1999
Beatrix
nr. 2
VOORSTEL VAN WET
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz.
Wij Beatrix, bij de gratie Gods, Koningin der Nederlanden, Prinses van
Oranje-Nassau, enz. enz. enz Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut!
doen te weten:
Alzo Wij in overweging genomen hebben, dat de Wet van 1 juli 1999 houdende
wijziging van de Wet op de Ruimtelijke Ordening (Stb. 302) op enige punten
omissies vertoont die herstel vergen;
Zo is het, dat Wij, de Raad van State gehoord, en met gemeen overleg der
Staten-Generaal, hebben goedgevonden en verstaan, gelijk Wij goedvinden en
verstaan bij deze:
ARTIKEL I
De Wet van 1 juli 1999 houdende wijziging van de Wet op de Ruimtelijke
Ordening, Stb. 302, wordt als volgt gewijzigd.
A
In artikel I, onderdeel CC, wordt in artikel 33, derde lid, «artikel
23, eerste en tweede lid» vervangen door: artikel 23, eerste lid.
B
Artikel I, onderdeel SS, wordt als volgt gewijzigd.
1. In artikel 56, derde lid, onder a, sub 2, wordt «artikel 23,
tweede lid» vervangen door: artikel 23, eerste lid, onder c.
2. In artikel 56a, onder e, wordt «derde lid» vervangen door:
vierde lid.
C
In artikel V, onder punt 2, wordt de nieuw gestelde tekst onder 2. als
volgt gewijzigd.
1. De passage luidende «artikel 11, eerste lid, voor zover inhoudende
de vaststelling van een uitwerking of wijziging en met uitzondering van een
besluit dat ingevolge het achtste lid van dat artikel geen goedkeuring behoeft,»
wordt vervangen door: artikel 11, eerste lid, voor zover inhoudende de vaststelling
van een uitwerking of wijziging en met uitzondering van een besluit dat ingevolge
het zevende lid van dat artikel geen goedkeuring behoeft,.
2. De slotpassage «als bedoeld in die artikelen.» wordt vervangen
door: als bedoeld in die artikelen, van de Wet op de Ruimtelijke Ordening.
ARTIKEL II
Deze wet treedt in werking met ingang van de dag na de datum van uitgifte
van het Staatsblad waarin zij wordt geplaatst.
Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren wie zulks aangaat aan
de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.
Gegeven
De Minister van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieubeheer,