nr. 104
BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 juni 2000
Tijdens het plenaire overleg d.d. 25 januari jl. over de abortuspil heeft
het kamerlid Van der Vlies gevraagd hoe het mogelijk is dat Ierland, Portugal
en Italië de abortuspil niet hebben willen vrijgegeven terwijl, volgens
de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport, Nederland dit middel vanwege
het systeem van wederzijdse erkenning binnen de Europese Unie moeten vrijgeven.
Ter beantwoording van deze vraag wordt ingegaan op het bedoelde systeem
van wederzijdse erkenning en op de toepassing van de abortuspil in overige
landen van de Europese Unie.
De registratie van de abortuspil in ons land heeft plaatsgevonden via
een zogenoemde nationale procedure op basis van wederzijdse erkenning. De
wederzijdse erkenningsprocedure is een Europese registratieprocedure die berust
op het erkennen van een handelsvergunning, afgegeven in één
lidstaat (in onderhavige geval Frankrijk), door de andere lidstaten. De beoordelingsrapporten
van het land dat de eerste handelsvergunning voor het desbetreffende product
heeft afgegeven (reference member state – RMS –, Frankrijk dus)
worden ter beschikking gesteld aan de andere lidstaten (concerned member states –
CMS –). De betrokken lidstaten worden geacht deze handelsvergunning
wederzijds te erkennen, tenzij men zwaarwegende bezwaren heeft omdat het middel
als potentieel risico voor de volksgezondheid wordt beschouwd.
De registratieaanvragen worden door de fabrikant in ieder land afzonderlijk
ingediend. De handelsvergunning wordt eveneens nationaal afgegeven.
De lidstaten hebben op grond van artikel 6 van richtlijn 65/65/EEG de
bevoegdheid om op basis van de nationale wetgeving de verkoop, de verstrekking
of het gebruik (dus niet de registratie) van een geneesmiddel als anticonceptivum
of abortivum te verbieden of te beperken. In dat geval is registratie van
het geneesmiddel niet opportuun en zal het middel vermoedelijk niet ter registratie
worden aangeboden.
De Nederlandse regering zou de verkoop, de verstrekking en het gebruik
van de abortuspil hebben kunnen verbieden als er bij de implementatie van
Richtlijn 65/65/EEG voor zou zijn gekozen deze mogelijkheid in de wet op te
nemen. De Nederlandse regering zag daar destijds geen aanleiding toe en huldigt
deze opvatting nog steeds.
De vraag van de heer Van der Vlies is voorgelegd aan de Nederlandse ambassades
in de landen van de EU met het verzoek hierover informatie te verstrekken.
Thans kan ik u het volgende meedelen.
De abortuspil is in Italië, Portugal, Ierland niet geregistreerd
omdat de fabrikant van het middel in deze landen geen verzoek tot registratie
heeft ingediend. In Portugal en zeker in Ierland is abortus provocatus zo
goed als onbespreekbaar. Van zowel Portugese als Ierse zijde is meegedeeld
dat abortus provocatus verboden is en derhalve ook de abortuspil. Verdere
mededeling wordt hierover niet gedaan.
In het Verenigd Koninkrijk en Zweden is de abortuspil geregistreerd, alhoewel
deze landen niet zijn betrokken bij de wederzijdse erkenning. Waarschijnlijk
was de abortuspil daar al via een nationale procedure erkend.
Volgens de verkregen informatie is mifepriston/myfegin via de procedure
voor wederzijdse erkenning geregistreerd in: Denemarken, Duitsland, Oostenrijk,
Frankrijk en in Griekenland. In Spanje is de abortuspil geregistreerd onder
de naam RU 486. De verstrekking van het middel in deze landen geschiedt onder
de voorwaarden dat het alleen mag worden voorgeschreven en toegediend door
een gynaecoloog/obstreticus of een arts die bevoegd is om abortus provocatus
te verrichten dan wel door artsen in ziekenhuizen of klinieken waar abortus
provocatus is toegestaan en de vigerende regelgeving voor abortus provocatus
in acht wordt genomen.
In een vervolgprocedure heeft de fabrikant om registratie verzocht in
Luxemburg en Finland. In Finland is de abortuspil op 31 januari jl. geregistreerd.
Implementatie moet nog plaatsvinden. Het gebruik van de abortuspil zal worden
beperkt tot ziekenhuizen en speciale klinieken die een vergunning hebben voor
het afbreken van zwangerschappen.
Van de zijde van Luxemburg is meegedeeld dat de abortuspil zal worden
geregistreerd. Het is nog niet duidelijk of de abortuspil onder voorwaarden
wordt verstrekt.
Praktisch gezien is er geen verschil met de situatie in ons land, waar
de pil op grond van de Wet afbreking zwangerschap alleen kan worden verstrekt
in ziekenhuizen en klinieken met een vergunning ingevolge de Wet afbreking
zwangerschap.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E. Borst-Eilers