26 800 XV
Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid (XV) voor het jaar 2000

nr. 10
BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

's-Gravenhage, 27 oktober 1999

Op 26 oktober jl. hebben delegaties van het kabinet en de Stichting van de Arbeid het zogenoemde Najaarsoverleg gevoerd. Met deze brief informeer ik u mede namens de beide staatssecretarissen over de belangrijkste punten.

I. Cao-ontwikkelingen en vooruitzichten 2000

Op hoofdlijnen is gesproken over de sociaal-economische situatie op dit moment en over de verwachtingen in de nabije toekomst. De vooruitzichten zijn niet somber. Positief zijn onder meer de daling van het EMU-tekort, de dalende (langdurige) werkloosheid, de werkgelegenheidsontwikkeling en het koopkrachtperspectief, met name ook in relatie tot het nieuwe fiscale stelsel.

Het kabinet heeft daarnaast enkele zorgen geuit. Ten eerste is de inflatie(verwachting) iets aan de hoge kant. Ten tweede de verwachtingen over de concurrentiepositie. Zorgelijk is het oplopen van de arbeidsinkomensquote van 83 in 1999 naar 83,75 in 2000, alsmede de relatief forse stijging van de arbeidskosten per eenheid produkt. Ten derde het zogenoemde dubbele gezicht van de arbeidsmarkt: enerzijds een toenemend tekort aan (geschikte) arbeidskrachten en anderzijds het voortbestaan van een groot reservoir aan (potentiële) arbeidskrachten.

Het kabinet heeft met instemming kennisgenomen van de «Verklaring van de Stichting van de Arbeid ten behoeve van het arbeidsvoorwaardenoverleg 2000/2001» en constateert dat de «Agenda 2002» (december 1997) van de Stichting van de Arbeid ook de komende twee jaar de basis blijft voor de betrokken partijen bij de arbeidsvoorwaardenontwikkeling. Dit betekent een brede, op kwaliteit gerichte agenda met een verantwoorde loonkostenontwikkeling als ondergrond. In de Verklaring komen partijen in de Stichting van de Arbeid tot enige precisering van de blijvende inzet voor een verantwoorde loonkostenontwikkeling, waarmee uitdrukking wordt gegeven aan hun zorg voor de economische ontwikkeling.

BIJLAGE 1: de Verklaring van de Stichting van de Arbeid1.

II. Werkgelegenheid en (spanningen op de) arbeidsmarkt

Kabinet en sociale partners hebben nader stilgestaan bij het zogenoemde dubbele gezicht van de arbeidsmarkt. Het is dus niet alleen zaak blijvend te investeren in mensen die reeds werken, maar ook in mensen die om allerlei redenen langs de kant staan. Dit vergt voortdurende en steeds urgenter wordende inspanningen van zowel overheid als sociale partners.

De knelpuntenproblematiek wordt momenteel langs verschillende sporen benaderd. Er is behoefte aan een meer samenhangende, geïntegreerde benadering. Het kabinet neemt het initiatief tot het organiseren van een informele conferentie met sociale partners, te houden in februari / maart 2000, teneinde deze samenhang nader te bespreken.

In het Najaarsoverleg is verder nader ingegaan op vijf «dossiers». Hierna komen deze aan de orde onder de punten 1 t/m 5.

II.1. Voortgang employability-agenda / voortgang Industriebrief

Sinds het Najaarsoverleg van vorig jaar wordt gewerkt aan de uitwerking van de employability-agenda. De meeste onderdelen van de agenda liggen op schema, zo blijkt uit de voortgangsrapportage.

BIJLAGE 2: voortgangsrapportage Employability-agenda1.

Het kabinet heeft aandacht gevraagd voor de bevordering van employability van werkenden en werkzoekenden zonder startkwalificatie en met name ook voor de problematiek van jongeren die vroegtijdig uitstromen naar de arbeidsmarkt. Richting Voorjaarsoverleg 2000 zal met sociale partners worden bezien welke concrete stappen denkbaar zijn.

Specifiek is stilgestaan bij het tekort aan hoger opgeleiden en in het bijzonder ook het tekort aan leraren. Wat dit laatste betreft is wellicht een (tijdelijke) «zij-instroom» van werknemers uit het bedrijfsleven denkbaar. Ook hierover zal nader overleg met sociale partners plaatsvinden.

Wat de verdere uitwerking van de Industriebrief betreft, heeft het kabinet – in de persoon van de Minister van Economische Zaken – de sociale partners intensief betrokken. Op bestuurlijk niveau wordt twee maal per jaar overleg gevoerd over de voortgang van de Industriebrief in den brede. Daarnaast beziet een (ambtelijke) werkgroep overheid – sociale partners de knelpunten rond de inzet van arbeidskrachten. De eerste resultaten leveren input voor de reeds genoemde te organiseren conferentie, alsmede voor het Voorjaarsoverleg 2000.

II.2. Kinderopvang

Ter vergroting van de arbeidsparticipatie van ouders met jonge kinderen is het van belang dat er voldoende voorzieningen voor kinderopvang beschikbaar zijn. In het afgelopen Voorjaarsoverleg heeft het kabinet aangedrongen op commitment van sociale partners aan het maatschappelijk belang van kinderopvang. Met instemming heeft het kabinet dan ook kennis genomen van de Aanbeveling Kinderopvang van de Stichting van de Arbeid. De Stichting doet een aanbeveling aan cao-partijen om een regeling voor kinderopvang te treffen respectievelijk na te gaan hoe een dergelijke regeling kan worden uitgebreid. Hierbij heeft het kabinet opgemerkt dat in nog teveel cao's er uitsluitend voor vrouwen iets is geregeld.

Positief is dat in de aanbeveling wordt gesproken over zowel dagopvang voor 0–4 jarigen als buitenschoolse opvang.

BIJLAGE 3: Stichtingsaanbeveling Kinderopvang1.

Afgesproken is dat de Stichting van de Arbeid de resultaten van de aanbeveling zal gaan monitoren, waarbij een beroep zou kunnen worden gedaan op financiële middelen van het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

II.3. Activering (deels) arbeidsongeschikten

Het kabinet heeft kennisgenomen van de nota «Beperking ziekteverzuim en instroom in de WAO» van de Stichting van de Arbeid. De nota geeft een heldere uiteenzetting van de stand van zaken en geeft enkele aanzetten voor verdere verbetering. De lijn sluit aan bij het kabinetsbeleid: een aanpak langs verschillende wegen, met de nadruk op preventie en reïntegratie. De lijn lijkt ook aan te sluiten bij de wensen van de Tweede Kamer, verwoord in de motie De Graaf. De gedachte van een «recht op reïntegratie» zou – wellicht via contracten – nader vorm kunnen krijgen in het kader van SUWI.

BIJLAGE 4: Stichtingsnota «Beperking ziekteverzuim en instroom in de WAO»1.

In het afgelopen Voorjaarsoverleg is gesproken over het belang van een sectorprestatievergelijking. Op dit moment worden de sectorresultaten in beeld gebracht. Een volgende stap is te bezien wat er concreet in de bedrijven gebeurt. Ook is het een goede zaak wanneer – zoals in de Stichtingsnota wordt aangegeven – de prestaties van de arbo-diensten naast elkaar worden gelegd.

Op het gebied van arboconvenanten wordt de laatste tijd flink vooruitgang geboekt. Het kabinet acht het van belang dat er in de convenanten, naast afspraken over preventie, ook afspraken worden gemaakt over tijdige reïntegratie in het eerste ziektejaar. Voor dat laatste is het ook zaak dat sociale partners optimaal invulling geven aan het opdrachtgeverschap richting arbodiensten.

Vorig jaar hebben kabinet en sociale partners het Tripartite Actieplan Reïntegratie arbeidsgehandicapten opgesteld. Op vrijwel alle afgesproken actiepunten zijn verdere stappen gezet, zo blijkt ook uit de opgestelde voortgangsrapportage.

BIJLAGE 5: voortgangsrapportage Reïntegratie arbeidsgehandicapten1.

Het kabinet constateert dat er verschillende elementen zijn (Stichtingsnota, voortgang tripartite actieplan, motie De Graaf, kabinetsinitiatieven) als basis voor een voortgaande gezamenlijke inspanning, teneinde de instroom in de WAO verder te beperken en de uitstroom verder te bevorderen.

II.4. Etnische minderheden

Het kabinet constateert een forse daling van de werkloosheid onder allochtonen. Desalniettemin is de werkloosheid onder allochtonen in verhouding vier maal zo groot als onder autochtonen. De ambitie van het kabinet is dit verschil de komende jaren te halveren. Het kabinet vraagt nogmaals aandacht voor een betere naleving van de Wet SAMEN.

In het vorige Najaarsoverleg zijn afspraken gemaakt over bevordering van werkgelegenheid voor minderheden. Met de Stichting van de Arbeid is overleg gevoerd over een nadere invulling van de destijds gemaakte afspraken. Dit heeft geleid tot de bijgevoegde notitie.

BIJLAGE 6: notitie Bevordering werkgelegenheid van etnische minderheden1.

Het kabinet zal informeel met de Stichting van de Arbeid overleggen over de (on)mogelijkheden van arbeidsparticipatie van asielzoekers.

II.5. Sluitende aanpak

In het vorige Najaarsoverleg is afgesproken na een jaar de sluitende aanpak te evalueren en vervolgens te bezien of de sociale partners (ook financieel) een nadere bijdrage kunnen leveren. Op dit moment zijn de resultaten van het eerste jaar sluitende aanpak nog niet te overzien, zodat de bedoelde evaluatie en de nadere inzet van sociale partners in het Voorjaarsoverleg 2000 aan de orde zullen zijn.

BIJLAGE 7: voortgangsrapportage sluitende aanpak1.

III. Vervoersmanagement

Het kabinet heeft september jl. de beleidsbrief vervoersmanagement naar de Tweede Kamer gestuurd. De Stichting van de Arbeid zal nog dit jaar de Aanbevelingen vervoersmanagement uit 1997 actualiseren. Afgesproken is dat de Minister van Verkeer en Waterstaat eind dit jaar nader zal overleggen met sociale partners, teneinde de onderlinge samenhang tussen de beleidsbrief en de geactualiseerde aanbevelingen te versterken.

IV. Europa

Tenslotte is in procedurele zin stilgestaan bij (voorbereidingen van) de macro-economische dialoog op Europees niveau. De komende maanden zullen nadere ervaringen worden opgedaan. Over de opgedane ervaringen zal in het komende Voorjaarsoverleg worden gesproken.

Het kabinet heeft een toelichting gegeven op het verlaagd BTW-tarief voor arbeidsintensieve diensten.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

K. G. de Vries


XNoot
1

Ter inzage gelegd bij de afdeling Parlementaire Documentatie.

XNoot
1

Ter inzage gelegd bij de afdeling Parlementaire Documentatie.

XNoot
1

Ter inzage gelegd bij de afdeling Parlementaire Documentatie.

Naar boven