26 800 V
Vaststelling van de begroting van de uitgaven en de ontvangsten van het Ministerie van Buitenlandse Zaken

nr. 117
BRIEF VAN DE MINISTER VOOR ONTWIKKELINGSSAMENWERKING

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 12 juli 2000

Met genoegen kan ik U meedelen dat ik besloten heb tot een meerjarige financiële steunverlening aan het International AIDS Vaccine Initiative (IAVI).

Hiermee voer ik de Motie Ter Veer c.s. (26 800 V nr. 62) uit, die werd ingediend tijdens de begrotingsbehandeling van Buitenlandse Zaken en Ontwikkelingssamenwerking op 9 december 1999. Aan het IAVI is een totale bijdrage van NLG 45 miljoen toegezegd over de periode van 1 juli 2000 tot en met 31 december 2003.

IAVI is een gezamenlijk initiatief van de Wereldbank, UNAIDS en de Rockefeller Foundation, dat in mei 1998 gelanceerd is. De doelstelling van IAVI is de spoedige ontwikkeling van een veilig, effectief en wereldwijd toegankelijk AIDS-vaccin. De nadruk ligt hierbij op de subtypen van het virus die vooral voorkomen in ontwikkelingslanden.

Het budget voor het huidige kalenderjaar bedraagt ruim USD 17 mln. Het budget loopt op via USD 27 mln in 2001 naar USD 33 mln in 2002 en verder. Met de voorgestelde bijdrage kan het «financieringsgat» voor 2000 en 2001 gedicht worden, terwijl een belangrijke bijdrage wordt geleverd aan de financieringsbehoefte voor 2002 en 2003. IAVI ontvangt tevens substantiële bijdragen van het Verenigd Koninkrijk en Canada.

Verschillende landen in Afrika zijn ten gevolge van Aids jarenlang teruggezet in ontwikkeling. Een zelfde lot dreigt voor Zuid-Azië en het Caribische gebied.

Bestaande initiatieven op gebied van preventie, zorg en behandeling zijn belangrijk en moeten voortgezet worden, maar zijn helaas ontoereikend gebleken om de epidemie te keren. Slechts de ontwikkeling van een veilig, effectief en toegankelijk vaccin lijkt een duurzame oplossing te kunnen bieden.

De structurele en substantiële bijdrage van Nederland aan IAVI is een krachtig signaal dat een afwachtende houding niet acceptabel is in het licht van de grote sociale en economische gevolgen van de Aids-epidemie.

De Minister voor Ontwikkelingssamenwerking,

E. L. Herfkens