26 707
Wijziging van de Mediawet in verband met nieuwe regels omtrent de financiering van de publieke omroep (afschaffing omroepbijdrage)

nr. 11
GEWIJZIGD AMENDEMENT VAN DE LEDEN HALSEMA EN BAKKER TER VERVANGING VAN DAT GEDRUKT ONDER NR. 8

Ontvangen 25 november 1999

De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:

In artikel I, onderdeel E, worden aan artikel 111 twee leden toegevoegd, luidende:

6. Ter uitvoering van artikel 110 worden ten behoeve van regionale en lokale omroep door Onze Minister jaarlijks bijdragen beschikbaar gesteld. Deze bestaan ten minste uit:

1°. voor lokale omroep het bedrag dat heffing van de lokale radio-opslag in 1999 zou hebben opgeleverd als alle gemeenten het maximale bedrag van de lokale radio-opslag zouden heffen;

2°. voor regionale omroep het bedrag dat heffing van de regionale televisie-opslag in 1999 zou hebben opgeleverd als alle provincies het maximale bedrag van de regionale televisie-opslag zouden heffen; en

3°. voor regionale omroep het bedrag dat provincies, die in 1999 radio- opslag hieven, in dat jaar zouden hebben kunnen heffen indien de radio-opslag twaalf gulden en veertig cent zou bedragen.

De bijdragen worden beschikbaar gesteld door middel toevoeging aan het gemeentefonds, respectievelijk provinciefonds. Het derde en vijfde lid zijn van overeenkomstige toepassing op de bijdragen, bedoeld in dit lid.

7. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld omtrent de toepassing van het zesde lid.

Toelichting

Dit amendement wil recht doen aan de continuïteit van financiering die artikel 110 in algemene zin voorschrijft, toegepast op de lokale en regionale omroep. Het wetsvoorstel houdt namelijk geen rekening met de gemeentelijke en provinciale mogelijkheid tot het invoeren en verhogen van opslagen, die tot nu toe bestonden. Hierdoor kunnen op langere termijn negatieve effecten voor de financiële positie van lokale en regionale omroepen optreden.

Halsema

Bakker

Naar boven