nr. 3
MEMORIE VAN TOELICHTING
Het advies van de Raad van State wordt niet openbaar gemaakt, gelet op
artikel 25a, vijfde lid jo vierde lid, onder b, omdat het zonder meer instemmend
luidt.
In deze memorie van toelichting geef ik mede namens de Ministers van Landbouw,
Natuurbeheer en Visserij en van Buitenlandse Zaken en de Staatssecretaris
van Financiën een toelichting op het wetsvoorstel, houdende verlenging
van de werking van krachtens de In- en uitvoerwet ten aanzien van de invoer
en uitvoer van goederen gestelde regels.
Ingevolge artikel 2c, zesde lid van de In- en uitvoerwet vervalt een invoer-
of uitvoerbesluit drie jaren na het in werking treden, tenzij bij nadere wet
anders wordt bepaald.
Bij wet van 4 september 1996 tot verlenging van de werking van krachtens
de In- en uitvoerwet ten aanzien van de invoer en de uitvoer van goederen
gestelde regels (Stb. 502; hierna te noemen: verlengingswet) is de werkingsduur
van de volgende besluiten verlengd tot 1 januari 2000:
a. het In- en uitvoerbesluit industriële goederen 1963;
b. het Uitvoerbesluit strategische goederen 1963;
c. het In- en uitvoerbesluit landbouwgoederen 1980;
d. het Invoerbesluit landen 1981;
e. het In- en uitvoerbesluit tabak 1982;
f. het In- en uitvoerbesluit Irak 1991.
Sinds de verlengingswet van 4 september 1996 is het onder b genoemde Uitvoerbesluit
strategische goederen tweemaal gewijzigd. Dit is gebeurd bij besluit van 19
november 1997, Stb. 560 (tweeëntwintigste wijziging) en bij besluit van
5 juni 1998, Stb. 365 (drieëntwintigste wijziging).
Het onder c genoemde In- en uitvoerbesluit landbouwgoederen 1980 is sinds
de verlengingswet éénmaal gewijzigd. Dit is gebeurd bij besluit
van 19 november 1997 (Stb. 618). Deze wijziging hield verband met de aanpassing
van het besluit aan de derde tranche van de Algemene wet bestuursrecht.
De onder a, d en e genoemde besluiten zijn sinds de verlengingswet niet
gewijzigd.
Het onder f genoemde besluit is inmiddels ingetrokken. Die intrekking
heeft plaatsgevonden middels het besluit van 26 juni 1997, houdende intrekking
van het In- en uitvoerbesluit Irak 1991 (Stb. 328). Deze intrekking hield
verband met het beleid sanctieregelgeving voortaan uitsluitend
te baseren op de Sanctiewet 1977 en niet meer deels op de In- en uitvoerwet
(zie verder de nota van toelichting bij het intrekkingsbesluit).
Aan de overige in de hiervoor vermelde opsomming genoemde invoer- en uitvoerbesluiten,
door middel waarvan onder meer bindende communautaire besluiten worden uitgevoerd,
bestaat nog steeds behoefte.
De Staatssecretaris van Economische Zaken,
G. Ybema